Het No Border Netwerk Nederland is een netwerk van autonome organisaties, groepen en individuen die actief zijn met het organiseren van protest en verzet tegen het huidige migratiebeleid in Nederland en Europa. Uitgangspunt hierbij is 'vrijheid van beweging', waarmee het netwerk aansluit bij het internationale No Border Network.
Volgens het No Border Netwerk kan dit alleen bereikt worden als er ook veranderingen plaats vinden op het gebied van de economische verhoudingen (anti-kapitalistisch) en op het vlak van de machtsverhoudingen (decentralisme).
Sinds de oprichting van het Nederlandse No Border Netwerk zijn aangesloten groepen en activisten op diverse fronten actief geweest. Naast eigen acties, bestaat dit voor een belangrijk deel uit de ondersteuning van de acties van vluchtelingen zelf, zoals die vooral sinds het najaar van 2011 zijn opgekomen. Vanaf het prille begin van de eerste tentenkampen in Ter Apel waren mensen van het netwerk ter plekke om actievoerende vluchtelingen met concrete hulp ter zijde te staan, het verzet bij de ontruiming van de Notweg en het Koekamp is in samenspraak tussen de vluchtelingen en activisten van het netwerk tot stand gekomen, activisten ondersteunen in de beide kerken, bezoeken gevangenen, vangen vluchtelingen thuis op, ondersteunen bij het organiseren en mobiliseren voor en van acties, debatten en demonstraties van vluchtelingen in het land en zijn ook internationaal actief.
Vanuit deze sterke betrokkenheid bij vluchtelingen en hun acties zijn wij gekomen tot het besluit, na een zorgvuldige en langdurige afweging, om middels een open brief enkele kritische noten te delen betreffende de oproep voor en de invulling van de demonstratie “Geen vluchteling op straat of in de cel" van 23 maart jl.
Doorbraak heeft op 20 maart jl. een reactie op de open brief gepubliceerd, die volgens het No Border Netwerk op belangrijke punten de plank misslaat. Uit de inhoud van de reactie constateren wij dat Doorbraak te kampen heeft met een behoorlijke informatieachterstand en daardoor tot een onjuiste interpretatie van een aantal zaken komt.
Blijkbaar is Doorbraak van mening dat de keuze van het No Border Netwerk de oproep voor de demonstratie niet te ondertekenen neerkomt op het afstand nemen van de actievoerende vluchtelingen en hun eisen. Wij vinden echter dat de leus 'Geen vluchteling op straat of in de cel', en de oproeptekst die daaronder geplaatst wordt, juist afbreuk doet aan de door de vluchtelingen van het kamp in Osdorp (Notweg) ooit zelf geformuleerde eisen.
De oorspronkelijke eisen, zoals geformuleerd in de eerste flyers van het kamp waren als volgt:
“Open onze dossiers - geloof onze oprechte verhalen
Geef ons toegang tot zorg en onderwijs
Arresteer ons niet meer willekeurig
Geef ons een verblijfsvergunning”
Dit zijn wezenlijke en duidelijke eisen, waarin de essentie ligt in de laatste: “Geef ons een verblijfsvergunning”. Eisen die ook door het No Border Netwerk prima onderschreven kunnen worden. Door de eis voor de demonstratie van 23 maart aanstaande, 'Geen vluchteling op straat of in de cel' zo te formuleren, eis je eigenlijk nauwelijks iets meer. De eis is zo nietszeggend geformuleerd dat er een brede coalitie achter kan staan. Van de eerste eisen is niets meer over.
Dat de leus “Geen vluchteling op straat of in de cel” alle kanten op geïnterpreteerd kan worden, is wel duidelijk geworden in de aanloop naar de demonstratie. Een aantal van de prominente ondertekenaars van de oproep maakt een karikatuur van de eisen die de vluchtelingen zelf nastreven. Tweede Kamerlid Linda Voortman van GroenLinks schreef in een opiniebijdrage op Joop.nl: “GroenLinks vindt dat het niet langer zo kan doorgaan. Er moet landelijk een duurzame oplossing komen voor asielzoekers die tussen wal en schip vallen. Daarom zijn we aanwezig bij de demonstratie "Geen vluchteling op straat of in de cel". Want mensen die ons land dienen te verlaten, mogen niet op straat worden gezet als terugkeer naar het land van herkomst nog niet mogelijk is. En uitgeprocedeerde asielzoekers mogen alleen in vreemdelingendetentie worden genomen, wanneer duidelijk aantoonbaar is dat zij terugkeer naar het land van herkomst tegenwerken.” Zie hier ook het kunstmatige, maar in de oproep voor de demonstratie niet ondervangen, onderscheid tussen 'vluchtelingen' en 'uitgeprocedeerde asielzoekers', die van GroenLinks wel de gevangenis in mogen.
En Karel Smouter, vanuit de Protestantse Kerk actief als woordvoerder van de steungroep in de Vluchtkerk, beweerde: “We vragen de overheid om met een andere benadering te komen, in voorbereiding op de terugkeer.” Kortom, van de oorspronkelijke cruciale eis “Geef ons een verblijfsvergunning” blijft in de ogen van deze mensen de eis “Opvang in afwachting van, al dan niet gedwongen, terugkeer” over. Een proces dat illustratief is voor een belangrijk deel van het verloop van ontwikkelingen in de ondersteuning rond de Vluchtkerk, en waar ook de oproep voor de demonstratie van 23 maart alle ruimte aan geeft.
Dit afzwakken van eisen ten bate van een brede coalitie is een politiek spel dat wel vaker gespeeld wordt en waar wij niet aan mee willen doen. Wij willen, zoals Doorbraak dat schrijft, in de vluchtelingenstrijd de vluchtelingen en hun eisen centraal stellen. Dit is een spel van je eisen afzwakken totdat er werkelijk maar een schim overblijft, een schim van wat de vluchtelingen uit kamp Osdorp eerst vroegen. Dit is Nederlandse polderpolitiek, bedreven door Nederlandse ondersteuners en wij vinden dat dit ten koste gaat van de vluchtelingen en hun eisen.
Tekenend is ook dat de eisen die vanuit de vluchtelingen in actie in Berlijn en Bologna, waar op 23 maart ook demonstraties plaats vonden, naar voren gebracht worden, wel radicaal blijven. De verklaring vanuit het kamp in Bologna aangaande de demonstratie eist in niet mis te verstane woorden:
“The end of European racism and apartheid against migrants,
The right to stay for all, independent from jobs and wages;
The right to asylum with real policies to help and support refugees;
The closure of all detention centers inside and outside EU borders and the end of Frontex operations.”
De basisverklaring van de protesterende vluchtelingen in Berlijn heeft een soortgelijk eisenpakket, met ondermeer “Die Anerkennung aller Asylsuchenden als politische Flüchtlinge”, “Den Stopp aller Abschiebungen” en “Die Schließung aller Isolationslager”. Hier geen gemarchandeer met eisen om politieke partijen tot nietszeggende steun over te halen.
De constatering van Doorbraak dat “de ondertekening van de demonstratie-oproep door sommige politieke partijen [...] wel iets [betekent]”, slaat de plank dan ook mis. Het is niet zozeer het geval dat “een politieke partij dezelfde oproeptekst ondertekent die ook door radicaal-linkse groepen wordt onderschreven” alswel dat eisen zodanig zijn afgezwakt dat deze door politieke partijen ondertekend kunnen worden. Hierin ligt ook de crux van de “door het Netwerk verafschuwde “samenwerking met politieke partijen””: er is, door de Nederlandse ondersteuners, bewust ingeboet op de eisen van de vluchtelingen zelf, zodat de overgebleven eis ook acceptabel werd voor politieke partijen. Was de situatie zo geweest dat politieke partijen een oproep gebaseerd op de oorspronkelijke eisen van de vluchtelingen hadden ondertekend, dan was dit op zichzelf uiteraard geen aanleiding geweest voor het No Border Netwerk de oproep niet te ondersteunen.
Doorbraak is voorts van mening dat de ondertekening door politieke partijen “opvallend is”, omdat het zo zou zijn dat “de leus “Geen vluchteling op straat of in de cel” [...] het beleid van de afgelopen twintig jaar, ook dat van de SP en GroenLinks [doorkruist]”. Wederom een constatering die zich niet verhoudt tot de feiten, omdat de eis alle kanten op gebogen kan worden, zoals blijkt uit het hierboven aangehaalde citaat van Linda Voortman. Sharon Gesthuizen, Tweede Kamerlid van de SP, beweerde eerder in dit kader al: “Iedereen die feitelijk niet kan worden uitgezet komt op straat terecht en veroorzaakt zo steeds meer overlast in verschillende steden. Als we zorgen voor opvang en daarmee rust, medische zorg en goede begeleiding zal dit leiden tot meer terugkeer en minder illegaliteit op straat.” Daarmee plaatsen zij, net als Karel Smouter, de demonstratie in de lijn van het streven naar een effectiever terugkeerbeleid. Wij mogen toch aannemen dat dit de bedoeling noch van de vluchtelingen zelf noch van Doorbraak is.
Voor ons is ook opvallend dat het halfzachte gewauwel van politici op het podium op 23 maart nauwelijks enig enthousiasme van de demonstratiedeelnemers opleverde. Demonstratiedeelnemers die wel massaal de leuzen 'Geen man, geen vrouw, geen mens is illegaal' en 'No borders, no nations, stop deportations' scandeerden. Blijkbaar heeft de organisatie van de demo zich in zijn streven naar politieke verbreding nogal verkeken op de radicaliteit van het merendeel van de mensen die aan de demonstratie deelnamen. Het lijkt ons van veel grotere waarde om gezamenlijk met deze diverse groep mensen, die inderdaad met name door de acties van de vluchtelingen zelf in beweging is gekomen en gegroeid is, een sterk tegengeluid te laten horen en een buitenparlementaire beweging op te bouwen, dan onszelf te matigen om dubieuze politici tegemoet te komen.
Doorbraak schrijft ook een stuk over vermeende hoopvolle ontwikkelingen op parlementair vlak. Het No Border Netwerk deelt dit voorzichtige optimisme geenszins. In de betreffende alinea wordt, naast het hierboven al genoemde ondertekenen van de demo-oproep door SP en GroenLinks, bijvoorbeeld gewag gemaakt van het feit dat “[o]nder andere de ChristenUnie [voorzichtig] praat [...] over de mogelijkheid om vluchtelingen verblijfsrecht te geven in het geval dat ze niet kunnen terugkeren naar hun land van herkomst.” Volgens Doorbraak is dit “tegen de normale lijn in”, maar dit is toch echt geen juiste voorstelling van zaken. De ChristenUnie zet zich - net als de SP en GroenLinks, bij elkaar slechts een kleine minderheid in de Tweede Kamer - volgens vast gebruik in voor het afschaven van de scherpste randjes van het beleid. Dat ze dat tenminste nog doen, heeft ook te maken met maatschappelijke druk die uitgeoefend wordt en dat is juist reden om de druk op te voeren, niet om ons geluid te matigen.
Aan de fundamenten van het beleid twijfelen ook deze partijen echter niet. Niets nieuws onder de zon. Hoogstens valt te zeggen dat zij zich tenminste niet verlagen tot de wanstaltige vertoningen waaraan Samsom en zijn mede-hypocrieten van PvdA-huize zich overgeven: huilen van geluk voor de kinderen die onder het, zeer beperkte, 'kinderpardon' vallen, en daarmee proberen af te kopen dat het voor het overige volle kracht vooruit in het verder aanscherpen van het beleid is. De rond de Vluchtkerk gekozen strategie om acties vooral op de PvdA te richten, in de verwachting dat er voldoende druk opgebouwd kan worden om deze partij 'om' te laten gaan, getuigt dan ook van een ongekende naïviteit. Met lede ogen zien wij toe hoe de oorspronkelijke eisen van de vluchtelingen geofferd zijn op het altaar van deze heilloze keuze.
Waar krijg je dan steun voor van een aantal politieke partijen? Je krijgt hooguit politieke steun voor het oprekken van het buitenschuld-criterium. Maar hoe moet het dan met al die andere mensen die niet kunnen aantonen dat ze niet terug kúnnen keren, gewoon omdat ze bijvoorbeeld niet terug wíllen, om wat voor reden dan ook? Gaan we die omwille van de brede maatschappelijke steun, omwille van de brede maatschappelijke coalitie én het draagvlak, maar in de kou laten staan?
Wij denken dat de strijd voor vrijheid van beweging een strijd van lange adem is, een strijd waarin je geen concessies doet aan je eis, omdat je dan mensen laat vallen! Omdat het uiteindelijk gaat om het recht van mensen om zich vrij te vestigen, om te vluchten of te reizen. Een strijd waarin het hele politieke systeem zal moeten veranderen. Doorbraak wil op basis van gezamenlijke belangen de strijd, met hetzelfde einddoel dat wij nastreven, aangaan, maar ziet blijkbaar niet in dat er helemaal geen sprake is van gezamenlijke belangen die de protesterende vluchtelingen en politici delen. Juist het kiezen voor de gezamenlijke strijd met vluchtelingen zelf, betekent voor ons daarom ook het op afstand houden van de politiek.
Doorbraak wekt daarentegen de suggestie dat het No Border Netwerk voor deze strijd instrumenteel gebruik maakt van vluchtelingen als revolutionair subject, iets wat getuigt van wel van heel erg weinig inzicht in en respect voor datgene dat we doen en nastreven. Onderlinge solidariteit in woord en daad én op papier is waardevol, evenals het aangaan van serieuze discussie, maar aan reformistische kritiek hebben we sowieso al geen gebrek.
Naast het ondersteunen van de vluchtelingen wat betreft hun belangen vinden wij wel ook dat er een verdergaandere verantwoordelijkheid bestaat. Namelijk de verantwoordelijkheid dat de werkelijke fundamenten van het Nederlandse (en Europese) migratiebeleid nooit zullen veranderen door alleen te kijken naar de vluchtelingen die zich nu roeren. Het mag duidelijk zijn dat de huidige Nederlandse samenleving een zeer sterke focus heeft op het nastreven van het eigen nationale belang (lees: “rijkdom”) En door deze wat ons betreft zeer verfoeilijke attitude is er absoluut geen plaats voor solidariteit. Dat gebrek aan solidariteit uit zich in het verschrikkelijke realiteit dat vluchtelingen zomaar in de gevangenis of op straat worden gepleurd of gedeporteerd worden zonder dat de hele samenleving op haar achterste poten gaat staan.
Dat gebrek aan solidariteit van de rijke mensen in het welvarende westen maakt dat er, naast de steun aan de op het moment protesterende vluchtelingen, ook verzet en protest moet zijn los van de individuele belangen van de vluchtelingen hier in Nederland. De No Border activisten geven uiting aan deze verantwoordelijkheid, juist ook door het blijven organiseren van acties en activiteiten die niet direct in relatie tot de protesterende vluchtelingen staan, maar zich richten op andere aspecten van het migratiebeleid en de praktijk waarin dit vorm krijgt. Protesten waarin wij consequent wijzen op de noodzaak van verzet tegen staat en kapitaal, om de werkelijk benodigde veranderingen te kunnen bereiken. Dat dat idee niet door alle protesterende vluchtelingen gedeeld wordt, realiseren wij ons natuurlijk ook, maar dat is voor ons niet doorslaggevend. Wij beschouwen de protesterende vluchtelingen als medeactivisten, die we niet op een voetstuk hoeven te plaatsen om klakkeloos te volgen, maar waarmee we net zo goed als met ieder ander de discussie over zulke zaken aan kunnen gaan. Tegelijkertijd beseffen we dat, ook als we elkaar als medeactivisten kunnen beschouwen, het nogal wat uitmaakt of je wel of niet over de “juiste” papieren beschikt in de keuzes die je maakt.
Waar samen opgetrokken wordt met de protesterende vluchtelingen in de door hun geïnitieerde acties, heeft het No Border Netwerk altijd hun wensen en eisen als uitgangspunt genomen. Van onze kant geen pogingen om de vluchtelingen verdergaande eisen op te dringen, maar ook niet om eisen af te zwakken of verzet te paciferen, zoals een deel van de ondersteuners rond de Vluchtkerk dat heeft gedaan.
Al tijdens en in de nasleep van de ontruiming van het kamp aan de Notweg, werden No Border activisten voor alles wat lelijk is uitgemaakt door zogenaamde ondersteuners van het kamp, die vooral wilden dat de vluchtelingen hun verzet opgaven en een ridicuul aanbod van burgemeester Van der Laan van Amsterdam accepteerden. We publiceerden eerder al een stuk waarin we de werkelijke gang van zaken nauwgezet beschreven hebben en waaruit blijkt dat de inzet van No Border activisten tijdens de ontruiming volledig in overeenstemming met het verzoek van en in samenspraak met de protesterende vluchtelingen heeft plaatsgevonden.
Het bij Doorbraak levende idee dat het No Border Netwerk zich afkeert van de vluchtelingen, door de oproep voor de demonstratie van 23 maart niet te ondersteunen, is dan ook ver bezijden de waarheid. Wij hebben met onze open brief nadrukkelijk gezegd dat we wel aan de demonstratie zullen deelnemen, maar daarbij opbouwende kritiek willen leveren door duidelijk te maken dat we ons niet achter de oproep kunnen scharen, juist omdat hierin afbreuk gedaan wordt aan de oorspronkelijke eisen van de vluchtelingen zelf. In onze optiek, mede gevormd door diverse signalen die we ontvingen, is de demonstratie vooral een demonstratie van Nederlandse ondersteuners geweest, en niet in de eerste plaats een actie vanuit de vluchtelingen zelf.
Inmiddels is de demonstratie achter de rug en staat voor ons vast dat dit een goede, strijdbare tocht was, die helaas uitliep in een podiumprogramma op het Museumplein dat, enkele uitzonderingen daargelaten, een slap aftreksel was van de strijdbaarheid van de demo zelf en van de eisen die tijdens het lopen gescandeerd werden.
We snappen tenslotte ook niet waarom Doorbraak de acties van vluchtelingen en die van wat Doorbraak “kleinschalige acties van radicaal-linkse groepen” noemt tegen over elkaar meent te moeten zetten, om de laatste af te kunnen kraken. Het is zonder meer waar dat de acties van vluchtelingen zelf meer aandacht voor de problematiek hebben weten te genereren, maar de suggestie van Doorbraak dat andere acties niet of nauwelijks zoden aan de dijk hebben gezet, zelfs eigenlijk zinloos zijn geweest, wordt door ons niet gedeeld.
Zo zijn wij ervan overtuigd dat mede de vele acties bij detentie- en uitzetcentra het thema 'vreemdelingenbewaring' wel degelijk op de kaart hebben gezet bij grotere NGO's, die op hun beurt de politiek hierop hebben aangesproken. Dit heeft inderdaad niet geleid tot stappen die aan onze eisen tegemoet komen, maar wel tot aandacht voor de omstandigheden van vreemdelingendetentie en van daaruit voor 'verzachtende' maatregelen en het zoeken naar alternatieven voor het gevangen zetten van vluchtelingen. Stapjes die wat ons betreft volstrekt onvoldoende zijn (je kunt ze scharen onder het al eerder genoemde 'afschaven van de scherpe randjes') en die geen enkele reden zijn geweest om onze eisen te matigen, maar wel stapjes, die mede onder invloed van de daadwerkelijke acties, gezet zijn. Dat is geen enkele reden om onszelf op de borst te kloppen, want we hebben niets wezenlijks bereikt en zijn met veel te weinig mensen, maar is evenmin reden om onszelf, onze eisen en onze methoden bij het grofvuil te zetten.
Dit voorbeeld toont juist aan dat het helemaal niet nodig is om jezelf te beperken in eisen en/of actievormen. Er zijn veel organisaties, groepjes en individuen die ieder op hun eigen wijze kritisch met de problematiek van het vreemdelingenbeleid aan de slag gaan. Dit hoeft elkaar niet in de weg te staan, sterker nog, juist door als radicaal-linkse activisten vast te houden aan onze stellingnames en ons radicale handelen, helpen we ook het politieke speelveld zo breed mogelijk te houden en daarmee ruimte te creëren voor de initiatieven van anderen die minder ver gaan. Zelf al water bij de wijn doen, verkleint de kans op stappen in de richting die wij bepleiten alleen maar.
Tags: activisme demonstratie doorbraak