Thema’s die aan bod komen zijn : is de theorie van de Responsibility to Protect een voorwendsel voor ingrepen in landen, was olie de reden van het militaire ingrijpen van de internationale gemeenschap in Libië, in welke mate speelt het al dan niet misbruik door de internationale gemeenschap van VN-resolutie 1973 een rol bij de houding van Putin en Xi tijdens de Syrische revolutie, welke militaire strategie wordt voor het moment in Syrië toegepast. De oorspronkelijke titel van deze bijdrage is : “Eric Hulsens : media-analist of Ambassadeur van Massamoordenaars”.
In deze bijdrage bespreek ik een aantal niet onbelangrijke aspecten van de Libische en Syrische revolutie aan de hand van een mediakritiek van Eric Hulsens getiteld “Rudi Vranckx, vredesjournalist of ambassadeur van de oorlog”, eind december 2012 gepubliceerd op de website van KifKif. Kifkif is een door de Vlaamse overheid gesubsidieerde antiracistische beweging. U vindt het artikel hier : http://www.kifkif.be/actua/rudi-vranckx-vredesjournalist-of-ambassadeur-... . Thema’s die aan bod komen zijn : is de theorie van de Responsibility to Protect een voorwendsel voor ingrepen in landen, was olie de reden van het militaire ingrijpen van de internationale gemeenschap in Libië, in welke mate speelt het al dan niet misbruik door de internationale gemeenschap van VN-resolutie 1973 een rol bij de houding van Putin en Xi tijdens de Syrische revolutie, welke militaire strategie wordt voor het moment in Syrië toegepast. De oorspronkelijke titel van deze bijdrage is : “Eric Hulsens : media-analist of Ambassadeur van Massamoordenaars”.
Wat wil Eric Hulsens eigenlijk ? , is een vraag die men zich stelt vanaf het lezen van de eerste regels.
Eerst beaamt hij dat Rudi Vranckx erin slaagt om propaganda kritisch te doorprikken, om dan vervolgens te ontkennen dat het een onderzoeksjournalist zou zijn, erger nog, hij zou zelfs de naam journalist niet waardig zijn (“een aanfluiting van de journalistiek zelf”). Hij verwijt gebrekkige objectiviteit, onkritischheid en voyeurisme.
Wanneer men verder leest, moet men evenwel vaststellen dat ook de analyse van Eric Hulsens het aan de nodige objectiviteit en zin voor kritischheid ontbreekt. Eigenlijk is hij van hetzelfde bedje ziek dus.
De bronnen die hij citeert zijn allesbehalve neutraal, en hoe verder men leest, hoe duidelijker het wordt dat het eigenlijk zijn bedoeling is via zijn mediakritiek een bepaalde mening over de Libische en Syrische revolutie op te dringen. Het is een visie die zijn inspiratie vindt bij Russia Today (het TV propagandakanaal van massamoordenaar* Putin ), gretig overgenomen door extreem-linkse (o.a. Michel Collon) en extreem-rechtse (o.a. Manuel Ochsenreiter) demagogen. *=zie onderaan.
Twijfelachtige, niet-objectieve bronnen.
Zo is Volker Perthes een zeer twijfelachtige bron. Hij is directeur van de stichting Stichtung Wissenschaft und Politik, die gefinancierd wordt door de Duitse Bondsregering, m.a.w. Angela Merkel en Guido Westerwelle, en deze ook adviseert. Merkel en Westerwelle proberen heel hard hun best te doen om voor hun industrie grote delen van het 1.000 miljard investeringsprogramma van massamoordenaar* Putin in de wacht te slepen, evenals van het reusachtige Chinese investeringsprogramma, en hebben hierin een neusje voor op hun Europese en Amerikaanse partners. Duitse bedrijven kunnen vandaag de dag in Rusland meer verdienen dan in heel de rest van de Europese Unie samen. Dit verklaart waarom zij tijdens de Arabische Lente meer dan eens de Westerse solidariteit doorbroken hebben en tot op heden een Putin-vriendelijke koers varen, en daar waar ze met minimaal gezichtsverlies kunnen, zo veel mogelijk op de rem gaan staan (zoals bij het aanvaarden door de Europese Unie van de Nationale Coalitie als enige vertegenwoordiger van het Syrische volk). Dat deze politiek ook moet verkocht worden aan de Duitse publieke opinie, spreekt voor zich, en mensen als Perthes zijn daar heel behulpzaam bij. Bijvoorbeeld de zin “Daarbij was de ondersteuning van Al-Jazeera (…) belangrijker dan de vraag of Rusland en China de aanvallen veroordeelden”, kan men niet als wetenschappelijk correct en dus objectief beschouwen, en maakt duidelijk wie hier aan stemmingmakerij doet.
Lydie Boka : het citaat van Lydie Boka komt uit een boek van Eric Denécé, iemand die zowat overal politieke samenzweringen ziet, en zijn geld verdient door hierover pseudo-wetenschappelijke boeken te schrijven : een mengeling van juiste gegevens aangevuld met een goede portie fantasie. De industrie van de samenzweringstheorieën kent sinds een 10-tal jaren hoogconjunctuur, waarin miljoenen omzetten verwezenlijkt worden.
Onkritisch : Putin’s Russia Today, Michel Collon, Manuel Ochsenreiter…
Het is duidelijk dat Eric Hulsens vooral kwaad is, omdat een bepaalde visie niet aan bod gekomen is, die hij misschien als “kritische”, en dus juiste visie beschouwt, maar die bij nader onderzoek recht uit Putin’s propagandamachine Russia Today lijkt te komen, gretig overgenomen door extreem linkse en extreem rechtse demagogen zoals Michel Collon of Manuel Ochsenreiter, weinig kritisch dus.
De algemene strategie van deze propagandisten en demagogen is, dat men de gebeurtenissen in Syrië en Libië uit hun actuele geschiedkundige context haalt, en naar goed uitkomt mixt met gebeurtenissen uit het koudeoorlog tijdperk, en de diplomatieke oorlog met Libië van de jaren 80 en 90 van vorige eeuw. Verder wordt Putin’s visie soms letterlijk overgenomen, zonder verder kritisch onderzoek. Bovendien geven zij bij hun schampere analyse van de Responsability to Protect blijk van morele regressie.
Eric Hulsens geeft in zijn bijdrage geen uitputtende theorie over het ingrijpen van de internationale gemeenschap in Libië (internationale gemeenschap, gezien het zich hier handelt om een actie goedgekeurd door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties) , of over de gebeurtenissen in Syrië. Maar die argumenten die hij aanhaalt, komen rechtstreeks uit het repertoire van de demagogen en propagandisten.
Vooraleer dit een beetje verder dieper te analyseren, wens ik hier al op enkele punten in te gaan :
1. Men laat totaal buiten beschouwing waarom Hu en Putin op een bepaald moment hun veto tegen VN-resolutie 1973 hadden ingetrokken.
2. Misbruik van “bescherming van de burgerbevolking” : feit is dat VN-resolutie 1973 ruimte liet voor interpretatie, maar het is zeker niet zo dat er een full-scale luchtoorlog tegen Gaddafi’s troepen gevoerd werd, vaak tot grote frustratie van de revolutionairen zelf, die daar wel op gehoopt hadden. Na het goedkeuren van VN-resolutie 1973 duurde het nog een tergende 7 maanden alvorens de revolutionairen zich konden meester maken van Tripoli. Misrata werd gedurende een groot deel van die tijd door Gaddafi’s troepen gewoon verder gebombardeerd, luchtinterventie of niet. De revolutionairen moesten het, afgezien van de wapens die ze zelf buit gemaakt hadden, met vergelijkwijze lichte wapens stellen. De 10 à 20000 burgerslachtoffers (voor het overgrote deel van voor de VN-resolutie 1973) komen voor 90 à 95 % op rekening van bombardementen en beschietingen door de troepen van Gaddafi. Bovendien dreigde Gaddafi regelmatig met het aanrichten van een bloedbad, en werd via zijn TV- en radiozenders opgeroepen mensen te vermoorden (vgl. Radio Mille Collines in Rwanda), reden waarom deze doelwitten werden van de luchtaanvallen.
3. Het al dan niet misbruik van VN-resolutie 1973 zou aan de basis liggen van de problemen met een ingreep in Syrië : Rusland en China zouden zich geen tweede keer willen laten beetnemen. Deze stelling houdt geen steek, gezien van al de resoluties die van Putin en Hu een veto kregen, geen enkele een militair ingrijpen voorzagen.
“Humanitaire” interventies versus morele regressie.
Een ander staaltje is zijn visie op humanitaire interventies, wederom terug te vinden bij bepaalde links- en rechts-extreme demagogen.
Hij stelt dat “Een fundament van de wereldvrede(…)het principe (is) dat landen zich niet mengen in de binnenlandse aangelegenheden van een ander land”, Hij noemt dit een correct en noodzakelijk uitgangspunt dat vastgelegd is in het charter van de Verenigde Naties.
Wat hij vergeet te vermelden is, dat dit principe één grote lacune had : wat te doen, wanneer er binnen een bepaald land zich een genocide, erge schendingen tegen de mensenrechten, oorlogsmisdaden of etnische zuiveringen afspelen. Vele mensen vinden dat nationale soevereiniteit en territoriale integriteit ophouden, waar misdaden tegen de mensheid en mensenrechtenschendingen beginnen.
Geconfronteerd met o.a. de volkerenmoord in Ruanda, hadden zich de Verenigde Naties aan het werk gezet, om een beter uitgewerkt wettelijk kader te voorzien, dat de internationale gemeenschap in die gevallen zou toelaten om humanitair in te grijpen, beter bekend onder de benaming Responsability to Protect (of afgekort R2P). Tot op heden is het nog geen wet, maar een norm. Alhoewel het geheel nieuw lijkt, zijn de meeste instrumenten die de R2P-theorie aanreikt eigenlijk reeds verankerd in internationale wetgeving. Het grote zwaktepunt is, dat al dan niet toepassing van de norm, afhangt van het wispelturige gedrag van de leden van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, waarvan er sommigen zelf misdaden tegen de mensheid en grove mensenrechtenschendingen te verantwoorden hebben.
Eric Hulsens en Co zien R2P als een uitholling van het principe van nationale soevereiniteit en territoriale integriteit, en menen dat het zou kunnen misbruikt worden om oorlogen te voeren. Sterker nog : zij vinden dat nationale soevereiniteit en territoriale integriteit onaantastbaar zouden moeten zijn. Van morele regressie gesproken.
Met de meest lullige gemeenplaats : “Oorlogen worden zelden gevoerd om de redenen die officieel worden aangegeven.”, probeert hij deze stelling kracht bij te zetten. Daar waar hij eerst nog het woordje “zelden” gebruikt, doet hij vervolgens, alsof het hier om een wetmatigheid gaat, en besluit : “En pas als je de werkelijke motieven kent, is het mogelijk om een ethisch oordeel uit te spreken.” Vervolgens probeert hij dit toe te passen op de Libische revolutie.
Wie a priori ervan uitgaat dat iedere oorlog een achterliggende agenda heeft, is niet geïnteresseerd in objectiviteit, maar gaat het enkel om stemmingmakerij, weze het uit een fundamentalistische geweldloze instelling, of uit een extremistische anti-imperialistische, die telkens een Westers land een militaire actie onderneemt, veronderstelt dat er economische of strategische interesses mee gemoeid zijn . Met niet al te veel fantasie worden er theorieën ineengeschroefd (er is altijd wel ergens een grondstof of een strategisch belang), die een kritische analyse niet kunnen standhouden. Dit weerhoudt deze heren en dames evenwel niet, hun stellingen te blijven herhalen.
Ieder militair conflict moet in zijn specificiteit bekeken worden. Hoe heeft zich een conflict ontwikkeld, in welke historische context, welke diplomatieke strubbelingen gingen eraan vooraf, enz… allemaal facetten die moeten bekeken worden. Maar Hulsens en Co ? Die hebben dat allemaal niet nodig. Zij zoeken naar DE reden, en maken daar vervolgens alles ondergeschikt aan. Alles wat DE reden zou kunnen tegenspreken wordt straal genegeerd.
In het geval van de Libische revolutie bijvoorbeeld
• wissen zij de geschiedenis van de laatste 10 jaren gewoon uit (Libië leverde rijkelijk olie en gas aan het Westen, werkte nauw samen met de verschillende inlichtingendiensten in the War on Terror en voor de training en uitrusting van zijn eigen “veiligheids”diensten, was gewillige grenswachter voor de Europese Unie, vriend aan huis van Berlusconi,Merkel, Sarkozy, Blair enz…),
• de Egyptische en Tunesische revolutie hebben nooit plaatsgevonden (zij doen zo alsof er geen Arabisch Lente is),
• Obama heeft dezelfde diplomatieke stijl als de Bushs en Reagan (terwijl Obama compleet gebroken heeft met de diplomatieke stijl van Bush, enz…)
en komen zo tot de wereldschokkende conclusie : de humanitaire interventie in Libië ? Dat was omwille van de olie !
Tja, en de Chinezen en de Russen, die domoren, die wisten dat natuurlijk niet ! Die hebben domweg de internationale actie van de Verenigde Naties niet verboden, terwijl ze daar wel toe gemachtigd waren !
Als bewijs haalt hij dan de passage aan uit het boek van Denécé, met cijfers over de olieleveringen aan Frankrijk en citaten van uitlatingen van de toenmalige Franse minister van buitenlandse zaken, Alain Juppé. Het moet gezegd dat zij die hun geld verdienen met het verzinnen van samenzweringstheorieën (zoals Denécé), en linkse en rechtse demagogen, vaak een gelijklopende agenda hebben. De ene verdient er niet slecht zijn geld mee, de andere gebruikt die theorieën om er zijn “gelijk” mee te halen, of om twijfels te zaaien.
Probleem is : de vermeerderde leveringen van olie aan Frankrijk, en de uitlatingen van een politicus die zich uit de slag tracht te trekken, bewijzen juist niets. Het was een actie goedgekeurd door de internationale gemeenschap, waaraan 19 landen deelnamen. Uit het feit dat 1 of enkele van die landen erin geslaagd zijn hun oliecontacten met Libië te verbeteren, te menen kunnen afleiden dat olie en grondstoffen de reden waren voor de interventie, is een drogredenering.
Op dezelfde manier zou men aan de hand van de spectaculaire stijging van Amerikaanse economische belangen in West-Europa na de Tweede Wereldoorlog, kunnen “bewijzen” dat de Amerikaanse deelname aan de invasie van Nazi-Europa niet om humanitaire redenen was, maar puur om zakelijke belangen te behartigen.
Emo-journalistiek versus Emo-analyse.
Eric Hulsens stoort zich eraan dat Rudi Vranckx elementen van emo-journalistiek in de reportages verwerkt. Maar, waarom zou emo-journalistiek niet mogen ? Het is net dat wat Rudi Vranckx bedoelde wanneer hij zei, dat hij journalistiek wil maken op de snijlijn van journalistiek en geschiedschrijving.
Stel je voor je steekt jezelf in brand om een punt te maken, om iets te laten zien aan de wereld, en achteraf komt er geen kat naar je toe, kan je je verhaal niet doen, kan je niet laten zien, welk lijden je ervoor over had om verandering in je land teweeg te brengen. En het zijn juist zo’n acties die de lont aan het kruitvat gestoken hebben, die de boel hebben doen ontploffen, die dus echt historisch, journalistisch significant waren, en dan mag je die mensen die zo een daad overleefd hebben, niet in je reportage opnemen, want dit zou “voyeuristisch” zijn ? Komaan zeg !
Daarentegen mag men toch wel grote vraagtekens plaatsen achter de emo-analyses die Eric Hulsens zelf in zijn stuk verwerkt.
• Enerzijds beweert hij dat de burgerbevolking niet werd beschermd (alsof 10 à 20000 burgerdoden niet voldoende waren, zie hoger) maar anderzijds beklaagt hij er zich over dat “een andere categorie van de bevolking overgeleverd (werd) aan oorlogsgeweld, wraakzucht, repressie, foltering en executie”.
Och arme, die mensen die die dictator en massamoordenaar ondersteund hebben…
Zowat iedere dictator heeft/had zijn aanbidders en bewonderaars, mensen die voor hun grote leider bereid zijn/waren om te strijden en desnoods te sterven, en het is na iedere revolutie, of omverwerpen van een dictatuur dat er een min of meer sterke repressie optreedt. Maar stel je voor iemand zou de troepen die België of Nederland van het nazi-regime bevrijd hadden, de repressie en haar excessen verweten hebben, die er daarna zijn opgetreden…
Dit deel van zijn analyse wordt nog weerzinwekkender, wanneer hij dit argument zelfs uitbreidt naar de Syrische revolutie, en deze probeert voor te stellen als een sektarische bedoening. Zo schrijft hij (recht uit Assad’s propagandamachine):”het is maar de vraag met welke “menselijkheid” alawieten, christenen (…)door de rebellen zullen worden behandeld.”
Afgezien van het diffameren van de revolutie, wat is de boodschap hier ? Jongens, stop nu toch eens met revolutie maken, want wie weet wat er achteraf gebeurt ? Men mag dit verwachten van aristocratische en bourgeois denkers, maar van mensen die zichzelf “links” noemen ?
Een ander sterk staaltje emo-analyse van Eric Hulsens:
• Zo stelt hij dat “Een wat uitgebalanceerder, onpartijdiger en onafhankelijker benadering van Kadhafi had bijvoorbeeld ook iets van diens verdiensten kunnen vermelden”, en verder “Kadhafi was niet alleen maar goed gek, hij was ook soms gewoon goed.”
Och arme die goede gek, men spreekt niet over zijn goede daden… Iemand die omwille van zijn machtswellust tienduizenden mensen de dood in gejaagd heeft !
Om goed te begrijpen wat Eric Hulsens hier doet, moet men zich eventjes voorstellen, dat een journalist een reportage maakt over D-Day, en men maakt zijn beklag erover dat men niet over de goede daden van Adolf Hitler spreekt, want die man “was niet alleen maar goed gek, hij was ook soms gewoon goed.”
Het maakt hierbij geen verschil of die man miljoenen mensen op zijn geweten heeft, of tienduizenden.
Daar waar men van een correcte wetenschappelijke historische analyse een gebalanceerde aanpak mag verwachten, is dit voor een journalistieke reportage, waarin men bepaalde thema’s uitdiept, niet noodzakelijk. Zoals Rudi Vranckx in Knack stelde : het is niet zijn bedoeling om aan geschiedschrijving te doen.
De emo-analyse van Hulsens en Co is niet onschuldig.
Hier probeert men de misdaden van een brutale dictatuur af te wegen tegen de goede zaken die hij gedaan heeft, om zo sympathie voor die misdadiger te wekken (achterliggende redenering : “kijk, zo slecht was het toch allemaal niet”). Dit kan en mag men nooit doen. Geen enkele goede daad van een dictatuur, weegt op tegen de misdaad die een dictatuur op zich betekent, en tegen de duizenden mensen die door de dictatuur het leven gelaten hebben of gefolterd zijn geweest.
Tezelfdertijd berooft men de mensen van hun revolutie. De mensen zijn enkel goed voor de statistieken, wat telt is de olie of, zoals in het Syrische geval waar men geen grondstoffen als DE reden naar voor kan schuiven, geostrategische belangen. Twee argumenten die bij nadere analyse als drogredenen ontmaskerd zijn.
Als klap op de vuurpijl, probeert men de revoluties te belasteren, door de misdaden die ook in revolutionaire rangen ten allen tijde werden begaan, op gelijke hoogte te stellen met de misdaden van de despoten. Dit is een leugenachtige vertekening van de feiten, want zowel in Libië als in Syrië, gaan 95 à 99 % van de misdaden op rekening van de dictators.
En tenslotte probeert men angst en onzekerheid te verbreiden. Wat gaat er niet gebeuren wanneer de revolutionairen aan de macht komen ? Met zulk een redenering zou er nooit een revolutie plaatsgevonden hebben.
Een bijna perfect propaganda artikel ten dienste van massamoordenaars.
Nawoord.
Over de mediaberichtgeving over de Libische en Syrische revolutie valt er veel te vertellen. Nationale omroepen die bijna geen nieuws brachten, zenders die wel nieuws brachten, media die enkel berichtten wanneer er salafisten in het spel waren, de bijna complete mediastilte omtrent de verantwoordelijkheid van Putin en Xi, de houding van linkse media enz…
Maar al dit interesseert Hulsens niet. Hem ging het om zijn visie over het Libische en in mindere mate Syrische conflict over te brengen. Een gemiste kans voor KifKif. Spijtig.
Beno Klee, Januari 06 2013
(*) Putin is één van de hoofdverantwoordelijken van de twee militaire campagnes die de Russische Federatie tegen Tsjetsjenië gevoerd heeft, waarbij tussen 50000 en 100000 burgers bij bombardementen op bewoonde stadsdelen zijn omgekomen (Putin’s aandeel : zo’n 25000). Dit is tussen 5 en 10 % van de bevolking, een misdaad te vergelijken met de campagne van Nazi-Duitsland tegen het Russische volk. Bovendien is Putin hoofdverantwoordelijk voor het dictatoriale regime dat in Tsjetsjenië heerst, dat gekenmerkt wordt door talrijke moorden op oppositieleden en critici, foltering, en andere feiten van het met de voeten treden van de mensenrechten. De militaire strategie die heden in Syrië wordt toegepast, is bijna een exacte copij van de strategie die de Russische juntas in Tsjetsjenië hebben toegepast.
Tags: Arabische Lente Misdaden tegen de mensheid Responsibility to Protect