Intifada tegen Marokkaans kolonialisme fjederman - 06.11.2005 23:32
Terwijl de Marokkaanse koning het volk toespreekt ter gelegenheid van de 30ste verjaardag van de Groene Mars, wordt in West-Sahara getreurd om de dood van Lembarki Hamdi, die afgelopen zondag op straat werd doodgeslagen door een eenheid van de Groupes Urbaines de Securité. De Groene Mars van november 1975 was een goed voorbereide publicitaire operatie, die tot doel had de militaire invasie van de toenmalige Spaanse Sahara, die enkele dagen geleden begonnen was, aan de aandacht van de wereld te onttrekken. Een invasie die gevolgd werd door terreur tegen ieder die de bezetters niet met open armen ontving, door napalmbombardementen op provisorische vluchtelingenkampen midden in de woestijn, door razzia’s en arrestaties en ontvoeringen van vele honderden mensen. Vandaag de dag zijn nog altijd meer dan 500 Saharanen vermist. Sedert mei 2005 is een ware volksopstand gaande in de meeste steden van bezet West-Sahara. Afgelopen zondag viel de eerste dode door het grove geweld dat de bezettingsmacht inzet om deze te onderdrukken. Vrijdag 4 november is door de Saharaanse bevolking gerouwd om de dood van Lembarki Hamdi, die afgelopen zondag is overleden na zwaar te zijn mishandeld door een eenheid van de Groupes Urbaines de Securité tijdens demonstraties tegen de Marokkaanse bezetter. Burgers, in zwart gekleed of getooid met een zwart lint, hielden een sit-in voor het huis, in El Aaiun, van de ouders van de doodgeslagen man, waarbij zij leuzen riepen tegen de bezettingsmacht en opheldering eisten omtrent de moord op Lembarki. Het lichaam van Lembarki bevindt zich nog altijd in het mortuarium, vanwege de weigering van de familie om zijn lichaam mee te nemen zolang er geen autopsie op het lichaam is verricht door een onpartijdige arts, bijvoorbeeld van de Verenigde Naties. De Verenigde Naties hebben het hoofdkwartier van de MINURSO (Mission des Nations Unies pour le Referendum au Sahara Occidental) in El Aaiun. Hun kantoren worden zwaar in de gaten gehouden door de bezettingsmacht, teneinde ongewenste contacten met Saharaanse burgers te verhinderen. Tijdens deze sit-in zijn 14 personen op hardhandige wijze gearresteerd en meegenomen naar het politiebureau voor verhoor. Spaanse journalisten die ook meegenomen waren naar hetzelfde politiebureau hoorden, alsdus getuigen, de slachtoffers schreeuwen en op hun vraag wat en wie dat waren, antwoordde een politieagent cynisch vooral “naar de muziek te luisteren”. Tientallen demonstranten en aktivisten zijn al opgepakt, bij verhoor mishandeld en gemarteld; sommigen zijn veroordeeld tot jarenlange gevangenisstraf oplopend tot 6 jaar - voor het ophangen van een Saharaanse nationale vlag, het roepen van een leuze tegen de bezetting en voor onafhankelijkheid, het organiseren van of deelnemen aan vreedzame demonstraties. De gevoerde processen zijn een volslagen farce - valse beschuldigingen, onder marteling afgedwongen ondertekende proces-verbalen, afwezigheid van mogelijkheden voor de verdediging. De meest vooraanstaande aktivisten zijn nog niet berecht, onder wie: Aminatou Haidar (vrouw) - geb. 1966, gearresteerd 18 juni 2005 in het ziekenhuis van El Aaiun, op 17-6 op straat in elkaar geslagen door de GUS; eerder langdurig ontvoerd geweest Ali Salem Tamek - geb. 1973, gearresteerd 18 juli 2005, bij aankomst vanuit Europa op het vliegveld van El Aaiun; 3 keer eerder gearresteerd en veroordeeld tot gevangenisstraf Brahim Noumria - geb. 1965, gearresteerd 20 juli 2005, in El Aaiun, zwaar gemarteld tijdens verhoor; 5 keer ontvoerd geweest vanaf 1983, ontmoette in januari 2002 een delegatie van het Europese Parlement in El Aaiun Larbi Mesaoud - geb. 1966, gearresteerd 20 juli 2005, in El Aaiun; Sidi Ahmed el Moussaoui - geb. 1981, gearresteerd 31 juli 2005, bij demonstratie in Foum El Oued; Houcine Lidri - geb. 1970, gearresteerd 20 juli 2005 in El Aaiun, zwaar gemarteld tijdens verhoor; Hmad Hammad - geb. 1960, gearresteerd 9 augustus 2005 in El Aaiun; in 1997 ontvoerd en gemarteld, in 1990 tevergeefs politiek asiel gevraagd bij Spaanse ambassade in Rabat, in juli 2005 toevlucht gezocht tot Spaans Cultureel Centrum (Casa d'Espana) in El Aaiun waaruit de Marokkaanse politie hem met geweld heeft verwijderd. Ook in andere steden van West-Sahara – Dakhla, Smara, Boujdour – is op vrijdag 4 november een dag van rouw in acht genomen, evenals in de vluchtelingenkampen bij Tindouf (Algerije). Op zaterdag 5 november volgden opnieuw demonstraties in El Aaiun, waartegen gewelddadig werd opgetreden. Diverse leger- en politie-eenheden patrouilleren echter overal in de stad en jagen zelfs kleine groepen mensen uit elkaar. Buitenlandse journalisten, die op uitnodiging van Marokko in El Aaiun aanwezig waren (en er deels nog zijn), worden geweerd van plaatsen waar demonstraties gehouden worden. De bezettingsmacht probeert hen te doen geloven dat er niets aan de hand is. Enkele journalisten die er toch in slaagden protesten vast te leggen, zagen op het politiebureau hun materiaal geconfisqueerd of gewist. Dit overkwam journalisten van ABC Press, La Vanguardia en Reuters. Voor meer informatie : www.west-sahara.nl www.arso.org |