| |
Palestijnse boer verdedigt zijn land en olijfbomen Adri Nieuwhof - 04.01.2008 12:33
Dit is het verhaal van Abu Salim, die mij vertelde over zijn verbondheid met zijn land en hoe hij met pijn in zijn hart ziet hoe Israël steeds meer van zijn land inpikt voor de bouw van de muur. Zicht op Abu Salim's olijfgaard doorsneden door kolonisteweg en muur Abu Salim bij de muur op zijn land Links van Abu Salim staat een groepje heel oude herplante olijfbomen In december bezocht ik in Beit Sahour bij Bethlehem het kantoor van de Olijfbomencampagne van de YMCA uit Oost Jeruzalem en de YWCA van Palestina. Ik ging op bezoek bij boeren die steun hebben gekregen van de campagne. Abu Salim In hoog tempo bouwt Israël de muur rond Beit Jala, een klein stadje vlakbij Bethlehem. In 1967 confisceerde Israël al 22 procent van Beit Jala. Door de bouw van de muur wordt nu nog eens 45 procent van het land van Beit Jala afgesneden. Ik ga met een gids naar het huis van de 86-jarige Abu Salim in Beit Jala. In zijn tuin staan bomen die met steun van de olijfboomcampagne zijn herplant. Oorspronkelijk stonden de olijfbomen in zijn boomgaard die buiten het dorp ligt. Enkele jaren geleden heeft Israël een weg dwars door zijn boomgaard aangelegd. Deze weg verbindt de joodse nederzettingen bij Bethlehem.1 In 2005 heeft Israël deze weg als 'militaire' zone aangemerkt, dat houdt in dat Palestijnen hier niet meer zonder toestemming mogen komen. Nu wordt er een muur langs deze weg gebouwd. We besluiten om een kijkje te nemen bij de werkzaamheden. Toen ik Abu Salim vroeg of ik zijn verhaal mocht opschrijven en foto's mocht nemen, antwoordde hij: “Ik wil dat je mijn pijn laat zien. Daar zal ik je dankbaar voor zijn. Ik heb pijn, zo als de pijn van Bagdad”. De muur op het land van Abu Salim Met de auto rijden we een paar kilometer Beit Jala uit richting Al khader en we stappen uit bij het huis van een bekende van Abu Salim. Van hier uit hebben we uitzicht op de bouw van de muur. Een man komt naar ons toe en nodigt ons op zijn terras uit, zodat we meer kunnen zien. Abu Salim, onze gids en ik dalen de tientallen traptreden af. Abu Salim wijst op zijn olijfboomgaarden. “Vroeger kende ik elke hobbel en rots in het terrein, maar kijk, alles is overhoop gehaald.” We kruipen door een gat in de omheining om naar de olijfboomgaard van Abu Salim te gaan. Het heeft de avond ervoor geregend en ik heb schoenen aan die hier niet echt geschikt voor zijn. Ik wil deze kans niet missen om samen met Abu Salim de schade aan zijn terrein op te nemen. We glibberen naar beneden terwijl we elkaars hand vasthouden. Eenmaal beneden wijst Abu Salim op de oude, afgestompte olijfbomen die verrasend weer zijn uitgelopen. De gids vertelt me dat hij enkele jaren geleden Abu Salim vertwijfeld in zijn boomgaard zag lopen, terwijl het zware Israëlische materieel werd aangerukt om olijfbomen te rooien. De gids is uit zijn auto gestapt en naar de oude man toegegaan om te vragen wat er aan de hand was. Abu Salim vertelde hem dat hij wanhopig was. Onder de olijfbomen die eraan zouden gaan, was ook een heel oude boom waarover het verhaal ging dat die nog uit de Romeinse tijd stamde. In 1933 had de grootvader van Abu Salim deze boom aangewezen aan zijn kleinzoon en hem gevraagd heel goed voor deze boom zorgen, omdat olijfbomen een zegen zijn. De grootvader was bijzonder gehecht aan deze boom en Abu Salim had al die tijd goed voor de boom gezorgd. Abu Salim zei toen tegen onze gids: “Als ze de oude boom van mijn grootvader rooien, dan voel ik dat ik dood ga”. Ik maak een foto van Abu Salim met links in beeld een aantal herplante oude bomen, ook de boom die zijn grootvader had aangewezen. Ondertussen gaan de Israëlische grondmachines rustig door met het egaliseren van de grond naast de snelweg. Aan de overkant zien we trucks met hijskranen erop aan de muur werken. Abu Salim vertelt dat zijn olijfboomgaard doorloopt aan de andere kant van de snelweg. We kijken en elkaar aan en klimmen over de vangrail. Met de oude man tussen ons in wachten we op het moment dat we veilig kunnen oversteken. Auto's en vrachtauto's toeteren alsof ze willen zeggen, Palestijnen horen hier niet. Maar het zit anders, Israël had deze weg en muur nooit op het land van Abu Salim mogen bouwen. Veilig aan de overkant gekomen vraag ik aan Abu Salim of ik een foto van hem zal nemen naast de muur. Hij gaat rechtop staan en kijkt recht in de camera. We nemen de weg die over de snelweg loopt tergu. Van bovenaf is de schade die aan het land van Abu Salim goed te zien. December 2007 |
Read more about: vrijheid, repressie & mensenrechten | supplements | |