Vanunu en de dubbele standaard Astrid Essed - 10.05.2004 14:49
De recente vrijlating van Mordechai Vanunu werpt opnieuw het licht op de dubbele standaard betreffende wapeninspecties benadrukt Israel's internationale uitzonderingspositie in dezen. Dit artikel is tevens gepubliceerd op de site van de Initiatiefgroep Stop de Bezetting: www.stopdebezetting.nl Vanunu en de dubbele standaard Zoals bekend is vorige week woensdag dd 21-4 Mordechai Vanunu, de Israelische voormalige medewerker van de in 1963 operationeel gemaakte kernreactor in Dimona, uit de gevangenis ontslagen na 18 jaar gevangenisstraf waarvan 12 jaar in eenzale opsluiting vanwege zijn onthulling aan de Britse krant the Sunday Times in 1985, compleet met foto's, dat Israel over massavernietigingswapens beschikte. Motivatie voor zijn onthulling was zijn principiele bezwaar tegen de positie van Israel als kernmacht in het Midden-Oosten, vooral gezien tegen de achtergrond van het escalerende Midden-Oostenconflict. Uit de onthulde foto's werd niet alleen duidelijk, dat Israel de beschikking had over meer dan 200 atoomkoppen, daarenboven kwam volgens een aantal onafhankelijke experts waaronder de vermaarde kernfysicus Frank Barnaby aan het licht, dat Israel de capaciteit had om een waterstofbom te produceren. Voorgeschiedenis: Hoewel het reeds sinds de zestiger jaren bekend was, dat Israel op nucleair gebied samenwerkte met zowel Frankrijk als de toenmalige West-Duitse Bondsrepubliek hadden zowel Frankrijk, West-Duitsland als Israel altijd het vredelievende karakter, in dezen benadrukt, namelijk het opwekken van kernenergie. Volgens de Statuten van het in 1957 door de VN opgerichte Internationaal Atoomagentschap was het landen namelijk slechts toegestaan nucleaire energie voor vredelievende doeleinden te gebruiken en had het Agentschap na aanname van een VN-Veiligheidsraadsresolutie, de bevoegdheid wapeninspecties uit te voeren in landen waarvan de vredelievende bedoelingen in dezen in twijfel getrokken werden. Een en ander leidde in het begin van de zestiger jaren tot vrij ernstige meningsverschillen tussen Israel en de toenmalige Amerikaanse president Kennedy, die zich niet kon voorstellen waarom een vredelievend nucleair project moest plaatsvinden onder de auspicien van het Israelische ministerie van Defensie. De door Kennedy doorgezette wapeninspecties brachten echter geen zichtbaar-belastende feiten voor Israel aan het licht, hoewel menig wetenschapper zijn vraagtekens zette bij het vredelievende karakter van Israel's kernenergie-programma, totdat de feiten door de onthulling van Vanunu in 1985 duidelijk aan het licht kwamen. Non-proliferatieverdragen: De reeds genoemde Statuten van het Internationaal Atoomagentschap werden vanaf 1970 nog aangevuld door een aantal non-proliferatieverdragen, die zowel het ontwikkelen als het verspreiden van nucleaire bewapening aan banden legden met als sancties [door de VN-Veiligheidsraad] wapeninspecties en eventuele ontwapening van nucleaire wapens. Tekenend hierbij was echter, dat de reeds bestaande kernmachten, die de Veiligheidsraad vormden [De Verenigde Staten, de voormalige Sovjet-Unie, Groot-Brittannie, Franrijk en China] alsmede een aantal West-Europese landen de facto van deze controle waren uitgesloten, hetgeen de ongelijke machtsverhoudingen in de wereld duidelijk weerspiegelt. Dubbele standaarden: Ook is het in dezen tekenend, dat Israel niet alleen geen enkel non-proliferatieverdrag heeft ondertekend of geratificeerd, maar dat er afgezien van de wapeninspecties in de begin-zestiger jaren toen de politiek-militaire banden met de VS veel minder hecht waren dan nu [een en ander begon pas vaste vormen aan te nemen na de Israelische overwinning in de juni-oorlog in 1967]noort meer sprake is geweest van een dergelijke controle in Israel ondanks de onthullingen van Vanunu, die door latere gezaghebbende wetenschappers zijn bevestigd. Een en ander is evident, mede gezien tegen het licht van de wapeninspecties in Irak, niet alleen vorig jaar [afgebroken door de Brits-Amerikaanse militaire aanval op Irak], maar ook in de negentiger jaren na de Golfoorlog en de dreigende wapeninspecties in Iran, Libie en Syrie waarbij het in dezen evident is, dat er slechts sprake is van wapeninspecties in landen, die een niet aan de VS welgevallige politiek voeren. Israel's positie als regionale grootmacht in het Midden-Oosten: Nog afgezien van de flagrante schending van het gelijkheidsprincipe betreffende de wapeninspecties vormt Israel als enige bestaande kernmacht in het Midden-Oosten een blijvende politiek-militaire dreiging, waarbij de kans op een voor de Palestijnen rechtvaardige vredesoplossing steeds geringer wordt. Ook voor de omringende landen vormt Israel met zijn kernwapenarsenaal een blijvende bedreiging, zeker wanneer Syrie verplicht zou worden wapeninspecties op haar grondgebied toe te laten. Bekend is, dat de voorzitter van het Internationale Atoomagentschap Mohammed el-Baradei, herhaaldelijk heeft aangedrongen op wapeninspecties in Israel, maar gezien het feit, dat de hiervoor nodige VN-Veiligheidsraadsresolutie met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid door een VS-veto zal worden getroffen, is de kans hierop nihil. Vanunu: Mede gezien tegen het licht van het voor de Israelische machtspositie in het Midden-Oosten onontbeerlijke kernarsenaal is de destijds getoonde moed van Mordechai Vanunu, voor zijn geweten te kiezen en het Israelische kernwapenprogramma te onthullen, des te meer bewonderenswaardig, niet alleen vanwege de prijs die hij hiervoor heeft moeten betalen en de huidige ernstige restricties in zijn bewegingsvrijheid, die in strijd zij met de internationale rechtsregels, maar vooral vanwege de aan zijn adres geuite zeer ernstige bedreigingen, zowel van de kant van politici als individuele burgers. Het is dan ook tekenend voor het huidige steeds fascistischer wordende Israelische politieke klimaat, dat uit een recentelijk gehouden enquete in de Israelische krant Maariv is gebleken, dat op een sore van 100 procent, 44 procent van de ondervraagden van mening is, dat Vanunu ''gedood'' moet worden, 38 procent vindt, dat hij in de gevangenis had moeten blijven en slechts 16 procent van mening is, dat hij het land mag verlaten [2 procent heeft geen mening] Een ernstig teken aan de wand. Astrid Essed Amsterdam |