Wanneer: 05/09/2014 - 22:47
Verschillende instanties uiten thans het idee om de 'klassieke' figuur van 'Zwarte Piet' die onder vuur ligt vanwege het vermeende discriminerende karakter voortaan te vervangen door een 'Roetpiet', een hulp van Sinterklaas die pas 'zwart' werd door vegen roet op zijn gelaat doordat hij in schoorstenen klimt. Belangrijk om weten is dat deze versie voor het eerst werd voorgesteld en onderbouwd door auteur Olli Salvatore in zijn boek 'De Redding van Europa' dat gepubliceerd werd in februari 2014. Volgend pleidooi voor de 'roetpiet' is te lezen in het boek vanaf bladzijde 29 en verder:
‘De Roetpiet’ (boekfragment uit ‘De Redding van Europa’ door auteur Olli Salvatore, uitgeverij Brave New Books, ISBN 97 89 402 11577 2)
'In Nederland en België is het gebruikelijk dat men ieder jaar het feest van Sinterklaas viert. Sinterklaas is een oude man met grijze baard, mijter en staf die in vol ornaat alle brave kinderen opzoekt om hen te gedenken met cadeautjes. De traditie wil dat hij wordt bijgestaan door ‘Zwarte Pieten’, hulpjes die zo worden geschminkt dat ze er typisch Afrikaans uitzien, met dikke lippen vanwege de zwaar aangezette rode lipstick. In 2013 dan ontstond er plots opschudding rond dit ‘onschuldige’ kinderfeest nadat enkele ‘echte’ Afrikanen klacht indienden tegen de viering van dit feest, op grond van het ‘discriminatoire karakter’. Volgens de klagers was de manier waarop deze zwarte assistenten werden gecast een spottende verwijzing naar het koloniale verleden, met de autoritaire oude blanke man als ‘slavenhouder’ en de onderdanige zwarte knechten als ‘slaafjes’. De zaak werd zelfs aanhangig gemaakt bij de Verenigde Naties die er prompt een onderzoeker op uitstuurde om ter plaatse in Nederland te gaan uitzoeken of de klacht gegrond was. Als de verdenking dat racistische motieven een rol spelen bij dit type feest waar is dan moet het personage van ‘Zwarte Piet’ in het vervolg worden verboden of aangepast, zo luidde het uitgangspunt. De belerende toon van de klagers en de onderzoekers die ze hadden ingeschakeld werd onthaald op een golf van volksprotest. De sociale media bulkten van de kritiek en de petities tegen dit ‘verregaande soort onderzoek’. Hoe durfde men er aan te denken om de kinderen hun lol te temperen door ze hen de zo geliefde figuur van ‘Zwarte Piet’ te ontnemen?
In eerste instantie deelde ik het ongeloof en de verontwaardiging van die groep mensen, tot mijn vermogen tot empathie ging opspelen en ik er dieper ging over nadenken. Hoe moet het zijn en voelen om zo rond het Sinterklaasfeest als zwarte Afrikaan op straat rond te wandelen en door ontelbare kinderen in verband te worden gebracht met de knechten van de ‘goed heilig man’? Ik beeldde mij in zelf een zwarte Afrikaan te zijn en voelde slechts pijn en ergernis ten overstaan van heel dit gedoe. Ik vond het plots aannemelijk dat de klagers zich vanwege heel dit gebeuren diep gekwetst voelden en een punt hadden als ze beweerden dat dit op het eerste zicht onschuldige volkstheater voedsel gaf aan racistische onderbuik gevoelens. Ondanks alle heisa vond ik hun eis om ‘Zwarte Piet’ een ander uiterlijk aan te meten ineens redelijk en zelfs opportuun wilde men elke schijn dat men er op uit was om zijn zwarte medemens te kwetsen wegnemen. Slechts weinig blanken echter kozen partij voor de zwarte klagers, zegden dat dit feest een ‘traditie’ was waar men beter niet aan kon tornen en weigerden pertinent om een andere invulling te geven aan de figuur van ‘Zwarte Piet’, laat staan dat ze de klacht zelfs maar in behandeling wilden nemen. Hoezeer ik vroeger zelf ook vasthield aan tradities, heden ten dage ben ik een andere mening toegedaan. Traditie, dames en heren, staat gelijk aan ‘stilstand’. Vooruitgang is gebaseerd op ‘voortschrijdend inzicht’. Men moet durven erkennen dat dit feest elementen bevat die kwetsend kunnen overkomen bij onze zwarte medemens en daar dan een mouw aan passen. Het is een geliefd kinderfeest dat moet kunnen voortbestaan? Helemaal mee eens! Maar het is ook kinderlijk eenvoudig om de figuur van ‘Zwarte Piet’ zo aan te passen dat men er Afrikanen niet meer mee in het harnas jaagt. Men kan zijn gezicht bijvoorbeeld blank laten, op een paar vegen na, die de indruk wekken dat dit roetsporen zijn die hij kreeg toen hij in opdracht van zijn baas door de schoorsteen kroop om bij de kinderen cadeautjes af te leveren. Alleen al op die manier kan men de benaming ‘Zwarte Piet’ behouden en dus het feest op zich in ere laten. Niet nodig dus om ‘Zwarte Piet’ te vervangen door een bizar ogende ‘Groene Piet’, ‘Blauwe Piet’ of ‘Oranje Piet’. In de Belgische stad Ieper was het vroeger traditie om tijdens het jaarlijkse ‘Kattenfeest’ levende katten van de toren van het belfort naar beneden te gooien, hun dood tegemoet. Van deze traditie is men later afgestapt, omdat men vond dat dit gruwelijke volksvermaak niet meer beantwoordde aan de tijdsgeest, die dierenleed scherp veroordeelde. Sindsdien werden de levende katten vervangen door modellen van pluche. Zo zie je maar, dat een traditie zo kan worden opgepoetst dat niemand er meer aanstoot kan aan nemen. In oktober 2012 dan gebeurde dit: de wereldberoemde Belgische kunstenaar Jan Fabre filmde op de
trappenhal van het Antwerpse stadhuis een ‘kunstperformance’ waarbij hij zijn assistenten opdroeg om verschillende levende poezen metershoog de lucht in te gooien. De katten ondergingen hevig krijsend de behandeling en landden onzacht op de traptreden waar ze struikelend ten val kwamen. Het filmpje ging een eigen leven leiden op internet en werd druk bekeken door dierenliefhebbers die hun geschoktheid niet konden verbergen. De email postbus van de kunstenaar werd overstelpt met verwensingen in alle toonaarden, tot en met regelrechte doodsbedreigingen, enkel omdat de onverlaat het had aangedurfd om katjes leed te berokkenen… Kortom: de dierenliefhebbers hadden zich laten leiden door hun vermogen tot empathie. Wat mij hierbij opvalt is dat heel wat mensen empathie voelden voor de katten die leed werden aangedaan terwijl haast niemand het opnam voor de zwarte klagers die zich beriepen op pijnlijke herinneringen aan ‘hun’ slavenverleden zolang ‘Zwarte Piet’ ten tonele werd gevoerd op de manier waarop men dat tot op heden deed en elke vorm van empathie daar dus afwezig bleef. Een verontrustende vaststelling als mensen als vanzelf meer sympathie en medeleven voelen voor katten dan voor getinte medemensen… Het Europa van de toekomst moet hier een mentaliteitswijziging aanbrengen.'