Peter Storm: "SWP-crisis: ratten besturen zinkend schip"

Hier kun je discussieren over Peter Storm: "SWP-crisis: ratten besturen zinkend schip".
Ze vinden de uitkomst van een ingelaste partijconferentie, afgelopen zondag gehouden, waarin het Centraal Comité met bureaucratische trucs en intimiderende praat een meerderheid tegen de opgekomen oppositie in stelling bracht, ondraaglijk onaanvaardbaar. Ze wachten niet af tot ze de partij worden uitgegooid – per e-mail, zoals eerder al mensen was overkomen – maar houden de eer aan zichzelf. Groot gelijk. Wie verstandig is en solidariteit en strijd tegen onderdrukking serieus neemt, verlaat het zinkend schip dat nog slechts door ratten bestuurd lijkt te worden.

Wat achterblijft is een bureaucratische romp, die terecht door steeds meer mensen die voorheen de partij nog enig krediet gaven, wordt uitgekotst. In die partij zitten -gedomineerd door een botte partijleiding die dissidentie als vijandschap bejegent – nog steeds serieuze kritische socialisten. Maar het is voor zulke mensen steeds minder een geschikte plek. Het treurige is echter dat het wegkwijnen of instorten van de SWP als nog enigszins constructieve kracht, niet alleen die partij zelf, maar ook bredere strijdbewegingen tegen bijvoorbeeld bezuinigingen en racisme, raakt . De crisis van een Leninistische organisatie als de SWP is daarmee ook voor niet-Leninistische radicalen, voor antiautoritaire revolutionairen, van belang.

Hoe kwam deze crisis op gang? Hoe ontwikkelde die zich? (1) Al in 2010 en 2011 gingen er geruchten over seksueel misbruik dat begaan zou zijn door een CC-lid tegen een jonge vrouw. Eind 201 besloot deze vrouw om de klacht binnen de partij aanhangig te maken. Een intern partijorgaan de Disputes Committee (DC) boog zich over de zaak. In deze commissie zaten echter vooral mensen die het beschuldigde SWP goed kenden, soms bevriend met hem waren. Er zaten ook nog eens een tweetal CC-leden in het DC, hetgeen het onafhankelijke karakter van die DC al ongeloofwaardig maakte. Surprise: de DC achtte de beschuldiging van verkrachting ongegrond, die van seksueel misbruik niet bewezen. Uitgelekte verslaglegging van de zitting op de partijconferentie in januari waar de DC haar bevindingen presenteerde, maakte aannemelijk dat bij het onderzoek vreemde dingen waren voorgevallen: de aangeklaagde kreeg inzage in wat degene die met de klacht kwam naar voren ging brengen, maar die vrouw kreeg niet van te voren te zien of horen waar de aangeklaagde leidende SWP-er mee zou komen. De vrouw kreeg ook het soort vragen te verduren waaruit zou kunnen blijken dat ze er wel om zou hebben gevraagd, het ernaar zou hebben gemaakt, wel degelijk met seks zou hebben ingestemd en dergelijke. Anders gezegd: de klagende jonge vrouw zou bijna als verdachte bejegend zijn.

Op de conferentie in januari accepteerde slechts een krappe meerderheid van degenen die stemden het DC-rapport, en daarmee de versie die door het CC werd gedragen. Een grote minderheid was tegen, sommige aanwezigen waren te geschokt om een stem uit te brengen. De meerderheid die instemde was dus feitelijk nog een minderheid ook. Maar wat betreft de partijleiding was de zaak afgedaan, iedereen kon weer aan de slag met krantenverkoop en campagnes, geen gezeur. Dat bleek een misrekening. Mensen waren boos, vonden dat een beschuldiging van verkrachting niet zo kon worden afgedaan. Daar kwam bij dat het tevoren al rommelde. Vier SWP-leden die via Facebook met elkaar overlegden of ze geen interne fractie moesten vormen om voor meer openheid en dergelijke te pleiten en de partijdemocratie te versterken, besloten dat niet te doen. Het CC kwam achter hun Facebook-discussie… en royeerde de vier mensen wegens geheime fractie-activiteit! Twee groepen hadden wel een fractie gevormd – iets dat toegestaan is in de aanloop naar een conferentie – maar de meerderheid van de conferentie steunde op die conferentie het CC.

Dat was in januari. Kort na de conferentie lieten echter flink wat kritische leden zich horen. Er kwam een blog van oppositionele SWP-ers, inmiddels operationeel als plek waar uitgetreden ex-partijleden communiceren. Studentengroepen van de partij kwamen met zeer kwade kritische verklaringen. Vooral in studentenkringen was er grote weerzin tegen het CC-optreden. Veel van hem waren op de golf van studentenprotest en rellen eind 2010 de partij binnengekomen, vonden discussies op Facebook doodnormaal en het idee dat zoiets tot disciplinaire maatregelen zou kunnen leiden te zot voor woorden. In de hele crisis van de houding van CC en aanhang tegenover het internet er trouwens een van wantrouwen onbegrip en afwijzing. Logisch ook wel: sociale media en het via internet onvermijdelijk uitlekken van stukken maakt de top-down-controle op de ouderwetse manier vrijwel onmogelijk, en zonder die controle verliest het CC haar greep. Dictators leggen tijdens het volksopstand niet voor niets graag het internet even stil. Je moet er niet aan denken wat er gebeurd zou zijn als de SWP een eigen provider en mailserver voor haar leden erop na zou houden. Maar zelfs dat is een veel te frivool idee voor deze lui.

Een oppositie vormde zich die op een nieuwe conferentie aan begon te dringen. Vanuit de partijleiding klonken intimiderende geluiden, een soort partijraad steunde in grote meerderheid het CC, maar de rust keerde niet weer. Eerst was er een betrekkelijk kleine groep met kopstukken als China Mieville en Richard Seymour, bekend als blogger op Lenin’s Tomb. Hij maakte zijn oppositie daar al vrij vroeg in januari openbaar met een scherp stuk: “Crisis in the SWP”. Rond hen vormde zich het Democratic Renewal Platform. Maar vrij opeens barstte de oppositie uit haar voegen en was er opeens weer een fractie, In Defence Of Our Party, (IDOOP), gematigd in haar kritiek maar ook veel breder van samenstelling. Daar zaten mensen uit het hart van de SWP in, lui als Pat Stack – voorzitter van de DC maar de enige die in die hoedanigheid niet meegegaan was met het verhaal dat er niets loos was – Ian Birchall, één van de langst levende SWP-ers en daarin gerespecteerd schrijvers, en veel anderen. Mark Bergfield, in het CC verantwoordelijk voor studentenwerk, trad intussen op 8 februari uit het CC en legde zijn verantwoordelijkhied voor studentenactiviteiten neer, hetgeen hij met een onmiddellijk uitgelekte brief toelichtte. De crisis raakte intussen het hart van de organisatie.

Het CC stond voor een probleem: star blijven en een explosie riskeren, of iets toegeven en kijken of je de oppositie kon neutraliseren of splitsen in een gematigd deel dat binnenboord gehouden kon worden en de radicale stroming die kon oprotten. Vrij onverwachts lanceerde het CC daarom alsnog een tussentijdse conferentie om de gang van zaken alsnog te bespreken en een streep onder de hele toestand te krijgen. In de aanloop daar naartoe werd de sfeer hier en daar uiterst onaangenaam. Van Alex Callinicos, kopstuk in het CC, lekte een uitspraak uit op een redactievergadering van het theoretisch tijdschrift van de SWP. Hij sprak dreigend dat, als oppositionelen zich na de partijconferentie niet neerlegden bij het daar genomen besluit, er “lynchmobs” van partijleden zouden kunnen opduiken, kennelijk tegen zulke oppositie. Dat werd de sfeer, voor zover het de sfeer al niet langer was.

De conferentie kende een organisatorische aanloop die uitblonk in bureaucratische manipulatie. Gedelegeerden naar zo’n conferentie worden op districtsvergaderingen zogeheten ‘aggregates’ aangewezen. Op die vergadering regelde het CC het zo dat zij twintig minuten spreektijd kreeg, de woordvoerder van IDOOP zes minuten. Het CC trommelde allerlei leden die al jaren niet meer actief waren opeens op naar aggregates, om ervoor te zorgen dat CC-loyalisten gedelegeerd werden en IDOOP-aanhangers niet. Het CC wierf haar aanhang voor een lijst van steunverklaringen die op 15 februari 500 mensen eronder had, dat werden er uiteindelijk 511. IDOOP wist 532 ondertekenaars te verwerven, althans volgens twee aanhangers, Mike Gonzalez en Meggy Trudell. Bij een min of meer eerlijke samenstelling van de conferentie zou je dus een fifty-fifty-uitslag, of een kleine meerderheid voor één van beide kampen, hebben verwacht, want er is geen reden dat de mensen die niet achter één van beide verklaringen stonden, allemaal naar één van de twee lijsten zouden overhellen – al is er reden om aan te nemen dat het CC meer drukmiddelen had dan de oppositie. De kans dat de steun voor het CC kunstmatig is opgeklopt is groter dan dat de oppositie daar bij haar eigen steun in zou zijn geslaagd. Regie van het CC – dat feitelijk als fractie optrad en haar greep op het partijapparaat benutte voor haar eigen positie en overwicht – zorgde ervoor dat ze stemmingen ruim won: 448 oor de voornaamste resolutie van het CC, 113 tegen, 13 onthoudingen, aldus Party Notes (2), de communicatie van de SWP-leiding met haar leden. Berichtgeving over de bijeenkomst maakte gewag van taal vanaf het podium van het type ‘als het je niet bevalt, dan rot je maar op’. Het CC won de strijd. Het ziet er echter naar uit dat ze al doende de partij de doodsteek gaf.

Terwijl de partijbureaucratie van de SWP aldus haar orde herstelde voor zolang als het duurde, kwamen er steeds onaangenamer berichten over de niet-langer-interne gang van zaken in die club naar boven. Over de verkrachtingszaak zelf weten we in tussen bijvoorbeeld dat de jonge vrouw die de klacht indiende, tijdens het voorval 17 jaar zou zijn geweest; degene die ze van haar verkrachting beschuldigde, aangeduid als Kameraad Delta vanwege de anonimiteit, was een man van in de veertig. Dat is op zijn minst vragen om narigheid, zoals Soviet Goon Boy – we komen hem herhaaldelijk tegen, hij schrijft nogal wat, doorgaans zeer verstandig over de SWP-ellende – aangeeft in zijn “The age gap, and why it matters”.En inderdaad. Met seks tussen een zeventienjarige en een veertiger is alleen dán niets bij voorbaat mis als de twee zich nadrukkelijk niet in een soort van hiërarchische verhouding bevinden, en zelfs dán is er sprake van riskante machtsongelijkheid. Maar iedereen snapt dat bijvoorbeeld een docent van 45 geen seksuele relatie moet gaan hebben met een leerlinge van 17 in de klas waar hij aan lesgeeft. Een docent van wie zoiets bekend word, kan op staande voet ontslag krijgen, en ik geloof niet dat een SWP daartegen actie zou gaan voeren. Iedereen snapt dat de directeur die het met zijn secretaresse die half zo jong is doet, of een president die zich door zijn veel jongere stagiaire laat bevredigen, zijn macht misbruikt.

Leeftijdsverschil, gecombineerd met afhankelijkheid gezagsverhoudingen en statusverschil, maken dit soort betrekkingen verkeerd, manipulatief, onvrij, zelfs als de jongere, afhankelijke partij van de twee het zich aan laat leunen, het misschien wel spannend vindt, en geen rechtstreekse dwang ondervindt. Verkrachting of aanranding is het niet automatisch; misbruik is het wel, en de kans dat zoiets op aanranding en verkrachting uitdraait is niet gering. Je moet zoiets gewoon niet willen, en het is de oudere die die wijsheid zou moeten opbrengen. Een partijbons van in de veertig en een jong vrouwelijk partijlid van 17 is om dezelfde reden sowieso al geen gezonde situatie. Alleen al om die reden zou dat DC van de SWP gewoon hebben moeten adviseren dat kameraad Delta zijn leidende functies in de partij neer zou moeten leggen en zijn lidmaatschap geschorst zou moeten worden, of iets dergelijks.

Daarnaast is het van de gekke dat een DC sowieso een verkrachtingszaak gaat behandelen alsof het een rechtbank is. Stel dat ze Kameraad Delta wel schuldig had bevonden en het tot royement was gekomen. Is royement een adequaat antwoord op verkrachting? Als morgen de lynchmobs van Callinicos een opponent het ziekenhuis in slaan, en er komt een onderzoek, is dan royement een afdoend antwoord op zware mishandeling?

Ronduit raar was ook de steun en bijval die de partijleiding kreeg. Zelf kwam ze nauwelijks met een verdediging waar ‘de buitenwereld’ van mocht meegenieten, en dat was al symptomatisch. Er was aleen het stuk van Callinicos ter verdediging van zijn versie van leninisme, maaer dat bleef hangen in algemeenheden. Als het gelijk van Callinicos en zijn maten zo glashelder was, waarom dat dan niet in helder proza uiteengezet zoals zijn partijtegenstanders dag in dag uit wel deden? Was de waarde professor zijn schrijfvaardigheid opeens helemaal verloren? Bijval voor de harde lijn kreeg het CC van Derek Thomas, op diens blog The Workers United – een misplaatste titel if there ever was one. Voor hem was Richard Seymour niet zomaar iemand met wie je van mening verschilde, maar een partijsaboteur, een verrader, de “anti-Lenin”. Hij zag politiespionnen aan het werk in de hele crisis, en riep het CC op om Seymour en dergelijke de partij uit te mikken. Eventueel kon er heel voorzichtig bij bepaalde interne procedures gekeken worden of die beter konden, maar in het algemeen gold: wat het CC doet, is welgedaan. En die verkrachtingsbeschuldiging? Ach, er is niets bewezen, degene die klaagde ging niet naar de politie, kameraad Delta is dus juridisch onschuldig, geen reden voor heisa…

Het CC, en Delta persoonlijk, had een nog onsmakelijker bondgenoot: Gilad Altzmon. Dat is een jazzmusicus, maar ook een antisemiet. En het was een vriend van een andere jazzliefhebber, namelijk Kameraad Delta himself, door Atzmon bij zijn echte naam genoemd. Al die kritiek op Delta? Een complot, vanzelfsprekend! Van wie? Van Joden, jawel! Ik moet wel citeren uit zijn artikel, hoe onfris het ook is, anders geloof je het niet. “Exact dezelfde Judeocentrische tribale coalitie die, anderhalf jaar geleden, gevormd werd om mijn carrière te ruïneren (en faalde) vervolgt nu Martin Smith, alias Kameraad Delta, voormalig secretaris van de Britse SWP (Socialist Workers Party)” Verderop in hetzelfde stuk: “Ze vallen hem lastig omdat hij me een platform gaf ondanks de Joodse eis om me een ban te geven.” Delta wordt vervolgd omdat hij weigerde te wijken voor druk om een antisemiet die toevallig ook jazz maakt, te weren. Van die beschuldiging over verkrachting kan niets waar zijn, ik ken mijn vriend Martin.. Dat was de, openlijk antisemitische, strekking van Atzmons betoog. Dat noch Smith, noch de SWP-leiding de grootst mogelijke publiciteit hebben gezocht om dit vergif te veroordelen en zich er zo ver mogelijk van te verwijderen, zegt iets, en je mag zelf invullen wat.

De beroerde afhandeling van de verkrachtingszaak – de boel tot een disciplinaire interne partijzaak reduceren, en dan ook nog de schijn van partijdigheid op zich laden door de beschuldigde partijbons uit de wind te laten houden door zijn naaste medewerkers – riep hier en daar de wrange vraag op: zou jij je dochter lid laten worden van zo’n partij? Zijn vrouwen daar veilig? Inmiddels duiken er aanwijzingen op dat de zaak rond Kameraad Delta niet de enige zaak van deze aard is. Er zou eerder een andere prominente SWP-er tijdelijk geschorst zijn, met het advies om eens wat te lezen over de SWP-politiek over vrouwenbevrijding… omdat hij zich aan grof seksueel misbruik zo hebben schuldig gemaakt, aldus althans een artikel in de Guardian. Een schorsing plus wat huiswerk als straf voor iets dat in de buurt komt van verkrachting. En maar verbaasd zijn dat mensen de SWP op het punt van vrouwenrechten niet vertrouwen. Dat gevoel werd versterkt toen bekend werd hoe vanuit CC-aanhangers gepraat werd over mensen die hard aan de bel trokken rond dit soort zaken. Die maakten zich aan “sluipend feminisme” schuldig. Feminisme als scheldwoord hanteren is in deze context een vorm van schamper doen over de ongelijke machtsposities van vrouwen en de strijd daartegen, en revolutionairen totaal onwaardig.

De hele kritiek rond de verkrachtingszaak werd door de partijleiding met bureaucratisch optreden beantwoord. Hier komen we aan de tweede kwestie: de partijstructuur. Waarom vocht het CC zo nadrukkelijk tegen de critici, de oppositie binnen de partij? Waarom nam ze het zo nadrukkelijk voor Kameraad Delta op? Waar vocht ze tegen, en waar vocht ze voor? Vanuit het CC klonk het geluid dat langs deze wijze een efficiënt opererende reolutionaire partij gewaarbordg moest worden. Een Leninistische partij moest weliswaar discussie mogelijk maken maar als een besluit eenmaal was genomen via meerderheidsstemming diende iedereen dat loyaal uit te voeren. Interne groepsvorming -fracties – konden slechts tijdelijk in aanloop aan een conferentie getolereerd worden, maar permanente georganiseerde oppositie was ontoelaatbaar. Dat zou allemaal vanuit die hooggehouden leninistische erfenis nodig zijn. Oppositionelen en hun sympathisanten brachten daar – terecht! – tegenin dat in Lenins Bolsjevistische partij tot 1921 georganiseerde oppositiestromingen heel gewoon waren, dat zulke oppositie vaak ook iemand binnen de partijleiding konden kiezen en dergelijke, en dat in de partijpers openlijk de meningsverschillen besproken werden, en niet enkel intern zoals bij de SWP de norm is. De oppositie stelde een open, veel dichter bij de historische werkelijkheid aansluitend Leninisme tegenover een veel geslotener versie van dit Leninisme dat vooral voortbouwt op hoe de Communistische Partij in Rusland in de jaren twintig en haar zusterpartijen verenigd in de Communistische Internationale (Comintern) opereerden: met fractieverbod, met een gesloten, oppermachtige partijleiding en een partijpers die De Partijlijn uitdraagt en daarmee basta. Aan dit model – waarover Lenin zich soms mild-kritisch uitliet, al accepteerde hij de noodzaak in grote lijnen wel – is vooral de naam van Grigori Zinoviev, chef van de Comintern, verbonden. Toen Callinicos zijn versie van Leninisme etaleerede onder de titel : “Is Leninism Finished?” , antwoordden opponenten vinnig en onderbouwd met een stuk: “Is Zinovievism Finished? A reply to Alex Callinicos”

Voor niet-Leninistische radicale buitenstaanders is de versie van het Leninisme zoals bijvoorbeeld Seymour en andere opponenten die verdedigden, een stuk sympathieker dan die van Callinicos en zijn mede-bureaucraten. Sowieso verdient de oppositie waardering voor jaar kritische opstelling, voor het feit dat ze probeert de verkrachtingszaak serieus te nemen en in een breder anti-seksistisch kader probeert te plaatsen, en voor de stellingname ten gunste van meer interne vrijheid en democratie in de SWP. Maar het blijft veelal een discussie binnen Leninistische – op politiek leiderschap en partijmacht gerichte – termen. Die termen zelf wringen: leiderschap, een organisatorische hiërarchie, plus het streven naar partijpolitieke invloed zijn een recept voor machtsmisbruik, hetgeen in een patriarchale ongelijkheid doortrokken wereld tevens betekent: seksueel misbruik. Dat wil niet zeggen dat formeel niet-hiërarchische organisatievormen – anarchistische groepen, Occupy – gevrijwaard zijn van seksueel misbruik tot en met verkrachting. Het betekent wél dat hiërarchische partijpolitieke organisaties en werkwijzen het risico vergroten en het toedekken ervan zowel faciliteren als van een motief voorzien.

Een SWP waar de oppositie de overhand had gekregen zou een aangenamer plek zijn om actief in te zijn, en ook een plek waar je als vrouw, vooral als jonge vrouw, wat veiliger zou zijn. Maar het zou nog altijd een partij zijn met de ambitie om beweging te leiden op weg naar politieke macht, wat precies niet de weg is die een werkelijk revolutionaire beweging dient te gaan. Dat kernprobleem zou teruggekomen zijn. Wel is het waar dat sommige van de dissidenten precies ook aan Leninistische aspecten van de SWP-politiek aan het morrelen gaan. Een interessante ontwikkeling. Voorbeeld ervan is voormalig SWP-journalist Tom Walker, al in januari de partij uitgestapt, die inmiddels op zijn blog Reinventing the Left interessante beschouwingen geeft waarin hij inzichten met een licht libertaire inslag, veel waardering ook voor Rosa Luxemburg, probeert te combineren met een nadruk op precies de wat opener soort van Leninisme waar de oppositie sowieso naar zoekt. Hij opereert echt aan de rand van het Leninisme, met een lichte hang precies aan de goede antiautoritaire kant. Ik hoop vurig dat onder de uitgetreden SWP-ers meer mensen die kant opgaan. Dat onder de vertrekkers zich de intelligente blogger Richard Seymour bevindt, en dat die de strijd van buiten de SWP voortzet, stemt hoopvol. Wie weet waar die nog eens uitkomt – als zijn werkterrein als boekenschrijver commentator in een gevestigde krant als de Guardian hem maar niet naar de mainstream en naar een status als Gerespecteerd Intellectueel trekt.

Wat maakt de partijleiding zo halsstarrig in haar verdediging van hardline gesloten Leninisme? Het gaat hier niet alleen om dogmatisme, leerstellingheid plus oogkleppen. Er is een machtsconflict in het spel, het CC vecht om betaalde posities, om de zeggenschap over een betaald apparaat, en om invloed binnen vak- en andere beweging. Dat werkt als volgt. Het CC wordt gekozen, als groep. Je kunt dus niet voor of tegen afzonderlijke CC-ers stemmen, maar enkel voor het hele team: het zogeheten slate system. Zo werd er overigens bij de Bolsjevieken in Lenins tijd geen CC gekozen: daar stonden mensen als individu kandidaat. De invoering van dat lijstjessysteem in Leninistische partijen dateert uit… 1934, het zeventiende partijcongres, tijdens de dictatuur van Stalin. Dat vertelt Jim Jepps, die ook de werking ervan uiteenzet.

Het CC stelt zelf zo’n lijst samen: doorgaans het bestaande CC, minus een enkeling en plus een nieuwe kandidaat. Daar kom je als partijlid nauwelijks tussen, het is blokvorming. De meeste CC-ers zijn betaalde fulltimers van de partij. Vallen ze uit het CC dan is dat dus niet alleen verlies van functie, maar potentieel baanverlies. Vervanging van CC-ers is doorgaans iets dat het CC zelf als volgt oplost: kameraad X functioneert niet, het CC besluit om kameraad X niet meer voor te dragen in het kandidatenlijstje voor een komend CC. Er wordt een nieuwe kandidaat gezocht. Doorgaans zoekt het CC die in de rangen van actieve partijorganisatoren, districtsverantwoordelijken, degenen die het studentenwerk of het vakbondswerk van de partij regelen. Dat werk bestaat uit het doorgeven van CC-instructies aan afdelingen en dergelijke, en het doorgeven van ervaringen uit die afdelingen terug naart boven, naar de partijleiding. Het apparaat is dus de schakel waarmee de leiding de partij bestuurt, het wordt afgerekend op hoezeer ze dát doet, niet op basis van het nemen van eigen initiatieven eof het vertonen van politieke creativiteit. Ook de functionarissen in dat apparaat zijn betaalde SWP-krachten – en ze worden benoemd door het CC! Dat betekent dat het CC voor potentiële CC-ers put uit functionarissen die ze zelf in een eerder stadium benoemt. Je komt natuurlijk makkelijker in aanmerking oor een CC-functie als je je werk als organisator goed doet in de ogen van het CC. Dit zijn verhoudingen die dienstklopperij, vleierij naar boven en orders geven naar beneden in de hand werken. Je wordt zo maar al te makkelijk beoordeeld en gepromoveerd op basis van loyaliteit, niet op basis van kritisch inzicht.

Komt een betaalde functionaris – CC-er of anderszins – onder vuur te liggen, en komt rond zoiets oppositie, dan is de reflex – zoals bij ieder bureaucratisch leidinggevend apparaat – de collega beschermen, kritiek afwimpelen, de aanval op het apparaat behandelen als aanval op de partij de traditie de fundamentele principes. Wat we nu in de SWP zien heeft dan ook niet alleen trekken van een richtingenstrijd tussen verschillende soorten Leninisten, maar van een machtsstrijd tussen partijapparaat en een oppositie die de banen en posities van leden van dat apparaat bedreigt. “The SWP crisis: some reflections” op het weblog Soviet Goon Boy, gaat precies op deze organisatorische dimensies van één en ander in. Als je één stuk, en niet meer, over de SWP-ellende wilt lezen, ik zou zeggen: lees dan dát.

Kameraad Delta – in de werkelijke wereld dus bekend als Martin Smith – was binnen het apparaat kennelijk extra belangrijk. Hij was nogal eens degene die het contact met bevriende vakbondsbestuurders onderhield. Die bestuurders werden nogal eens gevraagd om toespraken te houden op door de SWP samen met anderen opgezette bijeenkomsten van bredere paraplu-organisaties tegen bezuinigingen en dergelijke. Coalities met zulke bestuurders moest de partij enige invloed in de vakbeweging geven en helpen om ook gewone vakbondsleden te activeren. De SWP praat vaak over de rol van de basis van de vakbeweging. De praktijk richt zich echter vooral op goede betrekkingen met linksere vakbondsbestuurders, die enerzijds met oproepen tot militanter actie bestookt worden, anderzijds ook een podium aangeboden krijgen op door de SWP gedomineerde publieke evenementen. Martin Smith was degene langs wie de lijnen tussen SWP en vakbeweging vaak liepen. Die lijnen waren belangrijk in de SWP-strategie; dat maakte Martin Smith in de ogen van CC-ers kennelijk zo belangrijk dat hij in bescherming genomen moest worden, ook toen er een ernstige en hardnekkige beschuldiging van verkrachting tegen hem werd ingebracht. Iets soortgelijks speelt rond het thema van het antifascisme, waarin dezelfde Smith een forse, kennelijk door het CC onmisbaar geachte, organisatorische rol speelt. Het doel – partijinvloed – heiligde kennelijk het middel – het smoren van kritiek, het beroerd afhandelen van een beschuldiging van verkrachting. Dat is althans de doordachte interpretatie die op dat waardevolle weblog Soviet Goon Boy te lezen valt. De vakbondsconnectie zou ook helpen verklaren waarom zich onder de list CC-loyalisten zoveel vakbondsleden, met name ook SWP-ers met bestuursfuncties. in vakbonden waar de partij enige invloed heeft.

Maar het lijkt erop dat binnen de partij erg veel mensen de gang van zaken zodanig ondraaglijk vinden, dat ze opstappen. Een gezonde reactie, die aan de partijinvloed die het CC beoogt wel eens flink afbreuk kan doen. Want welke serieus actieve vakbondslid wil nu nog samenwerken met een partij die op zijn minst de schijn wekt beschuldigingen van verkrachting nauwelijks serieus te nemen, interne kritiek als ketterij bejegent en dissidenten zo ongeveer als verraders behandelt? En welke zusterorganisatie van de SWP handhaaft nu nog de kameraadschappelijke betrekkingen met die partij, nu die partij zo overduidelijk een naargeestige bureaucratisch getiranniseerde secte aan het worden is? (3)

Noten:

(1): Het is teveel gedoe om elke bewering in bovenstaande tekst van een verwijzing te voorzien. Heel veel links naar informatie zijn bijeengebracht en gerubriceerd door Jim Jepps, in zijn artikel “SWP crisis: who is saying what?” De Communist Party of Great Britain(CPGB), een uit de oude Communistische Partij voortgekomen groepering die vooral andere linkse clubs kritisch volgt, houdt ook de SWP en haar crisis crisis nauwlettend en kritisch bij, met zowel uitgelekte documenten als eigen analyses, netjes bijeengebracht; op het webliog Socialist Unity – ook geen erg toepasselijke naam trouwens – staan uitgelekte documenten vaak erg snel. Ook dat is een nuttige informatiebron, al is het ook een beetje eeen linkse roddelstite, met een toon van analyses en vooral commentaren die vaak vaak wel erg hatelijk en vijandig is. Maar waar de SWP zelf als een gesloten oester opereert en reageert op een toon van niets-aan-de hand, allemaal-weer-aan-de-slag en bemoeials-wegwezen, heeft ze weinig recht van klagen als mensen zich van dit blog en dergelijke websites bedienen om aan informatie te komen…

(2): Ik geef de link naar een commentaar op Lenin’s Tomb waar die Party Notes weergegeven worden. De link naar de Party Notes zelf is www.swp.org.uk/party-notes Maar van die Notes verschijnt regelmatig een nieuwe versie, terwijl de link dezelfde blijft; eerdere Party Notes worden dus onvindbaar. Vandaar dat ik naar dat commentaar verwees, daar blijven ze te lezen.

(3): Het is wel; zo eerlijk als ik vertel dat ik bijna twintig jaar lang, tot in februari 2008, tot de Internationale Socialisten (IS), zusterorganisatiie van de SWP in Nederland. In bovenstaande tekst zit dat ook niet alleen woede, maar ook schaamte, en niet al die schaamte is puur plaatsvervangend. Maar hopelijk leert een mens van zijn fouten, en zwijgen is geen optie.

Peter Storm


Global IMC Network www.indymedia.org Afrika Ambazonia Canarias Estrecho / Madiaq Kenya South Africa Canada London, Ontario Maritimes Quebec Oost Azië Japan Manila QC Saint-Petersburg Europa Abruzzo Alacant Antwerpen Athens Austria Barcelona Belarus Belgium Bristol Brussels Bulgaria Calabrië Cyprus Emilia-Romagna Estrecho / Madiaq Euskal Herria Galiza Duitsland grenoble Hungary Ireland Istanbul Italy La Plana Liege liguria Lille Linksunten Lombardia London Madrid Malta Marseille Nantes Napoli Netherlands Northern England Norway Nottingham Oost-Vlaanderen Paris/Île-de-France Piemonte Poland Portugal Roma Roemenië Russia Scotland Sverige Switzerland Torun Toscana Ukraine UK-GB Latijns Amerika Argentina Bolivia Chiapas Chile Sur Braszilië Sucre Colombia Ecuador Mexico Peru Puerto Rico Qollasuyu Rosario santiago Uruguay Valparaiso Venezuela Oceanië Aotearoa Manila Melbourne Perth QC Sydney Zuid-Azië India Verenigde Staten Arizona Atlanta Austin Baltimore Big Muddy Binghamton Buffalo Charlottesville Chicago Cleveland Colorado Columbus DC Hawaii Houston Hudson Mohawk LA Madison Michigan Milwaukee Minneapolis/St. Paul New Mexico New Orleans NYC Philadelphia Pittsburgh Portland Richmond Rochester Rogue Valley San Diego San Francisco Bay Area Santa Cruz, CA Sarasota Seattle Urbana-Champaign Worcester West Azië Beirut Israel Palestine Process FBI/Legal Updates Mailing Lists Process & IMC Docs Projecten Print Radio Video Regio's United States Topics Biotech