Hier kun je discussieren over Onderzoeksgroep Beke publiceert ‘Links-extremisme in beeld’.
‘In opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het ministerie van Justitie en Veiligheid hebben we verkennend onderzoek verricht naar links-extremistische groeperingen in Nederland. Het onderzoek geeft een beeld van het huidige links-extremistische landschap waar het gaat om thema’s, buitenwettelijke acties en modus operandi. Naast handvatten voor het vormgeven van toekomstig beleid is een aantal kennislacunes naar voren gekomen.’
locatie x in het verslag is
locatie x in het verslag is zoziezo vrankrijk.
Ja een hele enge extreem
Ja een hele enge extreem rechtse politieke socioloog is zonder twijfel Balthazar Beke, [*] te Arnhem.
En dan ook nog een boek publiceren over links extremisme terwijl autonoom Links voor zover dat nog bestaat in Nederland voornamelijk werken en hebben gewerkt voor de Sociaal democratische rechtstaat!
Tenminste daar komt het op neer in de politiek sociologische cohesie.
Die kerel is niet goed bij zijn hoofd met zijn pseudo wetenschappelijk onderzoek alleen maar om de goede zaak te criminaliseren!
Een vuile vieze politie rotmof en landverrader is het!
[*] vermeend adres weggedit.
Troll time!
Troll time!
MOD, kan dit gekuist worden,
MOD, kan dit gekuist worden, naam en toenaam plus adres publiceren is een vorm van extremisme.
MOD, kan dit gekuist worden,
MOD, kan dit gekuist worden, naam en toenaam plus adres publiceren is een vorm van extremisme.
Het is een hele griezelige
Het is een hele griezelige kerel die kennelijk vergeet dat hij zelf voor de overheid en de sociaal democratische rechtstaat werkt.
Hij weigerde om de sociaal democratische rechtstaat als uitgangspunt te nemen bij het schrijven van zijn boek hetgeen hij wel verplicht was!
De visie van Beke is een beschouwing van iemand die alles vanuit het oude systeem zoals het meer dan 100 jaar geleden was bekijkt.
Dat is tegenwoordig contract breuk m.b.t. het maatschappelijk verdrag en derhalve het recht om ons te verzetten!
Beke een extreem rechtse politieke socioloog noemen is dan ook juist.
En dan te bedenken dat zon griezel tot de ministerraad en het gewapend gezag zijn mond niet houd.
Levensgevaarlijk en onverteerbaar!
definitie
volgens welke definitie van de term "extreem-links" is dit onderzoek gedaan?
hoe lui kan je zijn, NN 01:21? :-)
hoe lui kan je zijn, NN 01:21? :-)
het staat gewoon ergens in het begin luiwammes!
maar goed, hier dan de gebruikte definitie:
1.2 Links-extremistische groeperingen: een afbakening
Het doel van deze paragraaf is om tot een werkdefinitie van links-extremistische
groeperingen te komen. In de volgende drie subparagrafen behandelen we de voor
deze af bakening noodzakelijke termen apart, namelijk: links (1.1.1), extremistisch
(1.1.2) en groepering (1.1.3). In de vierde subparagraaf bespreken we de implicaties
van de gekozen af bakening voor het onderzoek.
1.2.1 Wat is links?
Het gebruik van de termen links en rechts impliceert niet alleen dat politieke partij
-
en binnen een bepaald spectrum vallen, maar ook dat standpunten rondom bepaal
-
de onderwerpen dit doen. Beide aspecten zien we terug in de historische oorsprong
van de begrippen links en rechts. Deze verwijzen terug naar de locatie van de zetels
in het Franse parlement voor de Franse Revolutie (1789), waarbij conservatieven
rechts en progressieven links van de voorzitter zaten (Van der Varst et al., 2010).
Tegenwoordig gebruiken zowel politici als kiezers zelf deze termen om politieke
partijen in te delen, waarbij veelal eenzelfde onderscheid tussen progressief (links)
en behoudend (rechts) wordt gemaakt. Andere onderscheidende aspecten zijn ver
-
andering en revolutie (links) tegenover traditioneel en status quo (rechts).
In eerder wetenschappelijk onderzoek is het links-rechts continuüm gebruikt
als een samenvatting van verschillende politieke kwesties, waaronder dierenwel
-
zijn, economie, globalisering, integratie en milieu. Tegelijkertijd wordt in deze
onderzoeken gewezen op verschillende bezwaren bij het onderscheiden van links
en rechts op deze onderwerpen (Abramowitz & Saunders 2008; Jost, Federico &
Inleiding 33
Napier, 2009; Ooijevaar & Kraaijkamp, 2005). Samengevat komen deze bezwaren
op het volgende neer:
Aan begrippen als progressief en behoudend worden verschillende invul
-
lingen gegeven. Dit betekent dat een onderscheid tussen links en rechts
op basis van deze en andere dimensies met een subjectief karakter niet
eenduidig is
(subjectiviteits-element)
;
Standpunten van partijen en/of personen lopen per onderwerp uiteen.
Bovendien kunnen binnen (politieke) partijen ‘vleugels’ actief zijn waar
-
binnen een meer behoudende of juist meer progressieve lijn dan de officiële
partijlijn wordt voorgestaan. Dit betekent dat een links-rechts continuüm
geen recht doet aan de meer genuanceerde werkelijkheid
(differentiatie-
element)
;
Een standpunt dat op het ene moment een radicale verandering inhoudt –
en dus als progressief kan worden betiteld – kan tientallen jaren later gel
-
den als het verdedigen van de status quo. Voorbeelden zijn het kiesrecht
voor vrouwen of het homohuwelijk. Termen als progressief, conservatief,
traditioneel en revolutionair zijn met andere woorden niet tijdsbestendig
(actualiteitselement)
.
De genoemde bezwaren hebben ertoe geleid dat de aanvankelijk eenvoudige
scheidslijn tussen politiek links en rechts is verworden tot dynamische ‘scheidslij
-
nen’ op meerdere dimensies. Dit vormt een uitdaging voor het doen van onderzoek
dat zich richt op (aanhangers van) het linker en/of het rechter smaldeel van het
politiek spectrum. Een af bakening van deze begrippen is gezien het voorgaande op
theoretische gronden immers vrijwel onmogelijk, omdat hierop conceptueel bezien
altijd op- of aanmerkingen gemaakt kunnen worden. Om qua ideologische signa
-
tuur een onderscheid te kunnen maken tussen links en rechts is in verschillende eer
-
dere onderzoeken (Van der Varst et al., 2010; Visser, Jaspers & Kraaykamp, 2012)
als uitgangspunt genomen hoe groeperingen zichzelf profileren of door anderen op
deze politieke dimensies worden geplaatst. In dit onderzoek geven we navolging
aan deze invulling van het begrip links. Dat betekent dat we over links spreken
wanneer een groepering ‘zichzelf als links identificeert of door anderen als dusdanig
wordt beschouwd.’
1.2.2 Wat is extremistisch?
Onderhavig onderzoek focust zich nadrukkelijk niet op linkse maar op links-extre-
mistische groeperingen. Dit vraagt om een af bakening van het begrip extremistisch.
34 Links-extremisme in beeld
Nederland kent een rijke geschiedenis van allerhande betogingen, straatprotesten
en andere protestuitingen. Meningen en gedachten kunnen als radicaal of extreem
worden bestempeld. Doorgaans gebeurt dit wanneer deze zeer sterk (of te sterk)
afwijken van de in het maatschappelijk debat gevoerde standpunten. Om derge
-
lijke meningen te beschrijven wordt vaak verwezen naar termen als links- of rechts-
radicaal of extreemlinks of -rechts. Voor een consequent gebruik van terminologie
is van belang dat de termen radicaal en extreem enkel de gedachten of idealen van
personen of groeperingen weergeven. Deze hebben dus niet zozeer betrekking op
de acties die worden ondernomen om hieraan uiting te geven of deze te realiseren.
Termen als radicaal of extreem zeggen derhalve niets over het ‘gedrag’ van een groe
-
pering. Hiervoor kunnen de termen activisme en extremisme worden gebruikt.
1
Indien personen of groeperingen hun mening kenbaar maken binnen de kaders
van de wet of hun idealen en daaruit afgeleide doelen legaal proberen te verwezen
-
lijken, wordt gesproken over activisme. Te denken valt dan aan informatieverstrek
-
king over een bepaald onderwerp (bijvoorbeeld dierproeven) of het organiseren van
lawaaidemonstraties (ter ondersteuning van arrestanten). De term extremisme is
van toepassing op personen en groeperingen die (ook) buiten de kaders van de wet
opereren. Het kan daarbij gaan om direct geweld tegen personen (zowel politie als
anderen), maar ook om indirect ‘schaduwgeweld’. Bij dit laatste valt te denken aan
intimidatie, bijvoorbeeld door het bekladden van iemands woning, het lek steken
van autobanden of het publiceren van iemands persoonsgegevens met daarbij een
oproep tot geweld (zie onder andere AIVD, 2013). Ook andersoortige acties, zoals
het verstoren van de bedrijfsvoering (door bijvoorbeeld een gebouw onrechtmatig
te bezetten), kunnen vanuit hun buitenwettelijke karakter als extremistisch worden
aangemerkt. Een belangrijk aspect is dat strafrechtelijk bezien ook een poging tot
overtreding van de wet een straf baar feit oplevert. In relatie tot extremisme kan
hierbij onder andere worden gedacht aan pogingen tot inbraak (bijvoorbeeld rond
-
om het bevrijden van dieren) of het treffen van voorbereidingen om met ideolo
-
gische tegenhangers de confrontatie aan te gaan. Dit betekent dat niet alleen het
voltooien van een misdrijf genoemd in het Wetboek van Strafrecht maar ook een
poging daartoe in ons onderzoek een rol speelt.
Eerder onderzoek naar links-extremistische groeperingen (Van der Varst et
al., 2010) laat zien dat de theoretische invulling van het begrip extremisme niet
noodzakelijkerwijs overeenkomt met de praktijk. Zij maken binnen het extremisme
onderscheid tussen afdwingers en geweldplegers. Het actierepertoire van afdwingers
beschrijven zij als breed en gevarieerd, waarbij acties buiten het kader van de wet
incidenteel gepaard gaan met veiligheidsrisico’s en/of het veiligheidsgevoel kunnen
aantasten. Geweldplegers daarentegen overtreden de wet bewust, waarbij geweld
en het dreigen daarmee worden aangewend om doelstellingen te (kunnen) verwe
-
zenlijken. Zij concluderen daarmee dat aan geweldplegers – en de groeperingen
Inleiding 35
waarbinnen zij actief zijn – de grootste veiligheidsrisico’s verbonden zijn. Indachtig
deze notie komen we voor onderhavig onderzoek tot de volgende invulling van het
begrip extremistisch: ‘het kenbaar maken en/of uitdragen van een mening of het
verwezenlijken van idealen en daaruit afgeleide doelen buiten de kaders van de wet
of het trachten daartoe door middel van gerichte acties tegen objecten, bedrijven,
groepen of personen die gepaard gaan met veiligheidsrisico’s en/of het veiligheids
-
gevoel kunnen aantasten.’
1.2.3 Wat is een groepering?
De vraagstelling van het onderzoek richt zich specifiek op groeperingen. Dit bete
-
kent dat ook nader stilgestaan moet worden bij de af bakening van deze term. In de
praktijk kan een samenloop van omstandigheden en gebeurtenissen leiden tot spon
-
tane groepsvorming zonder dat sprake is van een sterke onderlinge verbondenheid
dan wel overeenkomstige waarden en normen tussen de personen die tot deze groep
behoren (Waddington & King, 2005; Ball & Drury, 2012). Te denken valt dan
aan het uit de hand lopen van evenementen, zoals dit in Nederland onder andere
in 2009 (Hoek van Holland) en 2012 (Project X Haren) het geval is geweest (zie
Muller et al, 2010; Commissie-Cohen, 2013).
Een dergelijke invulling van het begrip groepering lijkt voor onderhavig
onderzoek te breed. Immers, extremistische acties vanuit een ideologische grondslag
gelden in dit onderzoek als vertrekpunt. Verschillende onderzoeken laten zien dat
binnen ideologisch geïnspireerde groeperingen uiteenlopende opvattingen over een
onderwerp kunnen bestaan en de actiebereidheid van personen uiteen kan lopen,
waarbij sprake kan zijn van subgroepen met meer extremere visies en een hogere
bereidheid tot extremistische acties (Duyvendak, 2008; Schuurman, 2017). In de
sociologie wordt reeds van een groep gesproken wanneer twee personen gezamen
-
lijk actie ondernemen. We houden dit aantal in onderhavig onderzoek als onder
-
grens aan, waarbij gedeelde waarden en/of doelen als aanvullend criterium gelden.
Gelet op het voorgaande kiezen we voor de volgende (brede) af bakening van
een groepering: ‘een groep of een collectiviteit met gedeelde waarden en/of doelen
die bestaat uit minimaal twee personen en een zekere mate van onderlinge interac
-
tie en verbondenheid kent.’