Om dat iets nader van een context te voorzien: Er bestaat natuurlijk niet zoiets als een 'post–links anarchisme'. Ook is het hier geschetste conflict, lijkt mij, niets nieuws onder de zon; in wezen gaat het tussen zij die meer en minder hang hebben naar structuur, voorschriften, blauwdrukken.
In het onderhavige geval ⟮en ik moet vooropstellen dat ik beide teksten las niet lang na verschijnen. Dus ik doe dit uit het blote hoofd, en kan het op veel details mis hebben⟯ was het Bookchin die het in 1995 nodig vond om, in zijn genoemde boek ∗Social Anarchism or Lifestyle Anarchism∗, de aanval te openen op een trits schrijvers en denkers, en hun veronderstelde achterban, die hij dan collectief afschreef als zijnde zogeheten 'lifestyle–anarchisten'. Het laat zich raden dat die benaming niet complimenteus bedoeld was. ⟮In een wat verder verleden stond zulks wel bekend als 'individualistisch anarchisme', een term die je ook nu nog zult aantreffen, en alweer zelden in positieve zin. Het genoemde Marxists Internet Archive, en ondanks mijn verdere waardering voor hun werk, schrijft de laatsten in één zinsnede af als 'reformisten of terroristen', ha! Je zou denken dat daar, historisch en filosofisch, nog wel iets meer over te zeggen valt, maar goed.⟯
Die door Bookchin verguisde schrijvers en denkers zou je kunnen betitelen als laten we zeggen onorthodoxere denkers uit het radicaal–linkse spectrum. Van de genoemde lieden was het bij mijn weten alleen Black die zich verwaardigde hiertegen in het geweer te komen, middels een eigen repliek in boekvorm. Als ik me goed herinner, beklaagt Black zich ook gekscherend dat hij door Bookchin slechts zijdelings wordt genoemd; en wijst hij er tevens op dat de door Bookchin aangedragen schrijvers weinig anders gemeen hebben, dan het feit dát ze door Bookchin collectief verketterd worden. Een Zerzan is nog geen Black is nog geen Hakim Bey enz., en om maar iets te noemen en alweer als ik me niet vergis, hebben de beide laatste zich ook kritisch uitgelaten over het voorgestelde 'primitivisme' ⟮Zerzans eigen term⟯ van de eerste. Zonder daarbij overigens elkaar per se verbaal de hersens in te slaan, en alweer bij mijn weten.
Enfin, het moet dan te danken zijn aan Blacks repliek ∗Anarchy After Leftism∗ en de daarin door hem gehanteerde term 'post–links anarchisme', dat die term in bepaalde kringen gemeengoed is geworden. De menselijke aard wil nu eenmaal dat het beestje een naam moet hebben, nietwaar, en zo ook is een geuzennaam snel geboren.
Wat wij daar nu op dit moment mee moeten, ik weet het niet. Mijn niet zo heel bescheiden conclusie, en daarmee toch een voorzichtige en voor zo ver ik er conclusies op na houd, is dat de mens niet veel verder zal komen zo lang deze zich afhankelijk opstelt van richtlijnen – om het even welke richtlijnen – om 'goed' te doen, om zich te wijden aan zaken als rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid, vrijheid, of hoe men het wil noemen. Omdat eenvoudig valt vast te stellen dat al zulke richtlijnen ⟮en alweer: om het even welke. Dus inclusief het anarchisme, ja zeker⟯ met het grootste gemak in hun tegendeel kunnen verkeren, en dat ook doen. Historisch gezien, keer op keer.
Dus de mens zal goed moeten zijn, en doen, zonder reden ⟮of: ook zonder reden⟯ of aansporing, en ook als dit zinloos is ⟮en dat is het mijns inziens, althans die kans acht ik zeer aannemelijk, en ik heb geen tastbare grond om het tegendeel te veronderstellen. Dat wil zeggen, dit bestaan is zinloos, en er bestaat niet à priori een morele rechtvaardiging om goed te doen: men kan wel degelijk evengoed kwaad doen, en er is geen hogere macht of principe om daarover een spier te vertrekken.⟯ ∗
Enfin, ik begeef me hier zowat op het vlak van de metafysica of mystiek, ik weet het maar al te goed, en zal er dan ook gevoeglijk weer het zwijgen toe doen. Zoals aan Lao Tse wordt toegeschreven ⟮althans, naar een zekere Engelse vertaling⟯ : 'Er zijn al namen genoeg. Men moet weten te stoppen.' Qua anarchisme, misschien zit het verschil hem hierin, of men dit omarmt ⟮al dan niet schouderophalend of met een knipoog⟯ als uitdrukking van een levenshouding die men toch al na stond ⟮de overtuiging dat het mogelijk is te leven zonder dwang, en zonder deze uit te oefenen, althans: zo veel mogelijk. En dat dit misschien wenselijk is⟯ ; of dat men dit beleeft als een levensovertuiging waarnaar men zich vervolgens heeft te voegen, en waarnaar de wereld zich navenant heeft te voegen.
∗ Misschien is een antwoord gelegen, op dit morele dilemma – en ik doe dit alweer uit het blote hoofd –, in Albert Camus' ∗De mens in opstand∗, waar hij zich buigt over de markies De Sade als voorbeeld van de ultieme, maar nihilistische vrijheid, althans in diens fictieve wereld: De mens, ook of juist de mens in zijn ⟮of natuurlijk haar⟯ opperste vrijheidsdrang, kan niet zonder getuige. ⟮En biologisch of evolutionair gezien zijn we natuurlijk en hoe je het ook wendt of keert sociale wezens, zou ik daar droogjes aan toevoegen.⟯ Het is juist en op het precieze moment dat deze mens zijn opperste triomf behaalt, te weten de totale onderwerping en opoffering van de wereld en alles en iedereen daarin aan zijn ultieme vrijheid, dat hij heeft verloren: Want er is niemand meer om hiervan getuige te zijn, of om hiervan kond te doen. Die overwinning is wezenlijk en volkomen leeg, en voor zo ver hier al sprake kan zijn van zelfs maar een kortstondig moment van voldoening, is het toch puur een bittere. Er resteert letterlijk niets, en natuurlijk ook geen nadere overwinning meer.
Dus misschien ⟮en om nog maar eens een André Breton te parafraseren. nb Het gaat me hier niet om name–dropping, maar om evidente bronnen niet te verhullen. Origineel is een mens ook al zelden of nooit⟯ , de mens zal collectief zijn, of zal niet zijn. Ook kan men zich afvragen of die drang naar persoonlijke vrijheid, zo kenmerkend voor de hedendaagse ⟮en toch zeker de westerse?⟯ mens, misschien wel een belangrijke of zelfs noodzakelijke stap is in een algeheel bevrijdingsproces, maar in een ander opzicht en misschien zodra deze is verwezenlijkt feitelijk van weinig belang is, in wezen weinig meer dan een tamelijk burgerlijke beslommering. In die vrij exacte zin dat men, juist op persoonlijk vlak, net zo onvrij is als men zich maakt ⟮of laat maken⟯ of opstelt. Ik bedoel die fantasieën over onderwerping van de Ander en de wereld en dergelijke ⟮en waarom? Zodat men een of andere eigen vrijheid kan bevestigen?⟯ zijn natuurlijk weinig meer dan symptomatisch voor een om te beginnen al grondig verknipte persoonlijkheid, zoals naar ik aanneem de eerste de beste psychiater die zijn of haar vak verstaat zou kunnen bevestigen. Een wezenlijk vrij mens zou er de schouders over ophalen, of het domweg niet kunnen begrijpen: Waar hebbie het over?
re:
Sytx,
Om dat iets nader van een context te voorzien: Er bestaat natuurlijk niet zoiets als een 'post–links anarchisme'. Ook is het hier geschetste conflict, lijkt mij, niets nieuws onder de zon; in wezen gaat het tussen zij die meer en minder hang hebben naar structuur, voorschriften, blauwdrukken.
In het onderhavige geval ⟮en ik moet vooropstellen dat ik beide teksten las niet lang na verschijnen. Dus ik doe dit uit het blote hoofd, en kan het op veel details mis hebben⟯ was het Bookchin die het in 1995 nodig vond om, in zijn genoemde boek ∗Social Anarchism or Lifestyle Anarchism∗, de aanval te openen op een trits schrijvers en denkers, en hun veronderstelde achterban, die hij dan collectief afschreef als zijnde zogeheten 'lifestyle–anarchisten'. Het laat zich raden dat die benaming niet complimenteus bedoeld was. ⟮In een wat verder verleden stond zulks wel bekend als 'individualistisch anarchisme', een term die je ook nu nog zult aantreffen, en alweer zelden in positieve zin. Het genoemde Marxists Internet Archive, en ondanks mijn verdere waardering voor hun werk, schrijft de laatsten in één zinsnede af als 'reformisten of terroristen', ha! Je zou denken dat daar, historisch en filosofisch, nog wel iets meer over te zeggen valt, maar goed.⟯
Die door Bookchin verguisde schrijvers en denkers zou je kunnen betitelen als laten we zeggen onorthodoxere denkers uit het radicaal–linkse spectrum. Van de genoemde lieden was het bij mijn weten alleen Black die zich verwaardigde hiertegen in het geweer te komen, middels een eigen repliek in boekvorm. Als ik me goed herinner, beklaagt Black zich ook gekscherend dat hij door Bookchin slechts zijdelings wordt genoemd; en wijst hij er tevens op dat de door Bookchin aangedragen schrijvers weinig anders gemeen hebben, dan het feit dát ze door Bookchin collectief verketterd worden. Een Zerzan is nog geen Black is nog geen Hakim Bey enz., en om maar iets te noemen en alweer als ik me niet vergis, hebben de beide laatste zich ook kritisch uitgelaten over het voorgestelde 'primitivisme' ⟮Zerzans eigen term⟯ van de eerste. Zonder daarbij overigens elkaar per se verbaal de hersens in te slaan, en alweer bij mijn weten.
Enfin, het moet dan te danken zijn aan Blacks repliek ∗Anarchy After Leftism∗ en de daarin door hem gehanteerde term 'post–links anarchisme', dat die term in bepaalde kringen gemeengoed is geworden. De menselijke aard wil nu eenmaal dat het beestje een naam moet hebben, nietwaar, en zo ook is een geuzennaam snel geboren.
Wat wij daar nu op dit moment mee moeten, ik weet het niet. Mijn niet zo heel bescheiden conclusie, en daarmee toch een voorzichtige en voor zo ver ik er conclusies op na houd, is dat de mens niet veel verder zal komen zo lang deze zich afhankelijk opstelt van richtlijnen – om het even welke richtlijnen – om 'goed' te doen, om zich te wijden aan zaken als rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid, vrijheid, of hoe men het wil noemen. Omdat eenvoudig valt vast te stellen dat al zulke richtlijnen ⟮en alweer: om het even welke. Dus inclusief het anarchisme, ja zeker⟯ met het grootste gemak in hun tegendeel kunnen verkeren, en dat ook doen. Historisch gezien, keer op keer.
Dus de mens zal goed moeten zijn, en doen, zonder reden ⟮of: ook zonder reden⟯ of aansporing, en ook als dit zinloos is ⟮en dat is het mijns inziens, althans die kans acht ik zeer aannemelijk, en ik heb geen tastbare grond om het tegendeel te veronderstellen. Dat wil zeggen, dit bestaan is zinloos, en er bestaat niet à priori een morele rechtvaardiging om goed te doen: men kan wel degelijk evengoed kwaad doen, en er is geen hogere macht of principe om daarover een spier te vertrekken.⟯ ∗
Enfin, ik begeef me hier zowat op het vlak van de metafysica of mystiek, ik weet het maar al te goed, en zal er dan ook gevoeglijk weer het zwijgen toe doen. Zoals aan Lao Tse wordt toegeschreven ⟮althans, naar een zekere Engelse vertaling⟯ : 'Er zijn al namen genoeg. Men moet weten te stoppen.' Qua anarchisme, misschien zit het verschil hem hierin, of men dit omarmt ⟮al dan niet schouderophalend of met een knipoog⟯ als uitdrukking van een levenshouding die men toch al na stond ⟮de overtuiging dat het mogelijk is te leven zonder dwang, en zonder deze uit te oefenen, althans: zo veel mogelijk. En dat dit misschien wenselijk is⟯ ; of dat men dit beleeft als een levensovertuiging waarnaar men zich vervolgens heeft te voegen, en waarnaar de wereld zich navenant heeft te voegen.
∗ Misschien is een antwoord gelegen, op dit morele dilemma – en ik doe dit alweer uit het blote hoofd –, in Albert Camus' ∗De mens in opstand∗, waar hij zich buigt over de markies De Sade als voorbeeld van de ultieme, maar nihilistische vrijheid, althans in diens fictieve wereld: De mens, ook of juist de mens in zijn ⟮of natuurlijk haar⟯ opperste vrijheidsdrang, kan niet zonder getuige. ⟮En biologisch of evolutionair gezien zijn we natuurlijk en hoe je het ook wendt of keert sociale wezens, zou ik daar droogjes aan toevoegen.⟯ Het is juist en op het precieze moment dat deze mens zijn opperste triomf behaalt, te weten de totale onderwerping en opoffering van de wereld en alles en iedereen daarin aan zijn ultieme vrijheid, dat hij heeft verloren: Want er is niemand meer om hiervan getuige te zijn, of om hiervan kond te doen. Die overwinning is wezenlijk en volkomen leeg, en voor zo ver hier al sprake kan zijn van zelfs maar een kortstondig moment van voldoening, is het toch puur een bittere. Er resteert letterlijk niets, en natuurlijk ook geen nadere overwinning meer.
Dus misschien ⟮en om nog maar eens een André Breton te parafraseren. nb Het gaat me hier niet om name–dropping, maar om evidente bronnen niet te verhullen. Origineel is een mens ook al zelden of nooit⟯ , de mens zal collectief zijn, of zal niet zijn. Ook kan men zich afvragen of die drang naar persoonlijke vrijheid, zo kenmerkend voor de hedendaagse ⟮en toch zeker de westerse?⟯ mens, misschien wel een belangrijke of zelfs noodzakelijke stap is in een algeheel bevrijdingsproces, maar in een ander opzicht en misschien zodra deze is verwezenlijkt feitelijk van weinig belang is, in wezen weinig meer dan een tamelijk burgerlijke beslommering. In die vrij exacte zin dat men, juist op persoonlijk vlak, net zo onvrij is als men zich maakt ⟮of laat maken⟯ of opstelt. Ik bedoel die fantasieën over onderwerping van de Ander en de wereld en dergelijke ⟮en waarom? Zodat men een of andere eigen vrijheid kan bevestigen?⟯ zijn natuurlijk weinig meer dan symptomatisch voor een om te beginnen al grondig verknipte persoonlijkheid, zoals naar ik aanneem de eerste de beste psychiater die zijn of haar vak verstaat zou kunnen bevestigen. Een wezenlijk vrij mens zou er de schouders over ophalen, of het domweg niet kunnen begrijpen: Waar hebbie het over?