Dam tot Dam Tamère - 06.12.2009 17:07
Dinsdag 1 december, een ongewoon einde van een doorsnee dag. Dinsdagavond, 1 december, was het zover. Verwachtingsvol liep ik de Dam in Amsterdam op. Camera in de aanslag. De ‘kraakbeweging’ had een oproep gedaan, 8 uur die avond, massaal naar de Dam te komen. Met breekijzers, waarmee zou het Koninklijk Paleis gekraakt zou worden, en fakkels om de handelingen bij te lichten. Groot was de ontzetting en gemeend de oproep aan burgemeester Cohen om nu toch alles uit de ‘politiekast’ te halen wat er in zat teneinde deze gewelddadige groepering een halt toe te roepen. Groter was dus mijn verbazing om 20.00 uur alleen een ruim bemeten politiemacht zichtbaar aan te treffen. Politie te paard, hoger kan een zichtbare, agent niet stijgen (en ik weet daarvan want mijn grootvader was ooit een trotse ‘knolsmeris’), ME in de bussen en daarbuiten, ‘plattepet’ agenten, ‘stillen’. De motorbrigade ontbrak voor zover ik kon zien. Wat te doen, er liepen al zoveel mensen met een camera dat mijn foto’s niet wezenlijk iets konden toevoegen en dan; wie heeft er nog niet ooit een met oortelefoons en walkie-talkies uitgeruste politie eenheid zien wachten op het onvermijdelijke. Het Paleis, omgeven door een meer dan manshoge schutting en ingepakt in kilometers steigermateriaal en afdekzeilen, zag er onneembaar en ongenaakbaar uit. Het zou nog niet meevallen voor de krakers, ook zonder een vechtklare eenheid, dat zag ik zo. Eerst maar wat eten dan. Tot mijn voldoening kon de maaltijd genuttigd en afgerekend. En toen werd het gelukkig toch wat op de Dam. Blij sloot ik me aan bij, naast, tussen een groep van ongeveer 200, meest jonge, mensen. De ouderen in de groep waren net als ik ouders zie zich ernstig zorgen maken over het toenemende geweld van de politie tegen burgers in onze stad. Wij wilden erbij zijn om te zien en te horen hoe een vreedzame demonstratie verloopt. Wij wilden zien hoeveel slag- en breekvaardige ijzers werden meegedragen. Wij waren ook reuze benieuwd naar de uiteindelijke bestorming van de schier onneembare veste die wij hadden gezien op de Dam. Op de plaats waar wij het Koninklijk Paleis wisten. Omgeven door onze Beste Vrienden in gele, met reflecterend materiaal afgezoomde, vesten verplaatsten wij ons door de Kalverstraat. Rauwe muziek kwam uit een mooie instalatie met schuifpaneel en versterkers. Gebouwd op een eenpersoons handgeduwde kar. Onderweg klein oponthoud waarbij de demonstranten eisten dat de ‘stillen’ zich uit de groep zouden verwijderen. Of dit gebeurde weet ik niet maar de mannen werden herkend. “Een stuk of vijf zie ik.” Hoorde ik naast mij zeggen. Door naar het Spui, waar de boel wat uitwaaierde, de Spuistraat in. Daar liep men vast op auto’s die de, normaal zeer oplettende, politie vergeten was om te leiden. Veel gemopper van de bestuurders. Terecht vond ik. Vooral de taxibestuurders verloren kostbare tijd. Een van hen werd daarover boos en sprak op intimiderende wijze een vriendelijke ‘plattepet’ agent aan. De demonstranten wurmden zich om de auto’s heen, lieten de bestuurder van een Tuktuk draaien en de andere kant oprijden en vervolgden hun weg. Waardoor het toch bijna een fijne geweldsorgie voor de politie werd heb ik niet kunnen zien. Er was op het kruispunt voor Magna Plaza een botsing van de voorste, spandoekdragende, groep met de tram. Veel meisjes in de voorste gelederen, dat was me al opgevallen. Meiden! In enkele minuten stonden de Stille Mannen bij de plaats van de botsing. Ik hoorde ze roepen “hierheen” en zag ze wijzen. Mensen renden weg ik rende een stukje mee richting de veilige schutting om het Paleis. In enkele minuten reden overval busjes het kruipunt op 6, 7, 8? Een ijverige bestuurder reed krakend de hoek van de Paleiselijke schutting in. Stevige schutting, stevige overvalwagen. Mooie foto ook. Achter mij had zich een haag van helmen, wapenschilden, en stokken breed op de voeten geplaatst. Ik probeerde “er is helemaal niets gebeurd?”. Maar werd geboden mijn biezen te pakken want als ik zou blijven staan stond men niet voor de gevolgen voor mijn gezondheid in. Direct weglopen kon ik niet. Hier stonden jongens, getraind in geweld gebruiken. Ze stonden niet stil, ze bliezen zichzelf op voor de actie. Stil wachtende agenten, die ken ik. Maar deze rij, waarbij de adrenaline in de ogen klotste, nee dat was nieuw. Dat was ook zeer angstaanjagend. Die ‘mannen’ die van onze overheid toestemming hebben om geweld te gebruiken tegen elke burger die zij willen. Ongeacht leeftijd, lengte, geslacht en ongeacht of de burger in kwestie een strafbaar feit heeft gepleegd. Even moet ik aanhalen de uitzending van NOVA, 26 oktober dit jaar, waarin minister Ter Horst oa meldt dat: "de politie zich nu vaak belemmerd voelt om in actie te komen bij bedreiging en belediging. Volgens haar vinden veel agenten de regels beklemmend. "Als een agent nu hard optreedt moet hij daarvoor onmiddellijk verantwoording afleggen. We zijn daarin doorgeschoten". en de uitslag van een onderzoek naar schietgraagheid van agenten. Nederland schiet het meest van de landen in Europa en met regelmatig dodelijke afloop. Ook moest ik denken aan de dodelijke ongevallen door toedoen van de politie na onverantwoord rijgedrag. Een vrouw van 42 laatst nog op een zeebrapad. De agent is met ziekteverlof omdat hij het zo erg vindt. Hij is niet geschorst, hij lijdt al genoeg zo. Het was een boel denken in korte tijd en tenslotte toch maar de wijk genomen naar de overkant van het kruispunt waar ik achter de volgende ME linie belandde. De demonstranten hergroepeerden zich achter hun spandoek, na wat rommelig geloop en geren, en bogen af de Raadhuisstraat in en daarna weer het Spui op. Richting voormalig krakerspand Vrankrijk. Daar hield men stil alsook de hen achtervolgende Paardenpolitie, de overvalwagens de lopende ME en de ‘plattepet’ agenten. Met een van hen voerde ik een ontspannen gesprekje over de adrenaline pomp van de ‘manschappen’ en de dreiging die volgens de oom agent hun jongens, alhier, ondervonden. In de Spuistraat stond men mat. Toch bleek het plotseling nodig een grote ruimte te creëeren tussen de nieuwsgierigen en de ME linies.. Misschien hoopte men toch weer even op de almaar uitblijvende escalatie. Gehoor gevend aan de commando’s, wat moet je anders, liep ik weg. Fors ondersteund door een ‘plattepet’ agent. Na drie buitengewoon onaangename duwen in mijn rug draaide ik mij om sloeg de arm van de agent weg en riep dat hij van mij af moest blijven. Dat kwam goed uit, voor de agent. Voor ik een volgende gedachte had greep hij mij met de volle gehandschoende hand bij de keel , duwde mijn hoofd in dezelfde beweging naar beneden en sleurde mij terug naar het strijdtoneel onder het roepen van de onsterfelijke woorden “Deze vrouw moet in hechtenis worden genomen.” Waarna hij mij overdroeg aan de volgende agent. Hij was nog niet klaar met het ontruimen van de bedoeld mensenvrije zone. Overigens was het de achterblijvers volstrekt niet duidelijk waar de demarcatielijn lag. De agent die mij ‘overnam’ hield mij weliswaar stevig in de greep maar vroeg ook even wat er gebeurd was en verslapte daarna de greep. Riskant, ik had wel weg kunnen rennen. De eerste gezagsdrager kwam terug, vroeg mij of ik al wat gekalmeerd was en zei toen dat ik hem niet had moeten schoppen. Het is een hele kluif voor de gemiddelde ‘plattepet’ agent om in alle omstandigheden niet handtastelijk te worden en zelfs kalmte te bewaren. Nee dan de ME, die komen pas in actie na uitdrukkelijk bevel maar mogen dan ook wat. Helemaal houd- en haalbaar bleek mijn oververhitte arrestatie toch niet want de agent waarmee ik eerder een klein gesprekje voerde kwam erbij en nam mij mee terug naar de andere wachtenden. Daar was de verbijstering groot. Voor alle duidelijkheid, ik ben vrouw, 57 jaar en als ik mij helemaal strek wel 160 cm. De agent was niet jong, ook wel over de 50 jaar, man en in de buurt van de 190 cm. Omdat de demonstranten hun punt gemaakt hadden, aandacht voor de onredelijkheid van de anti-kraakwet en de politie geen agressie, bij hen, bleek te kunnen opwekken, werd het rustig op het Spui. Een enkel fakkeltje brandde nog wat walmend na, de overval busjes stonden wat meer uit zicht. Amsterdam wist weer wat het aan zijn wetsbeschermers had. Wetsbeschermers, geen mensenbeschermers. Handhavers van de Openbare Orde. Waarvan acte. |