| |
RIVM spreekt zichzelf tegen agent oranje - 12.01.2011 00:34
Tijdens een persconferentie heeft het RIVM gezegd dat het inademen van stoffen die zijn vrijgekomen tijdens de brand bij Chemie-Pack in Moerdijk, geen risico oplevert voor de gezondheid. Hiermee spreken het RIVM zichzelf toch tegen. Uit een onderzoeksrapport uit 2009 van het RIVM ‘Verspreiding van stoffen bij branden:een verkennende studie’ RIVM Rapport 609022031/2009 Staat toch duidelijk vermeld: RIVM Rapport 609022031/2009 - hoewel er wereldwijd veel branden voorkomen, is er in de gangbare literatuur en op internet betrekkelijk weinig informatie te vinden over meetgegevens bij branden. Eén van de redenen hiervoor is dat bij een brand de aandacht in eerste instantie uitgaat naar de bestrijding. Er worden pas metingen gedaan als er mogelijk gevaar is voor de omgeving en dan alleen nog bij branden van enige omvang of impact. En zelfs dat gebeurt slechts in een beperkt aantal, veelal westerse landen. Een andere reden is dat zulke meetgegevens vaak niet worden gepubliceerd in de wetenschappelijke literatuur. Voor zover bekend wordt in bijna geen enkel land volgens een vaste systematiek onderzoek gedaan naar de effecten in de omgeving bij of na een brand. Alleen in Engeland heeft de Health and Safety Exectutive (HSE) een uitgebreid handboek opgesteld waarin een methodiek wordt beschreven voor onderzoek na een omvangrijke ramp (een brand of andere milieucalamiteit) waarbij schadelijke stoffen zijn vrijgekomen (HSE, 2001). Het handboek bevat ook een compleet uitgewerkt scenario van een brand in een chemische fabriek, waarin alle handelingen, overwegingen en gebruikte methoden en middelen voor onderzoek tijdens en na de brand zijn uitgewerkt in een tijdschema. Verschillende instanties zoals overheden, hulpdiensten en milieudiensten beschikken weliswaar over meetmiddelen –soms zelfs behoorlijk geavanceerde, maar meestal met middelen, die beperkter zijn dan die van de MOD – en modellen, maar die worden als zich een calamiteit voordoet veelal op ad-hocbasis ingezet. Er is geen breed gedragen, vaste onderzoeksaanpak. Nelson (2000) maakt in zijn overzichtsartikel over de effecten van pesticidenverbranding melding van een aantal branden met pesticiden. In mei 1977 was er een brand in Maryland (VS) bij een tuinbedrijf waar pesticiden en kunstmest lagen opgeslagen. Een aantal brandweerlieden ondervond tijdens en na het blussen flinke gezondheidseffecten, vooral op de ademhalingswegen. Hetzelfde geldt voor de gevolgen van een brand in Idaho (VS) waar 200 kg disulfoton, 20 kg malathion en 10 kg diazinon in vlammen opgingen. Dit waren relatief kleinschalige branden – maar desondanks met grote effecten op de blussende brandweerlieden – vergeleken met een brand in Woodkirk (Engeland) op 13 februari 1982. Daar verbrandde ruim 1.500.000 liter paraquat en diquat. Tijdens de brand ontstond een flinke milieuschade door uitspoelend bluswater. In het artikel wordt deze milieuschade niet anders omschreven en ook over eventuele gezondheidseffecten wordt niets gezegd. Op 1 november 1986 brak brand uit bij het chemische bedrijf Sandoz in Basel (Zwitserland) in een grote opslagloods vol met insecticiden en andere chemicaliën. Na zes uur blussen was de brand onder controle. In totaal zijn 900 ton pesticiden en 400 ton andere chemicaliën verbrand. Er ontstond ernstige luchtverontreiniging door verbrande chemicaliën. De rook trok over delen van Basel en veroorzaakte (lichte) ademhalingsproblemen en darmklachten bij blootgestelde personen, vooral bij kinderen. Veertien brandweerlieden werden behandeld in een ziekenhuis. In Basel en omstreken werd mensen meegedeeld geruime tijd binnen te blijven. Er werd een intense geur van rotte eieren en verbrand rubber waargenomen. Het heeft uiteindelijk tien jaar geduurd voordat de effecten van deze vervuiling ongedaan gemaakt waren. Branden met pesticiden of vergelijkbare chemicaliën kunnen een flinke impact hebben op de omgeving, zelfs als de hoeveelheden verbrande pesticiden beperkt zijn. |
Read more about: natuur, dier en mens | supplements | | RIVM spreekt zichzelf tegen2 | agent oranje - 12.01.2011 00:59
In datzelfde rapport van het RIVM staat ook: Zowel Christiansen et al. (1993; 1994) als Nelson (2000) komen tot de aanbeveling om een brand met pesticiden niet te blussen, maar gecontroleerd te laten uitbranden. Dat geeft een betere verbranding en dus minder schadelijke producten, een hogere rookpluim en daarmee betere verspreiding en minder schadelijke componenten in bluswater met kans op uitspoeling naar oppervlaktewater en bodem. Ook als men de brand gecontroleerd laat uitbranden ontstaan er schadelijke producten (denk aan zoutzuur en aan zwavel-, fosfor- en stikstofoxiden), maar die zijn minder toxisch dan de producten die ontstaan bij een slechte verbranding en worden bovendien door de pluimstijging sterk verdund. Daar staat tegenover dat bij gecontroleerd laten uitbranden de totale hoeveelheid verbrand materiaal – en daarmee ook de emissies aan verbrandingsproducten – groter is dan bij blussen. Ook moeten de pesticiden zich in de brandhaard bevinden, anders treedt verdamping op en worden de – over het algemeen zeer toxische – pesticiden zelf verspreid. In dat geval zou de brand mogelijk bevorderd kunnen worden door bijvoorbeeld brandstof toe te voegen. Een smeulbrand of een zogenoemde ‘non-flaming’-brand worden gekenmerkt door een lage temperatuur, een geringe zuurstoftoevoer of beide. Er is dan geen of weinig pluimstijging, zodat de rookwolk op leefniveau door het benedenwindse gebied trekt. Hierdoor kunnen in dat gebied verhoogde tot sterk verhoogde concentraties schadelijke stoffen voorkomen en ook deponeren (stofdeeltjes en daarin aanwezige componenten). Over het algemeen geldt: hoe slechter de verbrandingscondities, des te meer schadelijke stoffen er worden gevormd. Om die reden kunnen juist in de smeulfase van een brand, een fase waarin de temperatuur niet al te hoog is of de ventilatie gering (zie Tabel 1), hoge emissies schadelijke stoffen ontstaan. Om dezelfde reden bevordert blussen de vorming van schadelijke stoffen. Door blussen wordt de brand immers afgekoeld en door de stoom die ontstaat wordt de zuurstoftoevoer sterk verminderd. Op de foto boven is duidelijk te zien dat het vuur bij Chemie-pack aan het smeulen is met weinig pluimstijging. | Damage control RIVM | agent oranje - 12.01.2011 01:17
Terwijl het RIVM tijdens de persconferentie de chemische ramp bij moerdijk probeert te bagatelliseren is nu ook bekend geworden dat er ook hoge hoeveelheden lood zijn aangetroffen in het grasland rond Moerdijk. Waarden wel duizend keer boven de norm!! Is er nog steeds geen sprake van een milieuramp? Gezondheidseffecten van Lood Lood is een metaal dat de meest schadelijke effecten heeft op de menselijke gezondheid. Het kan het menselijk lichaam binnendringen via de opname van voedsel (65%), water (20%) en lucht (15%). Lood kan een aantal ongewenste effecten hebben: - De verstoring van de biosynthese van hemoglobine en bloedarmoede - Een verhoging van de bloeddruk - Nierbeschadiging - Miskramen - Verstoring van de zenuwstelsels - Hersenbeschadiging - Afgenomen vruchtbaarheid bij mannen door beschadiging van het sperma - Verkleinde leermogelijkheden bij kinderen - Gedragsstoornissen bij kinderen, zoals agressie, impulsief gedrag en hyperactiviteit Lood kan via de placenta van de moeder bij een foetus terecht komen. Daardoor kan het ernstige schade toebrengen aan het zenuwstelsel en de hersenen van ongeboren kinderen.
Website: http://www.lenntech.nl/periodiek/elementen/pb.htm | chemische ramp | agent oranje - 12.01.2011 02:48
In het rapport van het RIVM over onderzoek verspreiding van stoffen bij branden staat ook: "De vorming van giftig dioxine hangt ook af van de temperatuur, zuurstoftoevoer en de aanwezigheid van andere componenten zoals antimoontrioxide, dat de dioxinevorming bevordert." Er lag 4000 kilogram antimoontrioxide opgeslagen in Chemie-Pack!! | geen rekenmodel voor omvang milieuramp! | agent oranje - 12.01.2011 12:35
In het rapport van het RIVM "Verspreiding van stoffen bij branden: een verkennende studie" uit 2009 staat dat: "Samengevat kan worden gesteld dat bij branden met een forse emissie en een – in ieder geval gedurende enige tijd – beperkte pluimstijging, waardoor de rookpluim langdurig door of over een gebied trekt, het verstandig is binnen 1 km de concentraties in de lucht te meten en binnen ongeveer een halve kilometer de depositie aan schadelijke stoffen te bepalen. Voor de depositie ligt deze grens bij ongeveer een halve kilometer, dat wil zeggen dat op meer dan een halve kilometer van een brand de depositie van stofdeeltjes en de daaruit volgende verontreiniging van het milieu en gewassen vrijwel altijd nihil is." In de Mariapolder, op ruim drie kilometer afstand van Chemie-Pack in Moerdijk, is duizend keer meer lood aangetroffen dan toegestaan. Het gaat om een gebied dat op ruim drie kilometer afstand ligt van het chemiebedrijf, net aan de andere kant van het Hollands Diep. Boeren hebben in het weiland overal roetdeeltjes gevonden. Uit metingen blijkt dat er ook zeer hoge waarden van andere giftige stoffen gevonden zijn. Het RIVM is totaal niet voorbereid op een milieuramp van deze omvang en in een van de conclusie uit het RIVM rapport van 2009 staat: "Bij een (magazijn)brand zijn er geen kant-en-klare modellen beschikbaar waarin de bronterm, pluimstijging en dispersie zijn geïntegreerd in één model om zo een snelle inschatting van de schadelijke effecten te geven die kunnen optreden." | kaart milieuramp | agent oranje - 12.01.2011 13:00
Andere conclusie uit het RIVM rapport "Verspreiding van stoffen bij branden: een verkennende studie" uit 2009 staat dat: "In dit onderzoek is geen aandacht besteed aan modellen om de doorwerking naar en effecten van schadelijke stoffen op organismen in het milieu of in de voedselketen te voorspellen. Dit aspect kan voor een adequate risicobeoordeling bij een brand soms wel van belang zijn, vooral voor persistente stoffen zoals dioxinen die zich opstapelen in vetweefsel van levende organismen. Het is daarom aan te raden om bij de hierboven voorgestelde berekeningen van verschillende scenario’s ook dit soort potentiële effecten met daarvoor ontwikkelde ketenmodellen te schatten."
| @agent oranje | nn - 12.01.2011 14:18
@ agent oranje. Hoe wenselijk het ook mag zijn om een grootschalig onderzoek in te stellen, zal dit toch niet gebeuren omdat de Nederlandse economie te afhankelijk is van de export van chemicaliën. De chemische sector in Nederland biedt werk aan ruim 75.000 medewerkers en is goed voor 3% van het Bruto Nationaal Product (indirect zelfs 10%) . Bijna 40% van de totale Nederlandse export komt voor rekening van de chemie. Wereldwijd is Nederland koploper in sectoren als basischemie, voedingsingrediënten, coatings en high-performance-materialen. Ze zouden door een onderzoek maar eens tot de conclusie komen dat Nederland veel te klein is voor de chemische industrie.
| Overheid weet niks over gevolgen milieuramp!! | oxytocine - 13.01.2011 13:41
“Wij weten niet meer dan we weten” zei Edith Schipper minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gisteren in het NOS journaal. Als je van de conclusies van het RIVM rapport uit 2009 “Verspreiding van stoffen bij branden:een verkennende studie” uit moet gaan, weten ze en kunnen ze helemaal niks weten over de gevolgen van deze milieuramp!!! Conclusie rapport RIVM 2009: Er bestaat geen kant-en-klare, alomvattende methodiek of stappenplan, waarmee tijdens een brand snel een afgewogen en geïntegreerd advies kan worden gegeven over maatregelen ter bescherming van milieu of gezondheid, noch in Nederland noch in andere landen. Het wordt ook niet haalbaar geacht om een dergelijke tool met eenvoudige middelen te realiseren. Dus ze weten helemaal niks!!! Maar ze komen wel heel snel met een reactie dat er geen gevaar voor de volksgezondheid is terwijl ze eigenlijk wat blijkt uit het rapport gewoon NIKS kunnen weten omdat er geen stappenplan bestaat!!!!! Ook gaan ze er van uit dat op een afstand van 0,5 kilometer geen schadelijke stoffen kunnen voorkomen terwijl wat nu blijkt ze op een weiland 3 kilometer van Chemie-Pack lood hebben gevonden met een waarde duizend keer boven de norm.
| media | nn - 13.01.2011 13:55
wel bizar dat de mainstream media totaal niet verwijst naar dit rapport. | Weinig aandacht voor schadelijke stoffen | nn - 15.01.2011 01:17
RIVM Rapport 609021051/2007 - Conclusie RIVM Rapport 609021051/2007: Tot op heden voerde de MOD bij branden min of meer standaard metingen uit op VOC’s,stof, PAK’s, elementen en een aantal anorganische gassen. De laatste tijd zijn daar ook aldehyden bijgekomen en veelvuldig worden lucht-, veeg- en grasmonsters gescreend op ‘onbekende’ organische componenten.Deze studie heeft echter duidelijk gemaakt dat er bij branden nog meer schadelijke stoffen kunnen vrijkomen, waaraan door de MOD – en ook door andere onderzoekers – tot nu toe weinig aandacht is besteed. Een belangrijk voorbeeld hiervan zijn de isocyanaten. Er zijn tot op heden weinig metingen gedaan, zowel in laboratoriumproeven als in veldmetingen tijdens ‘echte’ branden, terwijl wel duidelijk is dat deze zeer schadelijke stoffen worden gevormd bij de verbranding van bepaalde materialen zoals polyurethaan. Meer inzicht in de werkelijke emissies en concentraties op leefniveau in het gebied benedenwinds van een brand is daarom gewenst. | Meting toxiciteit stoffen schiet tekort!! | nn - 15.01.2011 01:22
Conclusie RIVM Rapport 609021051/2007 "Emissies van schadelijke stoffen bij branden" : De beoordeling van gezondheidsrisico’s en milieuschade is gebaseerd op toetsing van gemeten concentraties of de berekende blootstelling aan toxische grenswaarden. Deze grenswaarden hebben vaak betrekking op één stof of een groep sterk verwante componenten (bijvoorbeelde de dioxinen). Bij branden hebben we echter altijd te maken met een mengsel van veel stoffen van uiteenlopende aard, zowel fysisch-chemisch als toxicologisch. Over de toxiciteit van zulke mengsels is niet zo veel bekend. Er zijn wel toxicologische onderzoeken gedaan naar de effecten van mengsels van verbrandingsproducten,maar qua samenstelling is daarbij vooral gekeken naar de bekende gassen zoals CO, HCl en HCN en niet naar bijvoorbeeld PAK’s, isocyanaten en bepaalde elementen. Ook is de blootstelling vaak kortdurend en hebben grenswaarden veelal betrekking op blootstelling over langere tijd. Het is daarom aan te bevelen om bij de risicobeoordeling bij branden meer aandacht te besteden aan mogelijke (synergene) effecten als gevolg van kortdurende blootstelling aan mengsels van verbrandingsproducten. | weinig pluimstijging | nn - 15.01.2011 01:35
weinig pluimstijging Nog een conclusie RIVM Rapport 609021051/2007: "In de smeulfase van branden is er echter vaak nauwelijks enige pluimstijging, waardoor de rook direct door het aanliggende benedenwinds gebied trekt. Daar kunnen hoge tot zeer hoge concentraties schadelijke componenten voorkomen."
| Moerdijk vergeten door Wikileaks | nn - 18.01.2011 13:39
Een aantal journalisten ( identiteit onbekend) heeft afgelopen week aan Julian Assange gevraagd of de documenten die betrekking hebben op Nederland nu mogen vrijkomen. Vervolgens stort de Nederlandse media (NOS, RTL) zich er vol op en wordt de aandacht mooi afgeleid van Moerdijk. Toeval? Nee dit is geen toeval maar een gerichte afleidingsmanouvre! De kracht van de tegenstander gebruiken en die tot de jouwe weten te maken daar is de overheid behoorlijk goed in geworden! | |
supplements | |