| |
Kraakverbod brokkelt verder af: Schijnheilig wint procedure Schijnheilig - 01.03.2011 17:45
Het ontruimingsbeleid van kraakpanden is niet in de haak, dat oordeelt het Hof Amsterdam in diens arrest in de zaak Schijnheilig tegen de Staat der Nederlanden. De uitspraak is een overwinning voor de kraakwereld en houdt de facto in: geen ontruimingen voor leegstand. Collectief Schijnheilig: “We zijn blij dat het Hof de Staat terugfluit in haar vogelvrijverklaring van krakers.” Schijnheilig altijd veilig Het ontruimingsbeleid van kraakpanden is niet in de haak, dat oordeelt het Hof Amsterdam in diens arrest in de zaak Schijnheilig tegen de Staat der Nederlanden. De uitspraak is een overwinning voor de kraakwereld en houdt de facto in: geen ontruimingen voor leegstand. Collectief Schijnheilig: “We zijn blij dat het Hof de Staat terugfluit in haar vogelvrijverklaring van krakers.” Bij de ontruiming van kraakpanden moet een inhoudelijke toetsing plaatsvinden of de ontruiming wel gerechtvaardigd is. Inhoudelijke toetsing betekent dat er gekeken wordt naar de belangen van de eigenaar versus het woonrecht van de krakers. Het arrest impliceert dat als een eigenaar geen aantoonbare plannen heeft, de bewoners van kraakpanden het recht hebben om te wonen. Daarnaast dienen ontruimingen tijdiger te worden aangekondigd, zodat bewoners weten dat ze hun huis zullen verliezen en moeten er regels komen omtrent de omgang met de huisraad en eventuele huisdieren. Het oordeel vloeit voort uit jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, die stelt dat het huisrecht een basisrecht is waar de Staat niet zomaar inbreuk op mag maken. De bewoners van de Passeerdersgracht 23 en collectief Schijnheilig zijn trots op hun advocaat Rahul Uppal en het baanbrekende arrest: “Het Hof bestendigt het beleid ‘Niet te ontruimen voor leegstand’, dat de gemeente Amsterdam belangrijk vindt, maar nooit werkelijk liet toetsen. Voortaan moet de inhoudelijke toetsing verlopen via de civiele rechter.” Hiermee komt de aangekondigde ontruimingsronde in Amsterdam op losse schroeven te staan, aangezien wettelijke bevoegdheid ontbreekt. De uitspraak betekent ook opnieuw een slag voor het kraakverbod. Nadat de uitvoerders van de wet nu al twee keer teruggefloten zijn door de rechter, wordt het tijd om tot bezinning te komen en deze wet naar de prullenbak te verwijzen. Volgens collectief Schijnheilig is het “waanzinnig dat kraken wordt verboden terwijl de woningnood gigantisch is en er zoveel leegstand is.” Samenvatting van het arrest: 1. Er moet in elke individuele zaak, in concreto, door de rechter getoetst worden of een ontruiming wel gerechtvaardigd is (proportioneel is). De belangen van de eigenaar en de kraker moeten (voorafgaand) tegen elkaar afgewogen worden. R.o. 3.3.3. 2. Aankondigingen moeten tijdig kenbaar worden gemaakt ivm eventuele afwezigheid van krakers in de door hun gekraakte panden en de bescherming van hun eigendommen. 3. Ontruiming Schijnheilig is verboden totdat er deugdelijk, conform het arrest wordt aangekondigd. Volgens het Hof Amsterdam moet in elke ontruimingszaak waarbij het Openbaar Ministerie strafrechtelijk wil ontruimen, een belangenafweging worden gemaakt, waarbij de plannen van de eigenaar, openbare orde aspecten en het huisrecht van de kraker tegen elkaar worden afgewogen. De Staat was tot op heden van oordeel dat er enkel hoefde te worden getoetst of de kraker wel of niet rechtmatig in het pand verblijft. Dat is volgens het Hof een onjuist oordeel. Hof heeft verder bepaald dat er in het beleid rekening moet worden gehouden met de tijdelijk afwezige kraker en de bescherming van zijn of haar eigendommen. E-Mail: info@schijnheilig.org Website: http://schijnheilig.org |
Lees meer over: wonen/kraken | aanvullingen | uit dit artikel zijn aanvullingen verplaatst naar de ruispagina | | ook civiel | nn - 01.03.2011 23:52
Dat de ontruimingsgolf toch door gaat is niet zo raar. a. Niet alle panden hebben een rechtszaak aangespannen. b. Er zitten ook een aantal panden tussen die via civielrecht op de lijst zijn gekomen. Dit zijn panden die niets met de kraak-wet te maken maar waar de eigenaar aannemelijk heeft kunnen maken plannen met het pand te hebben en daar zelf een procedure voor is gestart. | De soep wordt niet zo heet gegeten... | Jurist - 02.03.2011 02:52
Een nadere bestudering van het vonnis leert dat de rechter in dit specifieke geval de ontruiming verbied, uitsluitend omdat er geen deugdelijke aankondiging is gedaan. Dit kan de gemeente echter vrij simpel oplossen. Aan de fundamenten van het kraakverbod wordt niets afgedaan, er is geen inhoudelijk oordel gemaakt over de vraag of het kraakverbod in strijd is met het EVRM. Het hof geeft vooral waarborgen tegen willekeur. Weliswaar wordt er in r.o. 3.3.3 een voorzetje gegeven m.b.t. de afweging van de belangen van krakers ten opzichte de speculant, echter er wordt op geen enkele wijze aangegeven in hoeverre deze in het voordeel van partijen zou moeten uitvallen. Nu de wetgever kraken expliciet heeft verboden, zal "het beeindigen van een wederrechtelijke situatie" een sterk argument van de speculant worden. Voorheen was dat argument een stuk minder sterk, aangezien kraken niet strafbaar was en het louter een civielrechtelijke afweging was waarbij sprake was van een onrechtmatige handeling (inbreuk op het eigendomsrecht), maar niet van een strafbare handeling. Er is nog veel werk nodig! Weet wat te stemmen! Strijdbare groet, Jurist. | ... | nn - 02.03.2011 18:36
zo dus | - | X - 02.03.2011 19:56
... | @ jurist | nn - 04.03.2011 01:57
@Jurist Aangaande de aankondiging: Dit gebrek heeft het gerechtshof Den Haag reeds op 8 november 2010 (LJN BO3682) geconstateerd en heeft het OM geprobeerd te herstellen met een beleidsnotitie die op 2 december gepubliceerd is (Stb. 2010, nr. 19500). Deze beleidsnotitie bestond echter nog niet toen de Schijnheilige haar zaak begin oktober aanhangig maakte. Het gerechtshof Amsterdam heeft daar dus geen over geoordeeld. De fundamenten onder het kraakverbod worden niet bestreden en zijn niet in strijd met het EVRM. Kraken is en blijft strafbaar en de staat kan en mag kraken strafbaar stellen. Bestreden wordt de bevoegdheid op basis van deze strafbaarheid te ontruimen. In ieder geval vloeit deze bevoegdheid niet voort uit art. 2 PW of 124 RO of met zo veel woorden "het beëindigen van een wederrechtelijke situatie". Dit constateerde de Hoge Raad reeds op 9 oktober 2009 (LJN: BJ1254) Volgens mij haalt u de civiele en strafrechtelijke ontruimingen door elkaar: Een civiele ontruimingsvordering kan op voorhand worden toegewezen daar de krakers ‘zonder recht of titel verblijven in..’ en daarmee een onrechtmatige daad jegens de eigenaar plegen. Een eigenaar kan extra argumenten ontlenen aan het belang bij de beëindiging van een wederrechtelijke situatie, maar zal dat normaal gezien niet nodig hebben. Zaken rond een civiele ontruiming vorderingen gaan vooral over de vraag of de eigenaar spoedeisend belang heeft en dus of de vordering snel (bij kortgeding) kan worden toegewezen. Hierin spelen de plannen van de eigenaar dus slechts zijdelings een rol. Voor zover bekend speelt de nieuwe wet tot nu toe geen belangrijke rol bij civiele ontruimingsvorderingen. Bij strafrechtelijke ontruiming heeft een belangenafweging nooit een rol gespeeld. De staat stelt zich op het standpunt dat voor een dergelijke belangenafweging ook onder de nieuwe wet geen ruimte is. Het EHRM denkt hier duidelijk anders over. Bijvoorbeeld in Chapman t. Verenigd Koninkslijk (EHRM 18 Januari 2001, nr. 27238/95, rov. 103 en 104) stelt het EHRM dat de inbreuk op art. 8 EVRM ernstiger is bij gebrek aan vervangende woonruimte. Het gerechtshof Amsterdam heeft nu geoordeeld dat er wel een individuele belangenafweging nodig is. Hierdoor zouden woningnood en (speculatieve) leegstand een inhoudelijke rol kunnen gaan spelen bij ontruimingen op basis van de nieuwe wet. De belangenafweging waar het in dit arrest dus om gaat is niet zozeer die tussen eigenaar en kraker, maar om de individuele belangenafweging die de staat, ondanks de strafbaarheid, zal moeten maken tussen de belangen van de staat bij extra bescherming van het eigendomsrecht enerzijds tegenover de belangen van diegeen die met ontruiming wordt bedreigd bij zijn/haar huisvesting anderzijds.
| wet wordt niet gesloopt | nn - 04.03.2011 13:53
Overigens wordt in feite ook de bevoegdheid zoals deze vastgelegd is in art. 551a Sv. In tegendeel. Kern van het betoog is dat de wet duidelijk en leidend is. Het is de uitleg die de staat probeert te geven aan deze bevoegdheid, die bestreden wordt. Artikel 551a Wetboek van Strafvordering In geval van verdenking van een misdrijf als omschreven in de artikelen 138, 138a en 139 van het Wetboek van Strafrecht kan iedere opsporingsambtenaar de desbetreffende plaats betreden. Zij zijn bevoegd alle personen die daar wederrechtelijk vertoeven, alsmede alle voorwerpen die daar ter plaatse worden aangetroffen, te verwijderen of te doen verwijderen. In geval van verdenking is de politie bevoegd binnen te treden. In geval van wederrechtelijk vertoeven, mag er ontruimd worden. De staat is echter in de in de veronderstelling dat er reeds bij verdenking ontruimd mag worden. De politie is namelijk niet bevoegd wederrechtelijkheid vast te stellen. Bij letterlijke lezing der wet ontstaat de bevoegdheid tot ontruimen slechts nadat de wederrechtelijkheid van het verblijf (dus na onherroepelijke veroordeling) is komen vast te staan. Dit is de enige uitleg die voldoende waarborgen tegen misbruik bied. De uitspraken tot nu toe gaan nog altijd uit van de uitleg die de staat aan de bevoegdheid geeft, dus dat deze zou bestaan bij verdenking. Puntje voor puntje wordt bevestigd waar deze uitleg in strijd is met het EVRM, waardoor ieder keer een extra waarborg wordt geëist.
| |
aanvullingen | |