Als voorvechter tegen een racistisch biogenetische selectie en als werknemer in de 'gehandicaptenzorg' weet ik dat er voortdurend een sluimerende discussie is over een veronderstelde 'levenskwaliteit', een norm en vooral een oordeel over de productieve kwaliteiten die de mensen zouden moeten hebben om als mens gedefinieerd te kunnen worden. Zodra er sprake is van een ziekte en mensen beter kunnen worden is de gezondheidszorg en het maatschappelijk debat eenduidig. De kosten evenaren de opbrengst met de voorspelling dat de patient veelal beter kan worden. Vervolgens zijn er ook mensen met beperkingen die anders zijn, nauwelijks productief, en ook niet ziek zijn.
Gedurende de prenatale selectie die bijna elke zwangere vrouw ervaart wordt ze voor een dilemma gesteld zodra wordt vastgesteld dat ze met haar zwangerschap een kind kan verwachten die beperkingen heeft. Artsen en geneeskundigen zijn gewend om in gradaties te spreken. Er zijn ongeborenen die tijdens de geboorte zoveel levensrisico hebben om te overleven dat er gesprekken met de zwangere vrouw e.a. ontstaan over een passieve vorm van euthanasie. Het Down Syndroom is niet meteen levensbedreigend tenzij er andere complicaties kunnen zijn zoals een combinatie met andere lichamelijke aandoeningen n.b. een 'open ruggetje', ook bekend als spini bifida.
De discussie over prenatale selectie is helaas vooral bekend bij vrouwen zodra ze zwanger zijn en die op termijn dagelijks geconfronteerd kunnen worden met mogelijk een schuldgevoel als ze toch kiezen voor de geboorte van een baby met beperkingen. Er zijn getuigenissen van ouders dat ze reacties in de omgeving krijgen waarom ze gekozen hebben voor de geboorte van hun kind die beperkingen heeft. Niet alle ouders kiezen voor prenatale kennis en willen graag hun kind verwachten zoals hij/zij geboren wordt.
https://www.indymedia.nl/node/28212
Als voorvechter tegen een racistisch biogenetische selectie en als werknemer in de 'gehandicaptenzorg' weet ik dat er voortdurend een sluimerende discussie is over een veronderstelde 'levenskwaliteit', een norm en vooral een oordeel over de productieve kwaliteiten die de mensen zouden moeten hebben om als mens gedefinieerd te kunnen worden. Zodra er sprake is van een ziekte en mensen beter kunnen worden is de gezondheidszorg en het maatschappelijk debat eenduidig. De kosten evenaren de opbrengst met de voorspelling dat de patient veelal beter kan worden. Vervolgens zijn er ook mensen met beperkingen die anders zijn, nauwelijks productief, en ook niet ziek zijn.
Gedurende de prenatale selectie die bijna elke zwangere vrouw ervaart wordt ze voor een dilemma gesteld zodra wordt vastgesteld dat ze met haar zwangerschap een kind kan verwachten die beperkingen heeft. Artsen en geneeskundigen zijn gewend om in gradaties te spreken. Er zijn ongeborenen die tijdens de geboorte zoveel levensrisico hebben om te overleven dat er gesprekken met de zwangere vrouw e.a. ontstaan over een passieve vorm van euthanasie. Het Down Syndroom is niet meteen levensbedreigend tenzij er andere complicaties kunnen zijn zoals een combinatie met andere lichamelijke aandoeningen n.b. een 'open ruggetje', ook bekend als spini bifida.
De discussie over prenatale selectie is helaas vooral bekend bij vrouwen zodra ze zwanger zijn en die op termijn dagelijks geconfronteerd kunnen worden met mogelijk een schuldgevoel als ze toch kiezen voor de geboorte van een baby met beperkingen. Er zijn getuigenissen van ouders dat ze reacties in de omgeving krijgen waarom ze gekozen hebben voor de geboorte van hun kind die beperkingen heeft. Niet alle ouders kiezen voor prenatale kennis en willen graag hun kind verwachten zoals hij/zij geboren wordt.