| |
Ook kantonrechter: werkweigering soms terecht Louis van Overbeek - 25.03.2009 17:04
Uiteraard is er als gevolg van de nauwe band tussen journalisten en politici in de reguliere media weer geen aandacht aan geschonken, maar in de strijd tegen gedwongen tewerkstelling van bijstandsgerechtigden is opnieuw een overwinning behaald. Na eerder de bestuursrechter oordeelt nu ook de kantonrechter in een civiele procedure dat bijstandsgerechtigden niet door gemeenten gedwongen kunnen worden elke vorm van arbeid te accepteren omdat ‘het niet de bedoeling is dat zij thuis zitten, maar aan het werk zijn’. Dat de zaak van een 52-jarige bijstandsgerechtigde Amsterdammer geen bestuursrechtelijke, maar een civiele procedure werd, is het gevolg van het feit dat het hier niet, zoals in de eerdere (Arnhemse en Almeerse) gevallen, een rechttoe rechtaan Work First-project betreft, waarbij een besluit van een bestuursorgaan (de gemeente) wordt aangevochten, maar een geval waarin de betreffende gemeente, Amsterdam dus, de uitvoering van de Wet werk en bijstand ter uitvoering heeft overgelaten aan een reïntegratiebedrijf, de Stichting Pantar, dat namens de gemeente een arbeidsovereenkomst met de uitkeringsgerechtigde sloot en deze vervolgens, niet met behoud van uitkering, maar tegen het minimumloon(1), te werk stelde/‘detacheerde’ bij een bedrijf - een procedure waarbij een ‘gewoon’ arbeidsconflict tussen een werkgever (het reïntegratiebedrijf) en een werknemer (de bijstandsgerechtigde) is ontstaan, dat juridisch onder het civiele recht ressorteert. Overigens was ondanks het feit dat het minimumloon werd betaald ook hier sprake van dwang. Men zou in dit geval dus kunnen spreken van ‘dwangarbeid tegen het minimumloon’. Stichting Pantar heeft in deze casus het arbeidscontract met betrokkene verbroken in een poging hem te sanctioneren voor het enkele malen weigeren van hem aangeboden werk door hem zijn inkomen te ontnemen, waartegen betrokkene vervolgens beroep heeft aangetekend. Van de hier door gemeente en reïntegratiebedrijf gevolgde praktijk oordeelt de Amsterdamse kantonrechter nu, dat deze, evenals gedwongen tewerkstelling met behoud van uitkering, niet altijd geoorloofd is. Het weigeren van werk door de betrokken bijstandsgerechtigde in deze zaak was legitiem omdat het aangeboden werk geen passend c.q. op het individu toegesneden maatwerk was en in één geval ook niet kon gelden als ‘algemeen geaccepteerd’ werk, waarvan in een Wwb-setting sprake moet zijn, aangezien het werk bij een sociale werkplaats betrof en zo’n indicatie voor betrokkene niet was afgegeven. Van een veroordeling door een Nederlandse rechter van het Work First-principe als zodanig, omdat het hierbij gaat om ‘dwangarbeid of verplichte arbeid’ en het daarom in strijd is met internationale, ook door Nederland geratificeerde, mensenrechtenverdragen, waaronder het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), is echter ook in deze zaak nog geen sprake. Wel lijkt een dergelijke uitspraak met dit Amsterdamse vonnis weer een stapje dichterbij. Want van het feit dat het hiertoe hoe dan ook ooit zal komen, raakt men in juridisch Nederland steeds meer overtuigd. Zo schrijft M. Lemmens in zijn/haar, onder begeleiding van dr. mr. F. Vlemminx en dr. G. Leenknegt recentelijk aan de Tilburgse rechtenfaculteit tot stand gekomen, doctoraalscriptie ‘Van werklast naar werklust?’(2) in paragraaf 7.3.2: "Het Straatsburgse Hof lijkt meer aanwijzingen te geven voor een antwoord op de vraag of Nederland in strijd handelt met artikel 4 EVRM [dat ‘dwangarbeid of verplichte arbeid’ verbiedt]. […] Het essentiële verdragsartikel staat, zo luidt de interpretatie van het Hof, dan ook geen uitzonderingen toe. Dit mag zelfs niet wanneer het land in een noodsituatie verkeert. Voorts geeft het Hof aan dat artikel 4 EVRM geïnterpreteerd dient te worden in het licht van de Conventie 29 uit 1930 van de International Labour Organisation (ILO), betreffende Dwangarbeid. Dit houdt in dat de zinsnede ‘dwangarbeid of verplichte arbeid’ uit het EVRM- artikel opgevat dient te worden als ‘all work or service which is exacted from any person under the menace of any penalty (curs. M.L.) and for which the said person has not offered himself voluntarily’ uit ILO- Conventie 29, en bovendien dient er sprake te zijn van ‘physical or mental constraint’." "Cruciale vraag lijkt hier dan ook te zijn of er sprake is van werkzaamheden die verricht dienen te worden onder een reële dreiging van enigerlei vorm van bestraffing wanneer deze in hun geheel niet of niet voldoende worden uitgevoerd. Mijns inziens is dit het geval, aangezien een uitkering waar een betrokkene normaal gesproken gewoon recht op zou hebben, nu niet toegekend wordt. Hier gaat wel degelijk een dreigende werking van uit. Het gaat immers om geld waarmee in de meest noodzakelijke kosten van het bestaan voorzien kan worden. Het niet verstrekken van dit geld kan leiden tot ernstige gevolgen voor de betrokkene, en is zodoende een erg zware straf." "Bezien vanuit het bepaalde in artikel 4 EVRM en ILO- Conventie 29 lijkt de Work first-methode hier rechtstreeks tegenin te druisen. Men dient dan ook niet verwonderd op te kijken wanneer de Nederlandse rechter (of het Straatsburgse Hof) de systematiek vroeg of laat op abstracte gronden in haar geheel afkeurt." Een pikant detail bij de Amsterdamse zaak is overigens dat de Gemeentelijke Ombudsman reeds vorig jaar concludeerde dat de gemeente Amsterdam de bijstand van mensen met een uitkering te snel stopt en daarbij trivialiteiten aangrijpt als aanleiding. Het Landelijk Jurisprudentie Nummer (LJN) van bovengenoemde uitspraak, waarmee men die gemakkelijk kan vinden in de database van rechterlijke uitspraken op de website Rechtspraak.nl, waarop zij overigens eerst door de rechtbank na veel aandringen van ondergetekende en na veel talmen(3) op 25 maart werd geplaatst, is: BH7799. 1 Terzijde zij opgemerkt dat het minimumloon bij dit soort constructies - die ook elders voorkomen - vaak grotendeels uit subsidiegeld bestaat, zodat de bedrijven waarmee deze contracten door de (afgelopen jaren niet zelden frauduleus gebleken) reïntegratiebureaus worden gesloten - vaak gewone commerciële bedrijven - wel erg voordelig aan arbeidskrachten komen en zo concurrentievervalsing ontstaat. 2 Hier de link naar genoemde scriptie: http://209.85.229.132/search?q=cache:lAaURibVi2gJ:http://www.njblog.nl/wp-content/uploads/scriptie-lemmens.doc&client=startpagina 3 Dit ondanks het gegeven dat de rechtbanken zich gecommitteerd hebben aan een afspraak met de Raad voor de Rechtspraak maatschappelijk relevante uitspraken zoveel mogelijk online te publiceren. |
Lees meer over: vrijheid, repressie & mensenrechten | aanvullingen | |