| |
Voor wie wordt het Amsterdamse glasvezelnet Jaap - 07.10.2004 12:17
Gisteravond vond in de Amsterdamse Stopera weer een commisie-vergadering plaats over de aanleg van een glasvezelnetwerk voor alle huishoudens in Amsterdam. Nu de plannen verder worden uitgewerkt, komen de werkelijke problemen steeds duidelijker naar boven. Die liggen niet zozeer in het technische of financiële vlak, maar in het garanderen van een open infrastructuur op de lange termijn. Wat zijn de plannen precies? Amsterdam wil in een periode van zeven tot tien jaar een glasvezelnet aanleggen tot elke voordeur in Amsterdam. Het gaat niet om de aanleg van een city-wide backbone: die ligt er al. Er zijn op dit moment wel 21 bedrijven aktief in Amsterdam die glasvezelkabels in de grond hebben liggen. Juist de overbrugging van de 'last mile', de afstand van die glasvezelringen naar de burger, is het moeilijke punt. De aanleg van de last mile kost in eerste instantie vooral veel geld. Het terugverdienen van die investering is een lange-termijn opgave, te vergelijken met de aanleg van een spoorwegnet of het fysieke telefoon-netwerk. Het projectbureau schat de kosten voor dit glasvezelnetwerk op zo'n 700 miljoen euro. Op dit moment is de beslissing om dat voor de hele stad aan te gaan leggen nog niet ter sprake. Het plan dat er nu ligt is om een proef te doen in "Zeeburg plus", Zeeburg met IJburg en de Oostelijke eilanden. Daarvoor wil de gemeente nu een BV oprichten, die met particuliere partijen moet gaan onderhandelen om voldoende geld bijeen te krijgen voor de pilot in Zeeburg plus. Uiteindelijk wil de gemeente voor 20% mee-investeren in die BV. Drie lagen In tegenstelling tot de huidige telecommunicatie-netwerken, waar de eigenaar van de kabel en de aanbieder van de diensten vaak dezelfde figuur zijn, staat de gemeente Amsterdam voor het glasnetwerk een drie-lagen structuur voor: * Diensten: Bedrijven kunnen diensten aanbieden via het glasvezelnet, direct aan de gebruikers. * Netwerkbeheer: Het dataverkeer op het netwerk kan door een of meerdere bedrijven worden beheerd. * Fysieke laag: De kabels in de grond zijn eigendom van de BV citynet. De gemeente wil alleen in de fysieke laag investeren. Het netwerk-beheer en de diensten moeten worden overgelaten aan de vrije markt, aldus wethouder Mark van der Horst. Hij sprak zich in de commisievergadering duidelijk uit tegen de plannen van minister Brinkhorst, die juist verkondigt dat de overheid zich vooral bezig moet houden met het ontwikkelen van diensten op interneten de aanleg van netwerken aan commerciële partijen over moet laten. De lagenstructuur is niet nieuw, ook bij de verkoop van het Amsterdamse kabelnet aan UPC is destijds een scheiding aangebracht tussen het netwerkbeheer en de diensten op het netwerk. In de bepalingen stond, dat UPC binnen enkele jaren ook andere diensten-aanbieders toegang zou moeten geven tot haar netwerk. Helaas was in dit contract geen boete-clausule opgenomen, waardoor UPC tot op de dag van vandaag haar netwerk heeft kunnen sluiten voor andere aanbieders. Consumeren? Het woord 'consument' viel verassend vaak in de discussie over de aanleg van het glasvezel netwerk. Wat wil die consument nu eigenlijk op internet? Daarmee trappen onze volksvertegenwoordigers in de val die de huidige providers voor hen opzetten. Een glasvezelnetwerk is de ultieme kans de beloftes van internet in praktijk te brengen. Een internetgebruiker is geen passieve consument. Op de bank voor de televisie zitten met een zak chips is geen innovatie, ook niet als dat signaal over een prachtige digitale verbinding de huiskamer binnenkomt. Het internet geeft juist de mogelijkheid om behalve consument te zijn, ook informatie aan te bieden aan andere deelnemers. Daar hebben we die extra bandbreedte nu juist voor nodig, in twee richtingen, wel te verstaan. De verschillende politieke partijen in de Amsterdamse gemeenteraad zijn het over de aanleg van een glasvezelnet bijzonder eens: bijna iedereen vindt dat zo'n netwerk er moet komen. Ook de financiering, een totaal bedrag van zo'n 700 miljoen euro in publiek-private samenwerking, lijkt geen onoverkomelijk punt te zijn. De moeilijkste vraag op dit moment is hoe de gemeente denkt de onafhankelijkheid van de drie lagen te kunnen garanderen. Als dat niet lukt, is de gemeente wederom (zie UPC, KPN) een netwerk aan het aanleggen ten bate van een monopolist. Zowel op de eerste (fysieke) als op de tweede (netwerkbeheer) laag moet diversiteit worden gewaarborgd, zodat op de dienstenlaag variëteit mogelijk wordt en blijft. Alleen als ook kleine bedrijven, culturele instellingen en prive-personen de mogelijkheid krijgen diensten aan te bieden over dit netwerk, is sprake van de tweeweg-communicatie die ons als ICT-toekomst wordt voorgeschilderd. E-Mail: jaap@squat.net Website: http://a.scii.nl |
Lees meer over: media | aanvullingen | | |