| |
Nieuws over globalisering: de alternatieven ervoor en de strijd ertegen! Indymedia - 16.10.2001 15:14
Beter gespecificeerd: over de liberale globalisering, bedoeld om grote bedrijven/multinationals grotere vrijheid te geven, om zo meer winst te maken. Over oa. ondemokratiese instituten zoals de WTO, de Wereldbank en het IMF (en de EU), die achter gesloten deuren besluiten nemen die onze toekomst in gevaar brengen: de hele wereld, het millieu, en alle mensen mogen gebruikt en misbruikt worden om de handelsmogelijkheden en de winst van de multinationals te vergroten. En over het effect dat dit heeft op de levens van mens en dier, en op het milieu en de natuur. Als alternatief voor anti-globalisten wordt al regelmatig de term "anders-globalisten" gebruikt. Links toevoegen: klik op "lees verder", en plaats een "aanvulling" |
Read more about: globalisering | supplements | some supplements were deleted from this article, see policy | | Vraag | mArk - 17.03.2002 11:40
Zolang bijna iedereen een persoonlijke drang naar meer en meer houdt, zal er volgens mij weinig veranderen. Of zie ik dat verkeerd? | Vraag 2 | Derek - 21.04.2002 16:02
Wat bekent "globalisering" nu precies? En welke andere stromingen zijn er behalve de liberale? | Globalisering is beter dan niets.. | Gerard Ytsma - 30.04.2002 08:13
Zonder globalisering hebben de mensen in ontwikkelingslanden helemaal geen werk. Zonder globalisering hebben niet steeds meer mensen een menswaardig bestaan (1/3 van de wereldbevolking heeft een redelijk welvarend bestaan en dat wordt steeds meer). Dus waarom terug naar ´vroeger´? Bovendien de trend van globalisering zet automatisch een trend van regionalisering in (de opleving van de Friese taal bijvoorbeeld). Alleen de voordelen van globalisering blijven over. Bij het grote publiek komen de acties van anti-globalisten over als grof en dom. Spullen vernielen kan iedereen! Actie voeren met argumenten lijkt me beter, maar die zie ik niet zoveel. | Argumenten? | Tito - 30.04.2002 12:31
Ik ben eigenlijk wel benieuwd naar een goed argument voor anti-globalisering. Ik zie de pro´s maar (ook in dit artikel niet) zie niet vaak de con´s. Denk eens na over de volgende stelling: Globalisering is goed mits alle betrokken partijen instemming krijgen. Stel je voor dat de hele wereld voor een doel strijd. Het doel hoeft niet meer geld te zijn maar kan ook meer welvaart voor iedereen betekenen. De reden dat globalisering nu door multinationals uitgevoerd word is vrij simpel, het woord zegt het al: multinationals. Zij zijn degene met het meeste ervaring met globale handelingen. Persoonlijk denk ik niet dat we tegen globalisering moeten vechten maar onszelf ermee in betrekken. Laten we wel wezen het medium waarmee je dit nu leest (inet) is het icoon voor globalisering. | Globaliseeren zonder te onderdrukken | Red - 10.05.2002 20:50
globaliseeren zonder onderdrukking dat zou nog wat positiefs wezen. ik voel me wereldburger en op zich is er niets op tegen om de banden van handel over de wereld te verspreiden. op zich vind ik ook dat je je als burger overal zou moeten kunnen vestigen waar men net zin in heeft... wat de practijk is , is helaas dat er uitbuiting kan plaatsvinden van de machtigste mogendheden.. dat ieder rijk land zn rijkdom wil vergroten en schijt eraan heeft wat dat voor de plaatselijke bevolking betekend. de macht is geld en geld is macht. zolang dat principe geldt zijn we allemaal de klootzak als het de grote rijken zo uitkomt.
Website: http://redalien.tk | Ahaa! | Rianne - 20.05.2002 14:15
Gelukkig maar, ik ´mag´ me ook anders-globalist noemen, en eenzelfde gedachtengoed onderschrijven. Nu snap ik het, ten strijde! | Stelling lastig | basszje - 07.09.2002 18:08
Ik denk dat bovengenoemde stelling zeker interessant is en discussie waard. Maar het kan helaas niet met een paar snelle antwoorden ( zonder schreeuwig en ondoordacht te klinken ) beantwoord worden. Waarom derdewereld landen er niet beter van zullen worden, waarom marketing en media leiden tot een totalitair regime en waarom globalisering leidt tot massaal humitair en ecologisch leidden zijn onderwerpen waar er per stuk gigantische pillen over geschreven al zijn. Voor een goede indruk kan ik bijvoorbeeld wel boeken als No Logo ( Naomi Klein ) , Fast Food Nation ( Eric Schlosser ) aanraden. Kijk anders ook eens rond op internet : http://www.mcspotlight.org http://www.corpwatch.org http://www.cleanclothes.org/ En talloze anderen. Krijg je een heel goed idee waarom globalisatie niet ons streven behoort te zijn. In elk geval niet zoals het nu gebeurt. n.b. een vorm van globalisatie zoals internet vind ik wel positief. Op deze manier kan iedereen volledig gebruik maken van recht van meningsuiting en persvrijheid. En bovendien kan ook kritisch commentaar gegeven worden zoals dat in de media (te) weinig gebeurt .
Website: http://www.vrijwazig.org | anti- of anders-globalisme? | Bart - 04.10.2002 20:42
Ik zou mijzelf eerder anti-globalist dan andersgobalist noemen. En dat niet enkel uit esthetische overwegingen. Ik heb namelijk het gevoel dat de doorsnee andersglobalist gewoon het westers samenlveingsmodel wil exporteren naar de rest van de wereld. Of toch tenminste het sociaal corrigerende deel daarvan. Ik probeer mij daarentegen voor te stellen dat of het mogelijk is te leven zonder bijvoorbeeld mensenrechten, zonder sociale herverdeling door de staat of zonder democratie. En ik denk van wel. Het is mógelijk. Niet dat deze manier van leven dan noodzakelijk zoveel beter zou zijn. Tergelijkertijd besef ik ook wel dat andersglobalisme een linkse reactie is op de economiserende globalisering, die alles, de mens incluis, tot handelswaar wil herleiden. Als het kapitaal zich internationaliseert, dan moet de reactie daartegen natuurlijk ook aangepast zijn. Dat wil zeggen: de traditionele eisen die al veel gesteld zijn geweest in het westen door links moeten nu wereldwijd herhaald worden. Maar toch heb ik het gevoel dat er in de meeste debatten over andersglobalisme (ik ken eigenlijk bijna enkel deze van op het net) te veel over economie en te weinig over cultuur gepraat worden. Dat er een wereldwijde culturele gelijkschakeling tot stand aan het komen is, lees ik bijvoorbeeld wel in No Logo, maar nooit op Indymedia. Reacties welkom! | My 2 cents/mijn kleine bijdrage | SickM - 19.10.2002 00:55
mm ja anders-globalisme is toch echt niet anti-globalisme. Hoe je de gemeeschappen/maatschapijen ook probeert gelijk te stellen (sociaal, comercieel, maatschappelijk, cultuureel) het komt allemaal op hetzelfde neer, globalisme. Een interverwenevnheid tussen de verschillende gemeenschappen op deze planeet, dit is iets waar we niet meer vanaf kunnen. Informatie, goederen, personen, enz, kunnen vandaag de dag met de huidige technologie snel hun invloeden uitoefenen op de verschillende groepen/gemeenschappen in deze wereld, dit kunnen we niet gemakkelijk ongedaan maken. Dit hoeft ook niet, we moeten wel uitkijken dat we de schadelijke stromen/ideen van globalisatie mijden en verder alsware uit de globalisatie proberen te filteren. Een van die schadelijke ideen/stromen is de kapitalistische en zoals bart al zij de culturele, iniedergeval de b.v mcdonalds cultuur. Deze kapitalistische culturen worden in mijn ogen gekweekt om niets anders dan markt afzet te creeren. (volgens mij kun je dit ook in het woordenboek vinden onder reclame) maar ook moeten we opletten hoe andere niet in het oog springende stromen/ideen toch negatieve invloed hebben op de verschillende groepen/gemeenschappen. Denk bijvoorbeeld aan Japaners die bakstenen huizen gaan bouwen omdat dat de (wereld)trand is. (en via bladeren leveren wij de informatie) Ken je je wereld dan weet je dat ze snel zullen omkomen omdat er veel aardbevingen zijn daar. (goed bedoeld slechte afloop) Nu zijn die Japaners zo arm/gek nog niet dus dat zal niet gebeuren. Waar ik opaf probeer te sturen is dat de variatie gehandhaaft moet worden omdat niet op elke omgevin de zelfde manier van handelen van toepassing is om te overleven, of dat een soort mens niet in elke omgeving zich even goed thuis voelt. Ook zorgt variatie voor een eigen identiteit, ego. Waarom zou je nog leven als er een wereld is waarin ieder exact kan wat jij kan exact hetzelfde potencieel heeft. Waarom zou je iets proberen als de uitkomst al vastligt, waarom zou je iets proberen te ontdekken als toch alles hetzelfde is. | Mondialisering | Hans van Groenigen - 21.11.2002 01:33
Vraag 2: A. Wat bekent "globalisering" nu precies? B. En welke andere stromingen zijn er behalve de liberale? Antwoord A: Globalisering is een anglicisme van het woord "Globalization". Een betere vertaling is "mondialisering", wat in tegenstelling tot globaal betrekking heeft op de wereld. De precieze betekenis van het woord mondialisering wordt doorgaans in complete boeken gepoogd te verklaren, maar een mogelijke definitie is de volgende: "Het proces dat de wereld doet krimpen." In de afgelopen 250 jaar is onze wereld enerzijds veel omvangrijker geworden, anderzijds is die hele wereld binnen ons bereik gekomen. In de 18e eeuw reisde men voornamelijk te voet waarbij de reis Amsterdam-Haarlem een dag besloeg. Vandaag de dag vliegen we in een dag naar de andere kant van de wereld! Deze definitie is maar een puntje van de ijsberg die mondialisering heet. Belangrijk is om te begrijpen dat mondialisering niet iets is wat je doet, maar iets wat plaats vindt. Het proces wordt gevoed door en voedt menselijk handelen. En dan komen we langzamerhand bij vraag B. Antwoord B: Liberale globalisering: bedoeld om grote bedrijven/multinationals grotere vrijheid te geven, om zo meer winst te maken. Over oa. ondemokratiese instituten zoals de WTO, de Wereldbank en het IMF (en de EU), die achter gesloten deuren besluiten nemen die onze toekomst in gevaar brengen: de hele wereld, het millieu, en alle mensen mogen gebruikt en misbruikt worden om de handelsmogelijkheden en de winst van de multinationals te vergroten Dit is dus een liberale politieke stroming die zich op een mondiaal niveau manifesteert. Er zijn al een aantal linkse/sociale stromingen zoals Artsen zonder grenzen, Indymedia of Max Havelaar. Helaas is er op dit moment een mondiaal machtvacuum dat wordt opgevuld door instanties die parallel functioneren en ieder een specifiek deelgebied beheren. Door het ontbreken van een autonome mondiale macht geldt hier het recht van de sterkste, lees rijkste. Om die reden heeft de liberale ondernemersgeest mondiaal gezien vrij spel. Sommige ondernemers verslinden hierbij onze leefomgeving met een blinde zucht naar winst en groei. De vraag is dus hoe een autonome mondiale macht gerealiseerd kan worden. Democratisch kiezen zou wel eens lastig kunnen worden in sommige landen. Een ding is voor mij in ieder geval duidelijk: "Vechten tegen de mondialisering heeft geen zin, vecht liever tegen de mensen die misbruik maken van de mogelijkheden die het creert." | ik snap het niet | miranda - 04.12.2002 09:55
hallo mensen! voor school moet ik een werkstuk maken over globalisering, en ik ben pas 16 jaar dus van dat moeilijk taalgebruik van jullie snap ik niet veel. waar jullie het met globalisering over hebben komt volgensmij overeen met grenzenvervaging en dat de wereld meer een land word. maar precies begrijpen doe ik het niet want ik heb ook gezien dat het veel met liberalen te maken heeft. maar ook dit verband zie ik niet. verder heeft het ook te maken met de economie en dat er een hele heissa over gemaakt word. als iemand mij kan uitleggen wat het precies is zou ik jullie daar heel dankbaar voor zijn!!! ps hier beneden staat mijn email adres groetjes miranda lil_ginuwine_girl@hotmail.com | wat houdt globalisering nou werkelijk in? | kim - 08.12.2002 12:40
Als 4 vwo leerling heb ik de opdracht gekregen om de twee belangrijkste ontwikkelingen van de twintigste eeuw te omschrijven. Daarbij kreeg ik dus de inval globalisering, maar wat is globalisering nou daadwerkelijk. Globalisering houdt toch in dat door de laatste ontwikkelingen wij live over de hele wereld kunnen volgen hoe op het zelfde moment het WTC in stort??? Of is globalisering meer, en wat zijn standpunten tegen en/of voor de globalisering. Ik hoop dat iemand mij hierop antwoord zou kunnen geven. Alvast bedankt! | globalisering ook nadelig voor westerse lande | William Tang - 24.12.2002 10:53
hi, ik geloof dat elk land wel mee kan profiteren van de globalisering. een rijk land heel wat meer dan de arme landen. ook zijn er veel nadelen voor de 3e wereldlanden. maar zijn er ook (grote) nadelen voor de rijke (westerse) landen aan globalisering. kan iemand dat mij uitleggen?? graag reactie hier of naar mijn mail: swwtang@hotmail.com alvast bedankt! | enkele vragen over globalisering | frederieke - 25.03.2003 16:53
hallo allemaal, ik zit in het derde jaar van de opleiding sociaal juridisch medewerker en nou moeten we een examenopdracht maken die bestaat uit enkele vragen. Maar nou ben ik vastgelopen op 2 vragen en nou hoop ik van harte dat jullie mij kunnen helpen: -wat houdt globalisering in europa in? hierbij moet ik enkele voorbeelden noemen - wat houdt globalisering in de wereld in? hierbij moet ik ook enkele voorbeelden bij noemen. Ik hoop dat jullie mij snel uit de brand kunnen helpen! Met vriendelijke groet frederieke van den eeden
| meer duidelijkheid? | rootboy - 18.05.2003 17:55
Kriterion in amsterdam organiseert een discussie middag die hopelijk een hoop antwoorden zal geven op vragen die bij iedereen leven. Kijk voor meer informatie op http://www.indymedia.nl/nl/2003/05/11827.shtml | ontstaan van het begrip | arjan - 29.06.2003 02:57
De term globalisering is nog niet zo lang geleden in de wetenschap geïntroduceerd. De Amerikaanse socioloog Roland Robertson ziet vooral de Tweede Wereldoorlog en de nasleep daarvan als beginpunt van het globaliseringsproces. De oorlog resulteerde in de 'vorming' van de Derde Wereld, diverse internationale, transnationale en supranationale instituties (denk aan de Verenigde Naties) en verschillende pogingen om de 'wereld-economie' te coördineren. De wereld comprimeert en er ontstaat een situatie van 'global interdependence' waarbij voorheen losstaande en onafhankelijke lokaliteiten voor hun functioneren steeds afhankelijker worden van andere lokaliteiten. Een belangrijk voorbeeld waarin de global interdependence tot uitdrukking komt is de mondiale economie. Hierin zijn economische systemen en culturele tradities in toenemende mate met elkaar verbonden. Wallerstein legt met zijn 'world system'-benadering de nadruk op het systemische karakter van de wereldwijde verhoudingen. Het 'world system' is volgens hem in het verleden gevormd en nagenoeg onveranderbaar. Bovendien was zijn theorie sterk gebaseerd op de bipolariteit van de dependency-theorie waarin sprake is van een ongelijke relatie tussen het centrum en de periferie. Later werd door andere globaliseringsdenkers (mede onder invloed van de popularisering van de chaos-theorie in de wiskunde) de nadruk gevestigd op de rol die de voortdurend veranderende historische context speelt in de vorming van de internationale relaties. Dit verschoof de discussie naar een voorstelling van het globale geheel dat complexer, meer fluïde en vormbaar is en niet langer systemisch en vaststaand zoals bij Wallerstein. Het sterke onderscheid tussen een centrum en een periferie maakt plaats voor een multipolaire voorstelling. Bovendien kan het lokale en globale niveau niet meer van elkaar gescheiden worden daar deze volledig met elkaar vervlochten zijn.
| Help | Bram - 17.09.2003 19:34
Beste mensen Voor mijn studie moet ik het een en ander zien te weten te komen over globalisering, omdat het voor mij een grote vraag is wat globalisering is en voor jullie een weet zou ik willen vragen of er iemand is die mij in niet te moeilijke taal uit kan leggen wat dit inhoudt. Ik zou dit zeer op prijs stellen. dus help a.u.b een handje Bram
| Geef je mening en debatteer mee! | LUX debatcentrum - 27.11.2003 11:07
Het Debat over de Wereld Het is zowel het meest pregnante als het meest slepende onderwerp in de publieke opinie: de derde wereld. Wel of geen globalisering, wel of geen vooruitgang, wel of geen ontwikkelingshulp, wel of geen Nederlands moralisme, en alle denkbare nuances als antwoorden op deze vragen. Welke kleine stapjes moeten worden gezet om de grote motor in beweging te krijgen? Wat is de Nederlandse invloed in de grote internationale instituties, welke rol kan Nederland zich toe-eigenen? Welke handreikingen moeten worden gedaan om de diverse nationale en internationale partijen dichter bij elkaar te krijgen? Het CIDIN, Centre for International Development Issues Nijmegen, en LUX organiseren in de periode November 2003 - mei 2004 vijf noodzakelijke debatten over de (derde) wereld. Alle debatten staan onder leiding van Lau Schulpen van het CIDIN. Woensdag 10 December Het Debat over De Wereld # 2 Landbouwbeleid: steunen we onze boeren of die van de derde wereld? Met Jos Roemaat, Joop Atsma, Stefan Verwer en Jan-Douwe van der Ploeg Door de bestaande subsidiestructuur wordt de groei van ontwikkelingslanden gefrustreerd. Tariefmuren, hoge subsidies op eigen producten, dumping van overtollige eigen producten op de markten van ontwikkelingslanden. Er lijkt inmiddels sprake van een beleidsmatige doorbraak op Europees niveau. Maar wat is de precieze kwaliteit van de plannen? Wat is de positie van Nederland en hoe zou deze moeten zijn? Wat hebben de partijen van elkaar nodig om stappen te kunnen zetten? Welke macht heeft de Nederlandse lobby? Statements, vraagtekens en belangenbehartiging door Jos Roemaat (vice-voorzitter LTO Nederland), Stefan Verwer (lobbyist Both Ends), Jan-Douwe van der Ploeg (hoogleraar rurale sociologie aan de Landbouwuniversiteit Wageningen) en Joop Atsma (lid van de tweede kamer voor het CDA) Aanvang 20.00 uur / entree 4 euro / LUX Een debat van LUX en het CIDIN mogelijk gemaakt door het NCDO, het SNUF en het HIVOS.
| Globalisering | Buchan - 04.12.2003 13:41
De naam anti-globalist suggereert dat je tegen modernisering bent. Dat je eigenlijk terug wilt naar zoals het vroeger was. Daar ligt ook het knelpunt met rechtse-antiglobalisten, de nationalisten die willen dat het was zoals vroeger. Geen buitenlanders in Nederland, eigen volkje, eigen taaltje, lekker veilig. Daarom is de kreet anders-globalist ook misschien beter. De globalisering is nu eenmaal begonnen. Daar kunnen we niets meer tegen doen. Wat we wel kunnen doen is: A) het hele gebeuren beter controleren zodat het B) te sturen is. Als je echt anti-globalisme nastreeft, zou je (heel cru gezegd) de ontwikkelingslanden welvaart willen ontzeggen. De rijke landen mogen dan niet investeren in deze gebieden. Dat vind ik nogal ascociaal. Het is juist goed dat rijke landen werkgelegenheid scheppen in deze gebieden, door middel van vestiging of door middel van handeldrijven. Maar ook dit moet gereguleerd worden. - betere controle door onafhankelijke instellingen (hier kunnen ngo's zoals Amnesty International en het Rode Kruis bij helpen. - duidelijke wetgevingen vanuit de regeringen - duidelijke inside informatie vanuit en over de bedrijven. Dit kan de contra's van het globalisme wegnemen. Even reageren op iemand die vraagt naar de contra's van globalisme: - de race to the bottom => bedrijven willen uiteraard zo goedkoop mogelijk produceren. Daarom trekken ze weg uit de welvarende gebieden en gaan ze naar de ontwikkelingsgebieden waar de kosten laag zijn. Uiteindelijk zal een bedrijf zich vestigen in een gebied waar de kosten het laagst zijn. - afhankelijk van het bedrijfsleven => hier op voortbordurend krijg je dat overheden dusdanige politieke klimaten gaan scheppen, om maar bedrijven te lokken. Dit gaat over het algemeen ten koste van mensen die in deze gebieden wonen. voorbeelden: * zeer lage lonen en geen sociale vangnetten. * geen recht op vakbond. * zeer gevaarlijke werk- en leefomstandigheden (kinderarbeid en de doodseskaders in Brazilië) * de bedrijven bepalen de wetgeving en niet de overheden. Want als een overheid een wet aanneemt waar bedrijven niet blij mee zijn, dan gaan ze naar een ander land waar de wetgeving minder streng is. * Geen bescherming voor het milieu (denk aan de houtkap) * Hieraan verbonden het vernietigen van de leefomgeving van inheemse volken (zapatistas in Mexico, Amazone indianen) - financïële beslissingen zijn, door globalisme, niet langer meer van belang voor een klein gebied, maar voor de hele wereld. De financiële instellingen als G8, WTO, IMF en Wereldbank worden niet gestuurd door een doorsnee van de landen, maar door de rijkste landen van de wereld. De armste landen zitten er wel in, maar hun stem stelt weinig voor. Dat betekent dat de arme landen geen inspraak hebben in de wereldwijde economische beslissingen. De rijkste landen worden nog rijker, de armste landen alleen maar armer. Goed voor nu hou ik het even hierbij, anders wordt het ook zo'n ellenlange verhaal. | Maar Gerard toch ..... | poul - 10.03.2004 16:00
Globalisering? Volgens mij is het een nieuw woord voor neo-kolonialisme dat op zijn beurt weer een voortzetting is van kolonialisme. Die hele felle konkurentsiestrijd die iedereen, willens of wetens, nu-aan-de-dag meemaakt, die konkurentsiestrijd tussen de Europeese Unie en het blok van Canada - Verenigde Staten - Mexiko, kan alleen maar leiden tot een versnelde afbreuk van de Natuur. Die Natuur reageert op haar manier en we hebben met ons allen al een tijd lang kunnen gezien wat die Natuurreaksie inhoudt: het verdwijnen van plantensoorten, het in rook opgaan van verschillende dieren, het veranderen van het klimaat in vele delen van onze aardbol. 0ok moderne oorlogen zijn nu ook niet bepaald milieuvriendelijk. De ekologiese goede tegenstroom wordt ook al 'overgenomen' door de kommersie en geeft inmiddels werk aan velen. De 'genetiek', de genetiese biotechniese industriejen doen ook hun 'duit' in het zakje. Vele regeringen overal ter wereld steunen al dit gebeuren en de wetenschappers blijven ook niet achter om méér en méér te ontwikkelen. Al het voorgaande draagt bij dat we met z'n allen in een stroomversnelling zijn gekomen die al zo na de tijd van Napoleon (1815) is begonnen. De klok kunnen we moeilijk terugdraaien ..... Dat gaat gewoon echt helemaal niet! Maar wordt nou niet gedeprimeerd door bovenstaande woorden. Schrijf naar al die autoriteiten, demonstreer vóór de Natuur zo ongeveer in de stijl van Greenpeace, maak duidelijk dat we met zijn allen de dupe gaan worden van ergere verschijnselen omdat die Natuur 24 uur per dag doorgaat en niet slaapt, maar heus wél reageert, dat ook mensen altijd deel hebben uitgemaakt van die Natuur en dat ook zullen blijven doen, dat je geld echt niet kunt eten en dat je wanneer je bent overleden daar (aan dat geld) ook niets aan hebt, dat er andere en betere manieren zijn om mensen aan werk te helpen met meer gedachten aan desentralisaatsie, ja sterker nog: dat mensen best in staat zijn om zichzelf aan werk te helpen zonder daarbij kwaad te doen aan hun omgeving, dat mensen die regeringen vormen en in andere organisaatsies zitten maar af en toe een frisse neus zouden kunnen nemen en om zich heen zouden kunnen kijken om te beseffen wáár ze zijn en zich dienstbaarder zouden kunnen opstellen voor Natuur en Medemens (ongeacht nationaliteit en/of religie). De klok terugdraaien kan niet. Beleid ombuigen kan wél. Universiteiten en andere Instituten overtuigen van dienstbaar zijn aan Natuur en Medemens zal wat van langere adem zijn. Dat we, met z'n allen, op deze manier niet verder kunnen gaan is dan misschien niet duidelijk genoeg voor iedereen, maar langzamerhand zal dat idee van: "wij heersen en de rest moet zijn bek houden!" wel verworden tot van "Hé, hoe gaat het met u, hoe gaat het op het milieuvriendelijk werk, is er voor mij ook een werkplek?" | the system: finance & management | brian - 27.10.2004 22:04
Amalgamated Copper was begotten in 1898, born in 1899, and in the first 5 years of its existence plundered the public to the extent of over $100 million. It was a creature of that incubator of trust and corporation frauds, the State of New Jersey. Its entire stock was sold to the public at an average of $115 per share, and in 1903 the price had declined to $33 per share. From its inception it was know as a "Standard Oil"creature, because its birthplace was the National City Bank of New York (the "Standard Oil" bank), and its parents the leading "Standard Oil" lights, Henry H.Rogers, William Rockefeller, and James Stillman. "Standard Oil" has from its birth to present writing been responsible for more hell than any other trust or financial thing since the world began. Because of it the people have sustained incalculable losses and have suffered untold miseries. At the lower end of the greatest thoroughfare in the greatestcity of the New world is a huge structure of plain gray-stone. The building is No.26 Broadway. 26 Broadway,NYC, is the home of the Standard Oil. Wall Street and the financial world know that there are two "Standard Oils", but to the public there is no clear distinction between Standard Oil, the corporation which deals in oil and things which pertain to the manufacture and transportation of oil, and "standard Oil", the GIANT, indefinite system. Standard Oil, the seller of oil to the people, transacts its business as does any other corporation. Its plays no part in my story and I shall not hereafter touch upon its affairs, but confine my meaning, wherever I use the name "Standard Oil",too the LARGER and MANY TIMES more important "SYSTEM". The 3 main men of Standard Oil are Henry H.Rogers, William Rockefeller and John.D.Rockefeller. There are 8 distinct groups of individuals and corporations which go to make up the BIG "Standard Oil": (1) the Standard Oil, seller of oil to the people, which is made up of many sub-corporations either by actual ownership or by ownership of their stock or bonds; (2) Henry H.Rogers, William Rockefeller and John D.Rockefeller, active heads and included with them their sons; (3) A LARGE GROUP of active captains and first lieutenants, men who conduct the affairs of the different corporations or sections of corporations in wich some or all of the Standard Oil are interested; (4) A LARGE GROUP of captains retired from active service in the Standard Oil army; (5)the estates of deceased members of this wonderful Standard Oil family, which are still largely controlled by some or all of the prominent Standard Oil men; (6) Standard Oil banks and banking institutions and the system of national banks, trust companies and insurance companies, of which Standard Oil has, by ownership and otherwise, practically absolute control; (7)the Standard Oil army of followers, capitalists and workers in all parts of the world; (8) the countless hordes of POLITICIANS, STATESMEN, LAWMAKERS and ENFORCERS --our political structure -- and JUDGES and LAWYERS. Standard Oil's governing rules are as rigid as the laws of the "Medes & Persians", yet so simple as to be easily understood by any one: * Keep your mouth closed, as silence is gold, and gold is what we exist for; * Collect our debts today. Pay the other fellow's debts tomorrow; * Keep the seller waiting; the longer he waits, the less he'll take. Hurry the buyer, as his money brings us interest; * Make all profitable bargains in the name of Standard Oil chancey ones in the names of dummy corporations; * Never forget our Legal Department is paid by the year, and our land is full of courts and judges; * As competition is the life of trade (our trade), and monopoly the death of trade (our competitor's trade) employ both judiciously; * Never enter into a "butting" contest with the Government. Our Government is by the people and for the people, and we are the people, and those people who are not us can be hired by us; * Always do "right". Right makes might, might makes dollars, dollars make right, and we have the dollars. The success of Standard Oil is largely due to 2 things --to the loyalty of its menbers to each other and to "Standard Oil", and to the punishment of its enemies. Each member before initation knows its religion to be reward for friends and extirmination for foes. The Standard Oil man is constandly remindes in a thousend and one ways that punishment for disloyalty is sure and terrible, and that in no corner of the earth can he escape it, nor can any power on earth protect him from it. Standard Oil is never loud in its rewards not its punisments. It does not care for the public's praise[except through phony P.R] nor for its condemnation, but endeavors ti avoid both by keeping its "business'ti itself.. for related stories, visit: http://www.shout.net/~bigred/cn.html http://feustel.mixi.net. Aperitos tuum muto, et causis omnium filiorum qui pertranseunt. Aperitos tuum, decerne quod justum est, et judica inopem et pauperum. --Liber Proverbiorum XXXI: 8-9. | debat | meisje - 29.11.2004 14:21
Beste mensjes, ik moet voor Nederlands een debat houden over globalisering. Nou weet ik wel wat het inhoudt, maar om een goed debat te vormen heb je ook argumenten nodig. Ik ben in dit debat tegen, maar weet helaas nog niet veel argumenten tegen globalisering. Zou iemand misschien hierop een antwoord kunnen geven? dank je! | Anti-anti-globalisme | Zoetermeer - 09.12.2004 14:37
Nu zijn er een aantal dingen over globalisering en marktwerking niet naar voren gekomen in bovenstaande stukken: De reden dat landen van de EU en de landen in de wereld de handel willen stimuleren is om de volgende redenen: 1. In sommige sectoren, waar grote bedrijven monopolistische posities hebben, is het door globalisering mogelijk om hen te dwingen met grote buitenlandse bedrijven te concurreren. Verschillende instanties zorgen ervoor dat er geen reuzenmonopolie kan ontstaan (NMA). Monopolisme en kartelvorming is een grote bedreiging van de marktwerking. 2. Globalisering heeft als doel om bijvoorbeeld 'dumping' van goederen tegen te gaan; als een land een negatieve handelsbalans heeft (exporteert weinig, importeert veel) dan kon dat land ervoor kiezen om producten tegen of onder kostprijs in een ander land te 'dumpen' en de import te belemmeren. Dit was structureel nadelig voor eigen land (geen prikkel om de concurrentie aan de gaan en te verbeteren), maar het kon op korte termijn wel de handelspositie ten koste van een andere verbeteren. Stalin ondernam deze strategie met voedsel; russen gingen dood van de honger, maar de handelsbalans verbeterde. 3. Door gezamenlijk afspraken te maken over handel is het niet meer mogelijk dat landen ex-koloniën gaan voortrekken als het gaat om handelsbarrières. Ook kunnen landen minder makkelijk bepaalde landen voortrekken om een bepaalde politiek af te dwingen. (De VS doet dit momenteel nog wel, maar dit gaat sterk ten koste van de financiële positie van het land; dit is op de lange termijn zeer gunstig voor Europa) 4. Als land A heel goedkoop voedsel produceert en land B produceert heel goedkoop stoffen, dan kunnen zij door handel er allebei op vooruitgaan: De één produceert stoffen en doet R&D om de productie efficiënter en beter te maken; het andere land doet dat met voedsel. De bedrijven in de landen die dit met het meeste succes doen die overleven en groeien; bedrijven die hier niet in slagen gaan failliet. Arbeid schuift naar de meest effectieve producenten; de cultuur van de mensen bepaald wat er gedaan wordt aan onderhoud van de natuur (in westerse landen van de beste kwaliteit). Opvallend is dat de staatsbedrijven in China niet failliet gaan. Die krijgen de mogelijkheid nog meer geld aan te trekken om de financiering rond te krijgen (door vriendjespolitiek, ofwel 'quanxi'), waardoor er uiteindelijk een minimale productie tegenover maximale kosten is EN de financiële markten vastlopen. 5. .. (geen tijd :D) | Argument tegen globalisering | Dieke - 28.12.2004 17:59
Ik denk dat HET argument tegen globalisering is dat grote bedrijven, multinationals, door globalisering de kans krijgen te doen wat alle bedrijven in eerste instatie willen doen: winst maken. Dit is in princiepe natuurlijk niet meteen slecht, maar wel als het ten koste gaat van andere mensen. Bij globaliseing zoeken grote bedrijven lage-lonen-landen, want ze willen natuurlijk zo goedkoop mogenlijk uitkomen. Het gaat eigenlijk alleen maar om belangen. Het belang van de sterkste, machtigste geldt: het belang van de rijkste, namelijk die multinationals. Met als gevolg dat bijvoorbeeld kinderarbeid weer de kop opsteekt. Het is namelijk het belang van de multinationals winst te maken, en niet dat zo'n kind een fijn leven heeft. Het belang van de mensen die voor deze bedrijven werken is heel anders. Ik neem tenminste aan dat iedereen liever goed betaald wordt, en werkt onder goede arbeidsomstandigheden. Je wordt liever niet uitgebuit, denk ik zo. Daarom zouden er denk ik goede wetten moeten komen, die bedrijven aan banden leggen. En niet wetten die bedrijven verplichten winst te maken.(Amerika) Het belang van de bevolking van een land moeten boven winst gesteld worden('Geen bloed voor olie'). Volgens mij zal t dan al n stuk beter gaan in de wereld... Hopelijk.
| DWARSE EKONOMIE | door Weia Reinboud - 27.07.2005 14:46
DWARSE EKONOMIE ENIGE ANARCHISTIESE OPMERKINGEN OVER EKONOMIE DWARSE EKONOMIE door Weia Reinboud INLEIDING Ekonomie? Wat een ongelooflijk saai onderwerp. [R.W.W.] ¶Er bestaan kapitalistiese ekonomiese theorieën, er bestaan marxistiese en socialistiese ekonomiese theorieën, maar er bestaat nauwelijks anarchistiese ekonomiese theorie. De reden daarvoor is, denk ik, dat anarchisme uitgaat van zelfstandig denkende en vrijwillig samenwerkende individuen, en zulke individuen zullen uitstekend in staat zijn om hun ekonomies handelen zelf te bedenken. Daar is gewoon weinig theorie bij nodig. ¶Wat er wel zou kunnen bestaan is een uitgebreide anarchistiese analyse van de niet-anarchistiese ekonomieën. Waarom is die er nog nauwelijks? Ik weet het niet. Het zou kunnen zijn dat andere kapitalisme-kritiese theorieën voldoende gevonden werden. De vraag is of die andere theorieën nog steeds voldoende zijn of dat ze intussen allemaal geheel of gedeeltelijk achterhaald zijn. Moet er niet eens iets nieuws komen? Aanleiding voor wat onorthodoxe geluiden is er genoeg; ik zie die vooral in het nu bijna wereldwijd om zich heen grijpende consumptisme. ¶Je kunt bij het maken van een ekonomiese theorie allerlei kanten op. Je kunt bij voorbeeld beschrijven hoe producten de wereld over gaan, en het daarbij laten. Maar je kunt ook proberen te zoeken naar welke gedachten mensen MINSTENS moeten hebben, bewust of onbewust, om tot zus en zo ekonomies gedrag te kunnen komen. En vervolgens kan je zoeken naar welke ANDERE gedachtes mensen in hun hoofd zouden moeten hebben om de onprettige kanten van de ekonomie te doen verdwijnen. ¶In deze brochure kom ik eerst met wat beschrijving, waarbij ik tegelijk kijk naar wat voor soort denken er achter de zichtbare verschijnselen zit. Na de verre van volledige beschrijving stip ik, eveneens onvolledig, aan welke gedachtes er bij het veranderen van de ekonomie mee kunnen spelen. ¶Soms denk ik wel eens dat het de kapitalisten zijn die het meeste profijt hebben gehad van de marxistiese ekonomiese theorie. Want de marxistiese kritiek wees haarfijn aan wat er allemaal mis was, maar deed dat op zo’n manier dat er niet alleen aanknopingspunten waren voor de arbeidersbeweging maar ook voor de kapitalisten. In ieder geval hebben laatstgenoemden het voor elkaar gekregen om het kapitalisme op zo’n manier te verzachten, of te versluieren, dat de arbeidersbeweging aan het lijntje en de kapitalistiese kernpunten overeind gehouden konden worden. (Een anarchistiese arbeidersbeweging zou dat niet overkomen zijn, lijkt mij.) ¶Waar kun je de kapitalistiese kernpunten, het kapitalistiese programma beschreven vinden? Het antwoord luidt: eigenlijk nergens. Over het algemeen zorgen kapitalistiese ekonomen er namelijk voor dat hun theorieën heel redelijk klinken. Pas door met een vergrootglas te kijken en door tussen de regels te lezen naar wat er allemaal verzwegen wordt, kom je er achter welke kritiek er allemaal mogelijk is. Dat tussenderegelige zal het voornaamste zijn waar ik me op zal richten. ¶Wat me verder erg interesseert is wat de plaats is van een individu in de wereldekonomie. Hoe de optelling van vele individuele gedragingen op ondoorzichtige wijze een wereldekonomie oplevert, juist dat lijkt mij van belang voor mensen die een andere ekonomie voorstaan. Het vertalen van de wereldschaal naar de individuele schaal is, hoe moeilijk ook, het proberen waard. ¶Ik moet tenslotte vermelden dat ik, anders dan in linkse kringen gebruikelijk is, niet zal spreken over ‘de strukturen’. Het komt mij voor dat in vrijwel alle gevallen waarin over strukturen wordt gesproken andere, duidelijkere woorden mogelijk zijn – in ieder geval wil ik trachten zulke andere verwoordingen te gebruiken. Hoe gemakkelijk het denken in termen als strukturen of processen ook moge zijn, ik wil altijd een vertaling naar het individu toe. Omdat individuen degenen zijn waar veranderingen kunnen beginnen. Het maakt daarbij in eerste instantie wel uit of een individu dagloner is of minister van ekonomiese zaken, maar in tweede instantie maakt het niets uit. Allemaal kunnen ze hun leven omgooien, het hangt er maar van af in hoeverre ze hun eigen en andermens vastgeroeste ideeën over minister- en daglonerschap willen doorbreken. BESCHRIJVING Ekonomie, de astrologie van de twintigste eeuw [N.N.] * HUISHOUDEN * ¶Ekonomie betekent letterlijk: huishouding. In deze brochure gaat het over het huis dat aarde heet, over wat er (minstens) achter zit dat goederen over de aarde heen en weer gezeuld worden, en ook over enige gevolgen van dat gezeul. ¶Ekonomie in de meest neutrale invulling van het woord, huishouding, is iets wat onlosmakelijk bij de mensheid hoort. Mensen grijpen in in hun omgeving, ze zijn immers afhankelijk van chemiese troepjes, levende of dode stofjes, en dat het geheel van ingrepen een huishouding oplevert is onontkoombaar. Een huishouding met wel of geen problemen. ¶In heel wat ekonomieboeken beweert men dat ‘vraag en aanbod’ het startpunt van de ekonomie en van de ekonomiese wetenschap zijn. Of ze beginnen met het ‘verdelen van de schaarste’ – ook zo’n uitdrukking die ongevaarlijk genoeg klinkt om in het begin van een ekonomieboek een rol te mogen spelen. Maar kijk eens nader: bij gelijk/eerlijk delen doet het er volstrekt niet toe of iets schaars is of niet! Blijkbaar gaat men er in die boeken bij voorbaat van uit dat het in de ekonomie om ONGELIJK verdelen gaat. Ongelijk verdelen is naar mijn bescheiden mening het veróórzaken van schaarste bij sommigen, en het veroorzaken van overvloed bij anderen. Hoe dat verdelen gaat is ook niet echt wat ik onder vraag en aanbod versta. ¶Of bedoelt men met ‘verdelen van DE schaarste’, dat het nu eenmaal onvermijdelijk moeite kost om aan eten en kleding en dergelijke te komen? Het lijkt me dat je dat aan niemand hoeft te vertellen, dat mensen altijd vanzelf de moeite zullen doen die nodig is om de echte basisbehoeftes te bevredigen. Zouden ekonomiese problemen, ekonomiese onrechtvaardigheden, er kunnen zijn als er alleen moeite werd gestoken in het bevredigen van de echte basisbehoeftes? ¶Ik stap nu af van ‘huishouding’ als vertaling van ekonomie. In een kritiese beschouwing van de ekonomie hoeft het niet te gaan over de huishouding van de chemiese troepjes die nodig zijn voor de echte basisbehoeftes. Het zal moeten gaan over het verschijnsel dat heel wat mensen niet op de eigen wijze in de basisbehoeftes kunnen voorzien, dat ze dus gehinderd worden door anderen. En het zal moeten gaan over de huishouding van niet-basisbehoeftes. Het gaat daarbij weliswaar over vormen van huishouden, maar dan in de zin van flink huishouden, van huishouden in de zin van ‘vernielen’ dus. * ZWEL MAAR AAN * ¶Rente neem ik als startpunt van het verhaal, en verder komt ook ekonomiese groei al gauw aan de orde. Beide zijn groeiverschijnselen, en ze leveren allerlei verwante problemen op. (Bevolkingsgroei zou ook behandeld kunnen worden. Dat is geen ekonomies verschijnsel, maar heeft wel ekonomiese gevolgen (en voor een deel ook ekonomiese oorzaken). In ieder geval is kritiek op de eerste twee deels ook van toepassing op bevolkingsgroei, om de eenvoudige reden dat groei groei is.) ¶Zet honderd gulden op een bankrekening waar je een zeer bescheiden rente van één procent krijgt. Na een jaar heb je dan fl101,00. Na 10 jaar heb je fl110,46. En na 20 jaar fl122,02. Na 100 jaar hebben je erfgenamen fl270,48 en na 200 jaar fl731,60, en weer honderd jaar later staat er fl1978,85 op die stokoude rekening. Je ziet dat dit geheel de pan uit gaat rijzen: er komt een moment dat die ene honderd gulden is uitgegroeid tot een berg die alle geld van de hele wereld bevat. En wat er dan het volgende jaar gebeurt? ¶Ik had expres een laag bedrag en een zeer lage rente genomen. Als zelfs dat al helemaal mis gaat, hoe zit het dan met het op de bank zetten van een miljoen tegen 10 procent rente? Dat is na een eeuw al ruim 11 miljard. (De 389 miljoen waar dat woordje ‘ruim’ op slaat schenk ik je.) En niet zo heel veel later is het een blok goud ter grootte van de hele aarde. ¶Zoiets kan dus niet, het hoort natuurkundig gezien niet tot de mogelijkheden, en voor ekonomiese groei en alle andere materiële groeiprosessen geldt hetzelfde. Je kunt spijkerhard, met heel eenvoudig rekenwerk, aantonen dat ze ooit onoplosbare problemen gaan opleveren. ¶Je kunt die problemen op twee manieren oplossen: ofwel je wacht tot de wal het schip keert, ofwel je bedenkt dat je je ook wel eens intelligent zou kunnen gaan gedragen. Ik gebruik daar met opzet het woord intelligent, omdat het op mij zo anti-rekenkundig overkomt, zo, anti-wiskundig, inexact en dus onintelligent wanneer mensen beweren dat het verschijnsel rente kan blijven bestaan en dat ekonomiese groei ‘hoort’. Het perpetuum mobile bestaat niet! (Met bevolkingsgroei ligt alles wat ingewikkelder, hoewel dat door presies dezelfde irrationaliteiten vergezeld wordt. Er wordt wel gezegd dat mensen in arme streken wel kinderen moeten hebben als ‘oudedagsvoorziening’. Ik weet dat nog niet zo. Bij het lezen van het levensverhaal van een indiase vrouw bleek dat met het stijgen van kindertal/oudedagsvoorziening de armoede toenam. En er werden ook voorbeelden genoemd van hoe mensen het zonder kinderen konden redden. Het lijkt me dat er iets ingewikkelds aan de hand is, maar hier vind ik het voldoende om én de ekonomie van de rijke streken aan de kaak te stellen én het idee uit te dragen dat zelf beslissen om minder of niet aan voortplanting te doen altijd toe te juichen is, omdat bevolkingsgroei overal uiteindelijk altijd spaak loopt. Je kunt daarnaast natuurlijk nog allerlei praktiese oudedagsvoorzieningen voor de ‘derde’ wereld zien te bewerkstelligen.) ¶Maar als het zo onintelligent is, waarom wordt rente dan niet direkt afgeschaft? Misschien moeten we eerst kijken naar hoe rente ontstaan is. Neem een denkbeeldig eiland waarop 101 mensen wonen, die allemaal dezelfde levensstijl en presies evenveel geld hebben. Dan vindt eentje op het strand een fles met 100 gulden. Tegen 1 procent rente wordt dat bedrag aan de anderen uitgeleend, die wilden dat blijkbaar, en iedereen gaat wat met het geleende geld doen. (Wat ze doen doet niet ter zake.) Na een jaar betalen ze netjes het geleende terug en heeft de flesvinderster dus 101 gulden. Waar kan die ene gulden vandaan gekomen zijn? ¶Er zijn maar drie mogelijkheden. De eerste is dat die ene rentegulden rechtstreeks uit de zakken van de 100 anderen komt; zij hebben dan allemaal een sent minder. De tweede mogelijkheid is dat er, al dan niet stiekum, een extra gulden is geslagen zonder dat daar iets tegenover staat. Automaties zijn dan alle reeds bestaande guldens iets minder waard geworden, en zo komt de rentegulden indirekt uit de zakken van iedereen. De derde mogelijkheid is dat er een gulden bijgemaakt wordt én dat er extra moeite gedaan is om een of ander product te maken. Er is dus groei van de hoeveelheid geld, plus groei van de hoeveelheid arbeid, plus als gevolg van dat laatste groei van de hoeveelheid goederen. De problemen van alledrie die mogelijkheden worden straks aangestipt. Nu volstaat de conclusie dat het altijd de niet-rijken zijn die met de gevolgen van het bestaan van rente opgescheept worden. ¶Als we nu het denkbeeldige eiland verlaten, kunnen we gaan berekenen hoe het in de werkelijke wereld loopt. De uitkomst is dat ongeveer een tiende deel van de mensen volautomaties rijker wordt door het simpele bestaan van de verschijnselen rente (en het verschijnsel lenen, want zonder dat hangt de rente in het luchtledige). Dat gaat dan op kosten van acht-tiende deel van de mensen, terwijl er ook nog een tiende deel is wat ongeveer kiet speelt. (Het is een nogal complexe berekening, want je moet meenemen dat in de prijs van het brood een deel rente zit van de lening waarmee de oven gekocht is, er zit rente in de huur, enzovoorts, enzovoorts. Als je tot degenen behoort die jaarlijks wat rente op de giro bijgeschreven krijgen, dan is het waarschijnlijk toch zo dat je vanwege de prijs van brood, huur enzovoorts alles bij elkaar meer rente betaalt dan dat je rente ontvangt. Tenzij je dus bij die rijkste tien procent van de mensheid behoort. Maar die leest, neem ik aan, deze brochure niet.) ¶Het antwoord op de vraag waarom rente dan nog niet afgeschaft is is nu eenvoudig te bedenken. Rente is bedacht door mensen die zich wilden verrijken, en de huidige rijken varen er nog steeds wel bij dat die uitvinding ooit is gedaan. Zij willen rente niet afschaffen. En dus vertellen ekonomiese theorieën (altans de theorieën die voor en door de rijken zijn bedacht) niet hoe het presies zit. Het gevolg is dat iedereen is gaan denken dat rente (en lenen tegen rente) een tamelijk onschuldig verschijnsel is, of minstens onontkoombaar. Ware dat niet zo dan zouden bij voorbeeld ALLE vakbonden ten strijde trekken tegen het bestaan van rente – als vertegenwoordigers van de arme tachtig procent van de mensheid. * SCHUIF MAAR AF * ¶Betekent de ineenstorting van de oosteuropese planekonomieën dat ze dus kapitalisties aan het worden zouden zijn? Niet noodzakelijkerwijs, lijkt mij. De stap van een dictatoriale planekonomie (een ondictatoriale kan ik me nauwelijks voorstellen) naar een marktekonomie (waar veel aan de individuen wordt overgelaten) betekent weliswaar een overeenkomst met het kapitalisme, maar het is het overnemen van EEN kenmerk van kapitalisme, en niet van alle kenmerken. Waarom zou er maar één soort marktekonomie kunnen zijn, namelijk de kapitalistiese? ¶Zoek je in encyklopedieën en dergelijke op wat kenmerkend is voor kapitalisme, dan kom je lijstjes tegen met dingen die niet per se tot iets vervelends hoeven te leiden. Soms staan in de lijstjes zelfs uitsluitend niet vervelende kenmerken, maar andere lijstjes zijn openhartiger. ‘Winstmaximalisatie’ en het ‘vertrouwen op het concurrentiebeginsel’ worden genoemd. Is dat niet erg onvolledig? En wat heeft het eigenlijk met kapitaal te maken? Het begrip kapitaal zegt me op zich niets – als iedereen presies evenveel kapitaal zou hebben dan zou het misschien een duffe plestik-bekertjes-&-teeveetoestellen-wereld zijn, maar kapitalisties zou ik die niet willen noemen. Het begrip kapitalisme lijkt me nogal uitgehold en/of verhullend en dus nodig aan vervanging toe. ¶Ik heb volop kritiek op het ekonomies reilen en zeilen van hier om mij heen. Al die kritiek leidt me tot het invoeren van een nieuw woord: verrijkingsekonomieën, waarmee ik ekonomieën bedoel waarin het normaal gevonden wordt, of waar het zelfs tot principe verheven wordt, dat sommigen of velen zich verrijken, dat ze dus iets doen wat ten koste van anderen gaat. (Of dat wat kapitalisme genoemd wordt de enige of de ergste vorm van een verrijkingsekonomie is, vind ik niet erg interessant.) De vraag die me dan ook voorlopig aan het schrijven zal houden is daarom: hoe krijgen rijken het voor elkaar om met hun armen over elkaar armen te kweken of armer te maken? (Wanneer je het woord verrijkingsekonomie te lang vindt gebruik dan roofekonomie!) ¶De klassieke negentiende eeuwse manier was om arbeiders waanzinnig op te jagen, ze nauwelijks iets te betalen en zelf forse winsten op te strijken. Kinderarbeid, lange werkdagen, velen die op de rand van de verhongering leven. Je kent die verhalen. Na een tijd kwamen de producenten er op een of andere manier achter (bang voor een slechte naam?), dat zulke uitgebuite arbeiders geen cent te makke hadden, dat je ze beter beter kon behandelen, want dan gingen ze een heleboel van je producten kopen. Zo werden ze tevredener, en dus ook minder lastig. De lage lonen, lange werkdagen, kinderarbeid en hongersnoden werden intussen naar de derde wereld geëxporteerd. ¶Ik ga nog even cynies verder. De toekomstige ontwikkeling zal zijn dat ook in de derde wereld een markt wordt ontdekt. De problemen moeten dan natuurlijk wel naar elders worden geëxporteerd, en daar er geen uitbuitbare maan- en marsmannetjes bestaan zullen de problemen naar buiten de mensheid moeten verhuizen. Ik vertel niets nieuws wanneer ik zeg dat er al forse stappen in die richting gezet zijn. De dieren- en plantenwereld staan er slecht voor, de Pietersberg wordt opgegeten en zo zal dat nog wel even verder gaan. Alleen als de export van problemen naar ver weg mislukt en de kwalijke gevolgen ook de rijken gaan treffen, alleen dan is er kans op het ontstaan van intelligente oplossingen. De ozonlaag blijft heel misschien nog net dik genoeg. Maar flora en fauna van onze streken zijn enorm verarmd en het zijn alleen de sentimentelen die daar een traan om laten. Je krijgt van het uitsterven van dieren- en plantensoorten, anders dan van het dun worden van de ozonlaag, geen huidkanker namelijk. * VERDWIJNTRUUKS * ¶Er zijn nog heel wat meer verschijnselen die kenmerkend zijn voor ekonomieën die ten koste van elders draaien. Ik heb al duidelijk gemaakt dat rente niet blijvend kan bestaan. Voor ekonomiese groei geldt hetzelfde. (Hoewel een deel van het groeidenken veroorzaakt wordt door het bestaan van rente is het toch niet zo dat er sprake is van een twee-eenheid. In een samenleving zonder rente kan toch tot groei besloten worden. Het zijn twee verwante verschijnselen/stupiditeiten.) Waar komt al dat rente- en groeigeld vandaan? Is dat louter een gevolg van uitbuiting van arbeidersters van dichtbij of verweg? Of is al die groei voor een deel schijn? ¶Het verschijnsel inflatie is al genoemd als een van de drie manieren om de gevolgen van rente op te vangen. Wanneer er inflatie is verdwijnt er iets. Waarde, koopkracht. De armen hebben geen spaargeld, dus die merken het direkt als hun koopkracht achteruit gaat, terwijl de rijken er nog net goed uitspringen. Zij hebben geld uitstaan tegen tien procent, en de inflatie is acht procent – dus de geldstroom in hun richting droogt niet geheel op. De armen zitten natuurlijk vooral in de derde wereld, en het is dáár dat, via een heleboel stappen, de hardste gevolgen van inflatie van hier terechtkomen. Wederom een geval van export van problemen. En ook weer een geval van tevreden maken van de arbeiders hier, want die mogen koopkrachthandhaving bewerkstelligen, en de wereldekonomie is zo ondoorzichtig dat ze niet zien dat de gehandhaafde koopkracht van hier uit de zakken van de derde wereld komt. Dankzij genoemde ondoorzichtigheid zijn de arbeidersters uit rijke landen medeplichtig aan de uitbuiting van de nog armeren. Onbedoeld, hoop ik. ¶Het is nog een beetje erger, want een van de oorzaken van inflatie zit in de loonsverhogingen die de arbeidersbewegingen/vakbonden afdwingen. Die maken de kosten van producten hoger, waardoor de prijs volgens de directeur omhoog moet, en die ruimte is er nauwelijks (want de concurrent…), dus moeten er maar wat guldens bijgemaakt worden (onnozel eigenlijk dat dat dan ook werkelijk gedaan wordt). De vakbonden vragen vanwege de gedaalde koopkracht weer om loonsverhoging, waardoor de inflatie blijft doorspiraleren. Eigenlijk zouden loonsverhogingen altijd echt ten koste van de rijken moeten gaan. Dat vakbonden dus alleen vragen om hogere lonen plus nivellering. Staken, mensen, veel meer staken! ¶Niet alleen door inflatie, ook bij faillissementen verdwijnt er iets: onbetaalde rekeningen worden onder tafel geschoven. Daardoor is er voor de rente en de groei elders weer iets meer ruimte om op peil te blijven. Als klein uitgeverijtje hebben we het al een paar keer meegemaakt dat een boekhandel ofzo failliet ging en dat wel de grote schuldeisers betaald werden maar wij niet. Zo gaat dat met concurrentie. ¶Dan zijn er ook nog de beurzen met hun ongelukjes. Daarbij worden rechtstreeks de rijken getroffen en daarom zal er zoveel moord en brand geschreeuwd worden bij het minste of geringste probleem op de beurs. Maar, gelukkig voor de rijksten, de problemen kunnen natuurlijk wel geëxporteerd worden. Naar de kleine aandeelhouders, de verkeerd-gokkers. En anders zijn er altijd nog prijsverhogingen mogelijk of een faillissementje, of nog weer iets anders. (Wanneer anarchisten zeggen dat het leven zonder leiding moet en kan, dan wordt er direkt tegengeworpen dat dat tot chaos zal leiden. Dat zegt men natuurlijk omdat men de beurs kent. Daar is geen leiding, daar zijn het zomaar wat individuen die zitten te gokken, en dat leidt inderdaad tot paniekgolfjes en andere chaos. Toch volgt daar niet uit dat iets zonder leiding niet kan. Hebzuchtigen zonder leiding, dat kan niet.) ¶Ekonomiese crisissen en depressies zijn vooral een gevolg van de gemoedstoestanden van aandeelhouders. Beleggers hebben angst om wat geld te verliezen. Ze gooien bij een slecht bericht over bedrijf X de aandelen daarvan op de markt. Anderen op de beurs zien wat hun buren doen, worden extra bang, dumpen hun aandelen enzovoort. Ekonomies is er intussen feitelijk niets gebeurd. Toch kan zulk niets op zo grote schaal voorkomen dat het tot tot iets leidt: massaontslagen en allerlei andere ongeplande verschijnselen en chaotiese toestanden. Dat zo de belevenissen van vrijwel iedereen afhangen van de nukken en grillen van een gering aantal mensen op de beurs is, zacht gezegd, enigszins merkwaardig. * GELDSTROMEN * ¶Dat waren nog maar enkele van de manieren om problemen op de borden van de arme(re)n te schuiven. Er zijn nog meer problematiese kanten aan de ekonomieën die rente en/of groei van belang vinden. ¶De renteschuld van de zogeheten ontwikkelingslanden is torenhoog. Er is hun (althans een deel van hun) voorgetoverd dat ze met geleend geld allerlei dingen konden gaan doen (wat inderdaad klopt), en zo zijn ze als het ware met onopen ogen in de val van de rente-ekonomie gelokt – de gevolgen zijn niet gering. Allerlei concurrerende banken wilden wel een lekker leninkie geven, ook al was er eigenlijk al onmogelijk veel geleend. Niet echt slim, want de rente kon toen even niet opgebracht worden. En zoals dat met rente gaat, de schuld groeide intussen vrolijk door, zodat het probleem nog groter werd. Toen gingen de banken natuurlijk 1 lijn trekken. Ze moesten geld zien, want ze rekenden er op en er mee, en ze hebben zelf wel netjes rente betaald aan hun spaarders/rijken. Het idiote is dat die enorme berg rente die de derde wereld op zou moeten hoesten, dat dat geld is wat nog nooit bestaan heeft. Het vragen van rente komt zo neer op het opjagen en plunderen van mensen van ver weg. Doch: als de zakken van de armsten leeg zijn keert de wal het schip. Dan wordt duidelijk dat het rentisme in de werkelijkheid niet kan blijven bestaan. Maar de banken zullen, ben ik bang, de laatsten zijn om dat toe te geven. ¶Is het gedoe rond de staatsschuld in rijke(re) landen een verwant probleem? Ook zij tuinen er met al dan niet open ogen in. Ze lenen geld, betalen weliswaar af (zo rijk of plunderend zijn ze wel), maar ze lenen intussen weer nieuw geld. Altijd hebben ze schuld, en altijd zal daarover rente berekend worden. De staat werkt zich in de positie van iemand die op afbetaling koopt. De afbetaling/lening maakt dat je iets eerder kunt aanschaffen dan via sparen, maar uiteindelijk zul je op afbetaling minder kunnen aanschaffen dan als je zou sparen. De banken/afbetalingsbedrijven vinden het natuurlijk prima, want zit je eenmaal met rente/afbetalingskosten dan kom je er niet makkelijk meer vanaf. Voor een staat geldt dat ook. ¶De baten van het bestaan van een staatsschuld komen uitsluitend bij rijken terecht, dus je zou verwachten dat er door die kant niet gepleit wordt voor een daling van de staatsschuld. Zoals bekend is de praktijk anders. Waardoor komt het dat juist rechts de ene bezuinigingsronde na de andere wil? Ik kan maar 1 oorzaak verzinnen, en dat is dat de wal het schip aan het keren is. De groei begint blijkbaar onmogelijk te worden en dus wordt elke afwentelingsmogelijkheid aangegrepen. Als je de collectieve uitgaven terug brengt treft dat iedereen… ¶Het vorige puntje behelst dat bezuinigingsrondes onlosmakelijk bij het bestaan van rente behoren (en bij het bestaan van lenende staten natuurlijk). Het gejeremiëer zal dus nooit uit de lucht zijn zolang er in rente (en/of groei) geloofd blijft worden. ¶Als de staat met leningen werkt dan is dat toch net zoals bedrijven doen, die lenen immers ook almaar? Ja, maar die bedrijven maken producten waarvan ze grotendeels zelf de prijs vaststellen. Iedereen die iets koopt pikt dat. Van de staat wordt echter veel minder gepikt. In tijden dat het met de verdiensten niet zo best gaat komt aan het licht dat sommigen niet echt voor collectieve uitgaven zijn. Bezuinig daar maar op, bazuinen ze dan rond. ¶Het woord bedrijven viel, dus nu even over multinationals en over fusies. Er is in een verrijkingsekonomie een heel eenvoudige reden om te fuseren, om te groeien, om een multinational te worden. Binnenshuis werk je namelijk niet met rente. Hoe gigantieser bedrijven zijn, des te groter is het deel van de ekonomie dat ze weten af te schermen van het rentisme. ‘Eigenlijk’ zijn grote bedrijven tegen rente… (Er kunnen natuurlijk meer redenen voor bedrijven zijn om groot te worden.) ¶Het zou mooi zijn wanneer de armeren, tachtig van de honderd mensen dus, het ook voor elkaar zouden krijgen om een deel van hun ekonomies handelen af te schermen van de rente-ekonomie, door, noem eens wat, onderling geld te lenen zonder rente. ¶Dan nog iets over de wapenindustrie. Ik vind het te eenvoudig om in het militair-industriëel complex de grote boosdoener te zien, daarvoor is er elders te veel aan de knikker. Zulke vijandsbeelden liggen me niet, versimpelen de boel te veel – en ik hou niet van vijandsdenken omdat dat niets extraas duidelijk maakt. Maar: het is vanzelfsprekend wel nuttig voor een bedrijf wanneer de gemaakte producten, nadat ze betaald zijn, gewoon stuk gemaakt worden. (Niet voor je deur natuurlijk, maar in een streek waar je geen familie hebt, en waar ze allemaal de verkeerde godsdienst aanhangen ofzo.) Nog prettiger is het wanneer het zo gedraaid kan worden dat iedereen aan jouw producten meebetaalt. Met het instellen van een defensiebegroting gaat dat uitstekend. Werkelijk een patent middel. ¶De wapenindustrie is maar 1 voorbeeld van een wegwerpindustrie. Voor andere wegwerpproducten geldt precies hetzelfde. En ook daar werkt het prima wanneer de kosten op iedereen verhaald kunnen worden. Milieubelasting (terwijl niet iedereen vervuilt), enzovoort… ¶Wanneer je ervoor zorgt dat je product slechts korte tijd aantrekkelijk gevonden wordt, ook dan wordt het gauw weg geworpen. Een geavanceerd elektronies apparaat wordt snel opgevolgd door een nieuwe, vernieuwde, verbeterde versie. Maar ook mechaniese dingen als auto’s worden elk jaar in een nieuw jasje geleverd, zodat degenen die op status uit zijn hun oude model gauw gaan inruilen. En over kleren zullen we het maar helemaal niet hebben. Ik ben niet tegen het uitvinden van betere dingen, maar wel tegen het slechts veranderen van de buitenkant En tegen het komen met kleine verbeteringen als je met een beetje extra nadenken een hele grote stap kunt maken. Maar de mensen stinken er o zo vaak in. ¶Een nog niet genoemd probleem: bij een met aandelen en dat soort dingen werkende ekonomie hoort het verschijnsel winst. Maak je veel winst dan word je op de beurs populair, dat is waar het om gaat. Winst maak je door je spullen voor meer te verkopen dan dat ze je kosten, en dat extraatje komt natuurlijk bij de klanten vandaan. ¶Bij een niet alleen naar winst maar ook naar groei strevende ekonomie leidt dat tot nog iets extra extraas. Vijf procent winst op de huidige omzet is een grotere smak geld (en spullen) dan vijf procent van de omzet van tien jaar terug. Nog erger wordt het wanneer geen genoegen genomen wordt met een constant winstpercentage, maar wanneer er gestreefd wordt naar een langzaam oplopende winst, naar winstmaximalisatie. Dat betekent iets extra extra extraas (gelukkig lukt zoiets zelden, of in ieder geval niet langdurig). Bij producten die het milieu belasten en/of de derde wereld leidt het verschijnsel winstmaximalisatie uiteindelijk dus tot extra extra extra verzwaring van wat er toch al mis aan is. ¶Als reactie op het brengen van rente als een van de ekonomiese boosdoeners hoor ik wel eens dat rente het probleem niet is, want er kan alleen rente uitbetaald worden als beleggingen renderen – er moet dus naar de rendementen gekeken worden. Een bezwaar daartegen is dat het moeten betalen van rente extra opbrengst van beleggingen vereist, zodat er veel minder gauw van een positief rendement gesproken kan worden – rente heeft echte gevolgen. Bovendien gaat het bij rendementen alweer om de vraag die men zelden tracht te beantwoorden: waar komen de extra guldens vandaan? Het is onmogelijk om oneindig hard te werken, om oneindig veel producten te maken, om oneindig veel mensen op de wereld te zetten, enzovoorts. Je kunt allerlei soorten ekonomie verzinnen die een oneindig leven beschoren zijn, maar daar zit geen soort ekonomie bij waarin rente bestaat. ¶Ik vat de opsomming van problemen, die samenhangen met anti-wiskundige verschijnselen als groei en rente, even samen. In verrijkingsekonomieën is het de bedoeling om rijker te worden, en als dat over de ruggen van anderen gaat (die dus armer worden) dan wordt dat niet als een probleem gezien. Het wordt natuurlijk wel zoveel mogelijk ontkend en/of verhuld, maar dat is een ander verhaal. Op zich is het onmogelijk dat rente en groei eindeloos doorgaan en dus zal er een moment zijn dat de wal het schip keert. Er zijn tot nu toe allerlei ingenieuze uitwegen gevonden, dat wil zeggen steeds weer is er uitgevonden hoe je de problemen kunt exporteren. In de openlijk koloniale tijd was er geen staatsschuldprobleem, de ellende kwam immers ver weg terecht, maar tegenwoordig is de wal het schip al aan het keren. Zolang inflatie, bezuinigingsrondes enzovoorts er nog doorgedrukt kunnen worden gaan de rijken niet morren. Zo werkt dat. En zo zal het blijven werken totdat intelligentie in de mode komt, en het exporteren van ellende niet meer okee gevonden wordt. * DE MARKT * ¶Concurrentie is nog niet behandeld. Concurrentie is, per definitie, proberen om anderen de loef af te steken. Dat concurrentie niet in mijn ideale wereld past is intussen natuurlijk zo duidelijk als wat. Het is een van die dingen die de huidige vrije markt ekonomie tot zo’n lelijk geval maken. Niet omdat die vrij is, maar door hoe die vrijheid ingevuld is geworden. Het werken aan de hand van het verrijkingsprincipe hoort bij de vrijheden van de vrije markt. ¶Maar, zegt men dan, iedereen heeft gelijke mogelijkheden, niemand wordt speciaal aan banden gelegd. Er wordt dan even vergeten dat er in theorie wel gelijke mogelijkheden zijn, maar dat in de praktijk de startposities verre van gelijk liggen. En dat vertroebelt alles. Maar, zegt men dan vervolgens, iedereen kan van krantenjongen tot miljonair opklimmen. Ook daar wordt iets vergeten. Namelijk dat dat alleen lukt als je eerst de nadelen van je startpositie weet te overwinnen, en dat kan alleen door even zeer veel geld te verdienen, door enorm hoge winstmarges dus. Bij rente zou zoiets woeker heten (even afgezien van dat volgens mij alle rente woeker is), maar in de handel is er geen naam voor. De vrijheid om op deze manier veel geld uit de zakken van anderen te kloppen is een officieel geaccepteerd verschijnsel. Een dergelijke vrije markt is de beste manier om zoveel mogelijk ekonomiese onvrijheid te scheppen! * VAN RUIL TOT GELD * ¶In een ruilekonomie worden goederen tegen elkaar geruild. Het is daarbij een probleem als je swinters iets te ruilen aanbied waarvoor je iets terug wilt hebben wat alleen szomers aanwezig is. Boerenkool tegen aardbeien. Het invoeren van een onbederfbaar tussenruilmiddel is dan een verstandige stap, en zo zal inderdaad het geld in de wereld zijn gekomen. ¶Geld lijkt een neutraal verschijnsel. Boerenkool ruil je voor geld, en later ruil je dat geld voor aardbeien. Niets aan de hand – behalve in een rentistiese ekonomie, omdat je in de tussentijd op je geld rente kunt proberen te vangen. Rijken hebben voortdurend geld over, kunnen dat tegen rente uitlenen, en zolang dat ze lukt is er via het verschijnsel rente vanzelf een stroom geld van arm naar rijk. De conclusie daaruit is dat geld in een rentistiese ekonomie verre van neutraal is. ¶In de ruilekonomie gaat het de mensen om tevredenheid over wat ze geruild hebben. De stap naar de geldekonomie is een olieënde verbetering van de ruilekonomie, en het zal de mensen dan dus gaan om tevredenheid vanwege dat ze via hun geld voldoende kunnen ruilen. ¶Toch is daar iets mis mee. Tussen de regels staat er namelijk dat het gaat om eerlijke ruil, en tevredenheid daarover. Daar zit in dat er blijkbaar wantrouwen is, of moet zijn, en ik vraag me heel erg af of dat wel zo noodzakelijk is. Ik kan me heel goed voorstellen dat er ekonomieën zijn, goederenhuishoudingen dus, waarin wantrouwen geen rol speelt. Je deelt wat er is (en dat is hopelijk genoeg), je besluit samen wat je maakt, en is er een overschot dan zie je maar. Eet het op of geef het weg of deel het nauwkeurig in vierentwintig stukjes. Het doet er niet toe wat je doet, want extra is extra. Ruimte om te spelen. ¶Ik begrijp wel dat er een zeker wantrouwen mogelijk is vanwege de kans dat er mensen kunnen zijn die zich dingen gaan toeëigenen, vooral in tijden met tekorten aan leeftocht. Maar ik zie niet waarom dat alom tot wantrouwen zou moeten leiden. Wantrouwen alom, is dat niet hetzelfde als hebzucht als basis voor het handelen nemen? ¶Een geldekonomie lijkt altijd wantrouwen in zich te moeten hebben. Ik zie in ieder geval niet hoe je anders prijzen kunt berekenen. Zonder wantrouwen zou je de ene dag een miljoen voor een brood geven en de volgende dag een duppie. ¶Prijzen komen heel merkwaardig tot stand. Een man koopt aan het loket een paar postzegels. Hij is een deskundig postzegelverzamelaar en ziet meteen dat ze de kleur zwart vergeten zijn te drukken. Hij zegt: ‘ach, geef me het hele vel maar’. Plots zijn die onnozele stukjes gekarteld papier duizend keer zoveel waard, vanwege dat het zeldzame misdrukken zijn. De prijs zegt blijkbaar niets over de productieomstandigheden, en alles over wat de gek ervoor geeft. De prijs hangt af van of er voldoende hebzucht aanwezig is. ¶Bijna zou je gelukkig worden met het verschijnsel concurrentie, want dat maakt dat produsenten zelf de prijzen (enigszins) drukken. Maar ik ben er vanzelfsprekend niet gelukkig mee, omdat het de hebzucht alleen ietsje reguleert en verder onverlet laat. De vrije markt die ik om me heen zie is alles bij elkaar niets meer dan een groot hebzuchtnetwerk, een geheel van min of meer gereguleerd poten uitdraaien en oren aannaaien. Dat lijkt me bepaald niet de hoogst mogelijke vorm van vrijheid. * WAARDE * ¶Op de markt gaat het om waarde. Wat is dat? Je betaalt via producten de arbeidenden, en je betaalt daarmee hun leven En hun wensenpakket. In de prijs van een brood zit dan ook een deel van de cd-speler en de therapie en het theaterbezoek van de arbeidenden. In de prijs van de cd-speler en in de prijs van het theater zit weer… Het verhaal van wat de waarde van iets is, en waaruit de prijs bestaat, is alles bij elkaar uiterst ondoorzichtig. ¶Het eenvoudigste vind ik het om te stellen dat de waarde van iets een menselijk verzinsel is zonder objectieve kanten. Er zit wantrouwen in, iets van ruildenken, wat vage noties over vraag en aanbod. Plus die cd-speler. De wereldekonomie is een giganties netwerk van betaalde activiteiten die allemaal, via de wensen van de arbeidenden, meespelen in de waarde en de prijs van alle andere producten of diensten. * DE ANDERE KANT * ¶Het lijkt in het voorgaande misschien alsof ik alle schuld bij de rijken leg, en vooral dan bij het verrijkingsprincipe. Toch heb ik ook al door laten schemeren dat er medeplichtigen zijn, waarbij ik in het midden liet of het om bewuste of onbewuste medeplichtigheid gaat. ¶Doen de rijksten het meest aan verrijking, en de half rijken wat minder? Is het zo dat de problemen en de ellende gewoon altijd richting allerarmsten geschoven worden? Dat laatste, lijkt me. Dat zou er, of je het nu leuk vindt of niet, op neer komen dat ook een minimumlijder in een rijke streek mede oorzaak is van toestanden in de derde wereld. Of is dat te pessimisties? ¶Stel dat rente, groei, het streven naar winst en het bestaan van de beurs in 1 klap afgeschaft werden. Dan kon de wereldekonomie eens rustig in termen van vraag en aanbod bekeken kunnen gaan worden. Wat zou je dan zien gebeuren? Ik ben bang dat er lang niet genoeg verandering te zien zou zijn. Het lijkt me dat de meeste mensen nog steeds als gekken achter hebbedingetjes aan zouden hollen, dat het consumptisme nog volop zou bestaan. ¶Met de aanbod-kant, de productie van spullen, is er van alles mis, maar de vraag-kant vertrouw ik dus eveneens niet. De rijken vinden zich niet rijk genoeg, maar de rest van de mensheid lijkt vrij massaal dezelfde hebzucht aan te hangen. Anders is het onmogelijk dat reclame een vraag naar een bepaald product kan stimuleren. Wie willen er iets hebben wat ze niet willen hebben? Ik weet heus wel dat reclame graag misleidt, en je zult best wel eens ergens in tuinen, maar constant er in tuinen kan alleen als de producten bij je wensen passen. Een geheel nieuw product kan wel of niet passen bij een wens die je in abstracte vorm in je hoofd kunt hebben zitten. Maar uit het feit dat een product er ineens is volgt op geen enkele manier dat je dat dan dus zou moeten aanschaffen. De afweging moet je als individu zelf maken, en wie dat niet doet heeft blijkbaar als belangrijkste wens om het consumptisme aan te hangen. (Om mijn improvisaties af en toe vast te kunnen leggen is een DAT-recorder geschikter dan een gewone band- of cassetterecorder – maar daaruit volgt niet dat ik dat ding meteen moet aanschaffen. Als muziekmaakster is het zinnig om te luisteren naar wat anderen doen – maar daaruit volgt niet dat ik de geluidskwaliteit van een CD-speler nodig heb. En zo voorts.) ¶We zitten niet alleen met een verrijkingsekonomie, maar ook met een hebzuchtigenekonomie. Kritiek op de ekonomie kan naar mijn smaak niet beperkt blijven tot wat er allemaal fout is aan de aanbodkant. De vraagkant is net zo goed niet in orde, en het aankaarten daarvan is niet iets voor later. ¶Sommige mensen zitten aan vraag- én aanbodkant scheef, anderen alleen aan de vraagzijde. Dat wat aan de vraagkant gebeurt ondersteunt de verrijkingsgedachte, en volgens mij geldt niet dat wat aan de vraagkant mis zit een gevolg is van de rotzooi aan de aanbodkant. Het zijn twee verschillende problemen. Beide stoelen ze weliswaar op hebzucht, maar het bekritiseren van de een zegt niets over de ander. (Marxisties-achtige ekonomiekritiek werkt helaas vaak verhullend, en soms zelfs vergoelijkend, voor de problemen van de vraagkant.) ¶De vraagkant heeft eigen metodes om problemen af te schuiven. Bij voorbeeld: ‘ze vinden wel een techniese oplossing voor milieuproblemen, dus kan ik wel gewoon doorleven op de oude voet’. Of: ‘één auto extra maakt niet uit.’ Als dat zo zou zijn dan maakt één maand niet eten ook niet uit. Vergeleken met de grote hoop is bijna alles te verwaarlozen. VERANDERING De heersende ideeën zijn de ideeën van de heersende klasse. [K.M.] * HEERSENDE IDEEËN * ¶De eenvoudigste verandering van de toestand is het geloof in het ‘leuke’ van verrijking en hebzucht aan de kant schuiven. In één klap kunnen vele problemen de wereld uit. Maar wie willen dat geloof eigenlijk weg doen, en wat te doen als anderen dat geloof niet af willen zweren? ¶Het is bij lange na niet zo dat alleen erg rijke en/of erg rechtse mensen genoemde ideeën aanhangen. Veruit de meeste mensen zijn, helaas, in stevige mate kind van hun tijd en hun omgeving, van de hun omringende kultuur. In die kultuur zit van alles wat met de beste wil van de wereld niet links of vooruitstrevend of progressief genoemd kan worden. Gek genoeg blijkt geregeld dat links zijn op een bepaald gebied niet noodzakelijkerwijs links zijn op elk gebied betekent. Mensen veranderen hun in de opvoeding opgelopen gedragingen blijkbaar niet snel. Ze ervaren allerlei nooit bewust gekozen gewoontes als ‘eigen’. Die macht der gewoonte, ook dat is een macht waar anarchisme het niet zo op heeft, als je het mij vraagt. ¶Uit bovenstaande volgt geen optimisme over de snelheid en de grondigheid waarmee de huidige ekonomie valt te vervangen. Sowieso kan je aan de veranderingen waar mensen zich voor inzetten zien dat hopen op iets ingrijpends niet echt voor de hand ligt. Veel mensen zijn wel actief, maar dan voornamelijk als ergens buiten ze een duidelijke vijand valt aan te wijzen. Zodra de ‘vijand’ echter binnen zit, en bij gewoontes is dat het geval, zit er ineens weinig schot in het veranderingsproses. Diepgang en tempo laten dan veel te wensen over. Ik hoop trouwens dat ik me hier vergis! ¶Heersers kunnen via geweld heel wat bereiken, maar zonder medestanders en meelopers lukt er weinig. Heersende ideeën kunnen ook niet blijven heersen als er geen meelopers zijn. Wie gaan hun geld zonder rente bewaren zodra ze horen wat de gevolgen van het bestaan van rente zijn? Het zou mij niets verbazen wanneer ongeveer iedereen gaat sputteren (‘geen dief van eigen portemonnee zijn’) bij het idee geen rente meer te vangen. Vrijwel iedereen blijkt bespoten voedsel te blijven kopen omdat dat immers goedkoop is. Dat schijnt toch zó’n houtsnijdend argument te zijn. * CONSUMPTISME * ¶Bij het denken over hoe de wereldekonomie zou moeten veranderen kom je vanzelf uit op de noodzakelijkheid van het (her)verdelen van welvaart. Wat neem je daarbij als uitgangspunt, als gemiddelde, als haalbare? Het yuppenpatroon, het patroon van de nederlandse metselaar, dat van een zululandbouwster? Pas nadat de vraag van het consumptiepatroon beantwoord is kan je verder gaan nadenken. Want veel ellende komt weliswaar voort uit het verrijkingsprincipe, maar heel veel komt tevens voort uit het alom aangehangen consumptisme. ¶Consumptisme is gebouwd op het uitgangspunt dat liefst alles gewenst wordt, ook het onbetaalbare en zelfs het onhaalbare – het niet hebben van iets dient direkt als armoede gevoeld te worden. (Ekonomie brengen als een theorie die gaat over het verdelen van de schaarste bevat ook dat idee dat niet-hebben erg is. Alsof genieten niet te koppelen valt aan wat er wel is.) In consumptisme zit dus een groei-idee, wat vanzelfsprekend presies dezelfde anti-wiskundige kantjes heeft als het rentisme en dergelijke. ¶Wanneer het niet lukt om iedereen het rentisme aan te laten hangen (wat overigens wel redelijk gelukt is), is het dan toch misschien mogelijk om iedereen het consumptisme aan te smeren? Zo dacht men. En het lukte ook nog. Er kwam een ekonomie die op veel punten de voordelen van de rijken onverlet laat. Wanneer er ieder jaar een nieuw speeltje voor iedereen komt, dan worden de geldstromen van arm naar rijk wel over het hoofd gezien. ¶Zonder consumptie van hun spullen storten bedrijven in. Op consumptie drijft de ekonomie, ook al hebben bedrijven misschien diepere gronden voor hun geproduceer. Dus kan het simpelweg bewerkstelligen van andere consumptiepatronen al een hoop veranderen. * ALTERNATIEVEN * ¶Soms is het mogelijk om anarchistiese oplossingen direkt in praktijk te brengen (‘de utopie gaan leven’), maar vaak ook zitten anderen je in de weg. Verandering zal hoogst waarschijnlijk een overgangsperiode vergen, en met wat voor hele of halve maatregelen neem je in de tussentijd genoegen? ¶Er zijn anarchistiese, anarchiserende en halvarchistiese acties, activiteiten en maatregelen. De anarchistiese zijn compromisloos, de anarchiserende niet. Daarmee bedoel ik die maatregelen die dezelfde kant opgaan als de anarchistiese, maar vanuit andere redenen. Je kunt je bijvoorbeeld aansluiten bij allerlei milieuacties, ook als anderen daar andere bedoelingen mee hebben dan het naderbij brengen van een anarchistiese samenleving. Bij de halvarchistiese maatregelen ligt het nog wat compromissiger: ik bedoel daarmee maatregelen die op zich de goede kant opgaan, maar die wel vergezeld gaan van dingen die de verkeerde kant op gaan. Strenge overheidsmaatregelen ten gunste van het milieu bij voorbeeld. ¶Anarchisme heeft volgens mij drie eenvoudige uitgangspunten. Ontplooiing van individuen is van belang, samenwerking (en arbeidsdeling) is alleen leuk als het op vrijwillige basis gebeurt, en alleen die soorten gedrag zijn zinnig die durend door iedereen vertoond kunnen worden. Dat derde punt staat er bij om de ontplooiing van hitlertjes buiten het anarchisme te houden En om de hele aarde binnen het anarchistiese denken te trekken. Alles wat scheefgroei veroorzaakt (ekologies, ekonomies, sociaal) komt vanwege dat derde puntje niet door een anarchistiese toets heen. ¶Ik zie natuurlijk het liefst dat de wereld bevrijd wordt van de ideeën die de oorzaak van scheefgroei en rampen zijn: verrijking, hebzucht en het-per-definitie-wantrouwen-van-iedereen. Maar als iets minder diepgewortelde ideeën alvast aangepakt kunnen worden dan heb ik daar vanzelfsprekend niets tegen. Wegwerpneigingen (aan vraag- én aanbodzijde) zijn bij voorbeeld direkt aan te pakken. Maar ook anders aankijken tegen concurrentie en het winststreven zijn mogelijk, of tegen rente, groei, aandelen, beurs. ¶Je kunt met de mensen die je vertrouwt een andere ekonomie uit gaan proberen. Ook de hebzucht kan in heel wat situaties alvast eenzijdig aangepakt worden, daarbij hoeft niet gewacht te worden op iets van wereldschaal. Ik heb het dan natuurlijk vooral over de vraagzijde, en de problemen die aan die kant liggen. Voor bepaalde producten aan een koopstaking beginnen, dat is hét middel van de vraagzijde om de aanbodzijde onder druk te zetten. (Of dat veel of weinig druk is doet niet ter zake. Vergeet niet dat een koopstaking meteen zichtbaar is voor je direkte omgeving – een niet te versmaden effect.) ¶Ik verbaas me nogal eens over het gemak waarmee mensen geld vragen voor de producten en diensten die ze leveren. Er wordt zomaar een activiteit bedacht (horoskopen trekken of bedrijfsreorganisaties regelen), er wordt een prijskaartje aangehangen en hoppa, wederom heeft iemens aangetoond in de verrijkingsekonomie mee te kunnen draaien. Allerlei activiteiten die geknipt zijn om onderling gezellig samenlevend te verrichten, zijn zodoende van een prijskaartje voorzien, en dat speelt zoals hier boven gezegd weer mee bij de waardebepaling van allerlei andere dingen. Het je als eerste laten betalen voor iets dat nog geen prijskaartje had verhoogt in feite de prijs van al het andere op de wereld! Het vinden van een gat in de markt (ook bij zogeheten alternatievelingen nogal in zwang) is niet iets neutraals – maar protest hoor ik nauwelijks. ¶Aan de ‘huishoudelijke arbeid’ kan je zien dat er enorm veel werk gedaan kan worden zonder dat dat op enige wijze in geld uitgedrukt wordt. Uitstekend, dat zou voor veel meer soorten arbeid kunnen gelden. Je ziet echter het omgekeerde gebeuren: steeds meer diensten die best onderling te regelen zijn worden een beroep, en kosten voortaan geld. De behoefte aan geld wordt dus groter, wat in de prijs van bij voorbeeld een brood te merken zal zijn. Die prijs wordt ook hoger voor degenen die weinig wensen hebben. En alweer is het nodig om naar de gevolgen in de derde wereld te wijzen: omdat iedereen hier veel geld wil/moet uitgeven worden producten die hier gemaakt worden onnodig duur voor de mensen van Verweghistan. * SOBER * ¶Niet elke in deze brochure genoemde wantoestand kan eenvoudig aangepakt worden, vrees ik. Ik juich het zeer toe als mensen hun geld zoveel mogelijk buiten de bolwerken van het rentisme houden, omdat zoiets, hoe gering ook, altijd gunstig is voor de mensen die anders de klappen krijgen. Maar…, met zulke persoonlijke stappen importeer je als het ware een stukje derde wereld. Je ontvangt geen rente meer en dus zal je spaargeld minder waard worden. Onherroepelijk gebeurt dat (tenzij de inflatie ineens in deflatie zou omslaan, wat slechts zeer zelden vertoond is). Voor het zelf concreet met/tegen rente aan de slag gaan is dus het wegdoen van een stukje hebzucht nodig, of positiever gezegd: het kiezen voor een stukje soberheid. ¶Het idee soberheid trekt maar weinig mensen aan. Omdat ze soberheid met armoede associëren? Soberheid is volgens mij echter niet het missen van iets (zoals armoede wel is), maar het kiezen vóór van alles. Dat wat je niet kiest mis je gewoon op dezelfde manier als kiespijn. ¶Soberheid is niets meer dan gewoon accepteren dat er niet oneindig veel kan. Het is een vorm van nuchterheid en logika in je leven stoppen, en een vorm van met de hele wereld rekening houden bij je persoonlijke keuzes. Kiezen tegen de armoede op de wereld is meestal een keus voor soberheid van jezelf. * ANDERSOM KIJKEN * ¶De wijze van kijken die ik in deze brochure gebruikt heb is anders dan de meeste kritiese ekonomiese analyses. Marx ging het bijvoorbeeld vooral om hoe binnen een bedrijf geld voor winsten overgehouden kon worden. Zijn conclusie was: door de mensen die het zware werk doen onder te betalen. Niets op af te dingen. Er is echter daarnaast veel meer aan de hand. Wat ik heb geprobeerd is om steeds naar de totale geldstroom van de hele aarde te kijken. Een hele lastige manier van kijken, maar je komt er mee tot de voor de hand liggende conclusie dat geld ergens alleen kan komen als er elders geld verdwijnt. Vervolgens kan je dan de vinger op meer zere plekken leggen dan als je alleen oog zou hebben voor direkte uitbuitingsverhoudingen. ¶Een gevolg van die manier van kijken is dat er problemen boven tafel komen die maar moeilijk aan te grijpen zijn. Op zich geeft dat niet. Ook wat het diepste zit dient aangekaart te worden. Als in de wereldgeldstroom alles met alles te maken heeft, dan moet dat inzicht algemeen bekend worden. ¶Een noodzakelijke conclusie uit het kijken naar de geldstroom van de hele wereld is dat de minimumlijders van onze streken medeverantwoordelijk zijn voor wat er elders aan ellende is. Dat is geen prettige conclusie, dat spreekt vanzelf. Je kunt natuurlijk zeggen dat alleen degenen die echt rijker worden (een tiende deel van de mensheid) de booswichten, de oorzaak zijn. Maar daarmee heb je jezelf nog niet buiten de wereldgeldstromen geplaatst. ¶Je er buiten plaatsen is moeilijk, lastig en misschien wel bijna onmogelijk. Dat betekent echter niet dat je geen pogingen zou hoeven doen. Het minste wat je kunt doen is in je denken alvast meer zaken mee te laten spelen dan men gewoonlijk doet. Je hoeft niet per se de zeer abstracte en ingewikkelde manier te kiezen van het steeds maar denken aan de hele wereldgeldstroom, want je kunt ook bij jezelf beginnen te denken. Ik heb dat al genoemd: gedraag je op een manier die voor iedereen op de wereld durend mogelijk is. ¶De wereldekonomie is uiteindelijk gebaseerd op wensen van individuen, en dus is iedere verandering van wensen een stap van de wereldekonomie in een andere richting. Het spullen-gerichte denken kan vervangen worden door mens-gericht denken, door milieu-gericht denken. * DWARS * ¶Je kunt op allerlei manieren dwars in de ekonomie gaan liggen. Je kunt allerlei manieren bedenken om rente te omzeilen (door geld in een oude sok te bewaren, of door alle ontvangen rente op een of andere manier aan de allerarmsten over te maken – ook een druppel op een gloeiende plaat is een druppel; en bovendien een voorbeeld, een aanleiding voor anderen om na te denken). En allerlei manieren om buiten het geld om te leven. En allerlei boicotten verzinnen (een linkse krant kan geen beurspagina hebben, koop kranten met zo’n pagina dus liever niet). Je kunt dingen opzetten die werken zonder concurrentie, winst, groei. Je kunt naar zelfvoorziening streven. Je kunt ekologies gedrag gaan vertonen: eten uit je streek en van het seizoen, bespoten producten totaal boicotten. ¶En liever nog: doe dat allemaal tegelijk en nog veel meer. Een alternatieve ekonomie is op de eerste plaats géén ekonomie. Ik hoop duidelijk gemaakt te hebben dat er allerlei absolute grenzen zitten aan het ekonomies handelen, en dat in de huidige ekonomie net gedaan wordt of die grenzen niet bestaan. Zodra je iets ekonomies doet werk je, helaas, in feite mee aan het net doen alsof die grenzen inderdaad niet bestaan. Daarom zijn die dingen die echt buiten de huidige ekonomie staan de beste alternatieven. ¶Of om het iets anders te zeggen: vrijheid van meningsuiting bestaat wel zo ongeveer, maar de vrijheid om je ekonomies geheel anders te uiten bestaat niet. Als je een eigen bedrijfje opzet, krijg je geheid de belasting op je dak. Je moet ook voor hun geld binnen halen. (Vroeger verbaasde het me dat ‘traditionele ekonomieën’, de goederenhuishouding van afrikaanse dorpen bij voorbeeld, dat die direkt instortten na het door europeanen ontdekt zijn; ook voor dorpen die ver van de blanke nederzettingen vandaan lagen gold dat. Hoe kan iets wat zoveel eeuwen goed gedraaid heeft zo snel weg zijn? Onlangs las ik de oplossing: er werd een belasting op hutten ingevoerd. De mensen in Afrika en elders waren echt ontdekt – als nieuwe objecten om uit te buiten. Er is sindsdien nog niet veel veranderd.) ¶Het is op allerlei manieren mogelijk om de aangestipte initiatieven uit te werken. Je kunt je helemaal werpen op een nieuwe manier van belasting heffen (halvarchisme), van het opzetten van een renteloze bank (anarchiserend), van het bedenken van manieren om sociale woningbouw mogelijk te maken buiten het rentecircuit om (want huizenprijzen, daar zit me toch een enorme hoop rente in), en noem maar op. Je kunt er voor gaan pleiten dat de echte basisbehoeftes op de bon komen, omdat zodoende de geldekonomie tot de luxeproducten beperkt wordt. (Bij de huidige berekenwijze van het zogeheten nationaal product wordt alle geldgebruik gelijkwaardig beoordeeld. Dus als er ontzaglijk veel geld omgaat in de bedrijven die gifwijken afgraven, die stranden van olie ontdoen, enzovoorts, dus als er voortdurend milieurampen ontstaan, dan gaat het goed met het land!) ¶In deze brochure houd ik me niet met zulke uitwerkingen bezig. Het lijkt me eerlijk gezegd meer iets voor niet-anarchistiese mensen, mensen die het grootschalige geregel niet helemaal af willen zweren. Ik ben liever pas met de vorm bezig als de inhoud helemaal duidelijk is En dat die gedragen wordt. Ik denk dat de roep om een sterkere staat (uit ‘realisme’, om bij voorbeeld het milieu te redden) niet de weg is, maar dat de roep om sterkere ideeën, sterkere filosofie dat wel is. Door de enorme stapel marxistiese boeken over ekonomie kan het geleken hebben dat er al veel duidelijk is, maar naar mijn mening is er nog nauwelijks iets zinnigs bedacht, laat staan algemeen bekend. Bijna zou je gaan pleiten voor praatgroepen, ekonomiese bewustwordingsgroepen, om je kop te bevrijden van er toch stiekem ingeslopen gedachtes over geld en rente en op eigen benen staan. ¶Ik weet wel een paar discussiestellingen voor zulke groepen. ‘De heersende ideeën zijn de ideeën van de heersende klasse, maar dat valt om te draaien tot: wie de heersende ideeën aanhangt wil heersende klasse zijn.’ ‘Als eigendom diefstal is, dan is diefstal eigendom en is het pleiten voor proletaries winkelen perfect kapitalisties gedacht.’ ‘Waar een individu geld vandaan krijgt heeft altijd te maken met de wereldekonomie.’ ‘Opkomen voor de uitgebuitenen zou moeten neerkomen op opkomen voor niet-hebzuchtigheid.’ ‘Onder hebzuchtigen zal altijd een kleine rijke groep ontstaan; dat hoort bij elkaar als het zuur bij een citroen.’ ‘Wie hebzuchtig is én uitgebuit wordt, die dient dus niet te klagen.’ ‘Het kunnen maken van spullen is niet gelijk aan het móeten maken van spullen, zoals het kunnen eten niet betekent dat je aldoor moet eten.’ * TOT SLOT * ¶Je kunt het verst gaan door zelf alvast te gaan doen aan wat we de kadootjesekonomie noemen – niet uit zijn op ruil, maar ‘alleen maar’ uit zijn op het plezier van jezelf en van anderen. Dat is de enige ekonomie die wantrouwen niet als grondgedachte heeft, waarin geld dus overbodig is. Wanneer iemand je iets vraagt dan kijk je of je zin hebt om het te doen of niet. Zo ja, dan doe je het – maar zonder dat je iets terug verwacht. (Behalve een blij gezicht; noem dat maar eens niets.) Zo nee, dan niet, en we zien een ander keer wel weer. Het gaat er niet om dat je iets terug geeft als je een kadootje hebt gekregen, anders was het geen echt kadootje! ¶Anarchistiese ekonomiese analyses kunnen niet ingepakt worden door de verrijkingsekonomieën, omdat juist het grondidee van de verrijking aangekaart wordt. Een groot verschil met hoe het de marxistiese ekonomiese theorie is vergaan zit daarin dat die laatste materiële misstanden aanwees, en dat als gevolg daarvan strijd voor materiële geneugten is ontstaan. Dat heeft de arbeidersters tenslotte doen indutten. Uit mijn anarchistiese analyses volgt echter nauwelijks iets ter verbetering van de materiële omstandigheden. Rente afschaffen is goed voor vrijwel iedereen, maar andere dingen die ik noem zijn ‘slechts’ goed voor de derde wereld, dat wil zeggen: ze vereisen soberheid in onze streken. ¶Ieder moet zelf zien voor welke veranderingen ze vooral energie hebben, hoeveel compromisachtige toestanden ze door hun keel kunnen krijgen. Ik doe daar geen uitspraken over, hoewel mijn eigen voorkeur heel duidelijk ligt bij dat wat het verst gaat. Dat betekent vaak dat er in de logge wereld weinig valt te doen, en dat je praktijk bestaat uit het rondstrooien van analyses, van nieuwe argumenten en verbanden (en daarnaast vanzelfsprekend consekwentheid aanbrengen in je consumeergedrag). De theoretiese kant kan niet gemist worden, waarbij het me typies anarchisties lijkt om de veroorzakende (diepere) gedachtes aan te wijzen die de ellende in stand houden. Gedachtes bij heersenden en niet-heersenden, bij aanstichters en meelopers, bij bewusten en niet-bewusten. ¶Ik heb me beperkt tot de achterliggende gedachtes, omdat het denken zal moeten veranderen voordat praktiese veranderingen bedacht worden. Ik ben er trouwens van uitgegaan dat die praktiese veranderingen door mensen zelf bedacht kunnen worden, en dat ik daarvoor geen blauwdrukken hoef te leveren. ¶En dan tenslotte de uitsmijter. In het begin van deze brochure heb ik de neutrale invulling van het woord ekonomie, namelijk ‘huishouding’, opzij gezet omdat je het over de echte basisbehoeftes niet echt hoeft te hebben. Ik stel nu voor om in plaats van ‘ekonomie’ in het vervolg altijd te praten over ‘egoïsme’. Het egoïsme trekt weer aan. Het internationaal monetair fonds doet voorstellen voor egoïstiese herstructurering. De vrijhandelsconferentie probeert het wereldegoïsme te oliën. Duidelijk, niet waar? BOEKEN Ik weet niet welke literatuur ik aan zou moeten raden. Zelf lees ik te hooi en te gras alles wat los en vast zit, van links maar ook van rechts. Alles is te gebruiken om mezelf op gedachtes te brengen, ook als iets wat ik lees helemaal geen antwoorden geeft op de vragen die ik heb. Zien wat voor hoogst merkwaardige ideeën rechts er op nahoudt brengt me soms op meer gedachtes, dan het lezen van een halve linkse analyse. Over het koppelen van de wereldschaal aan de individuele schaal valt bijna niets te lezen. Anders dan de gevestigde ekonomie die de wereldschaal meestal volledig vergeet, is Aktie Strohalm wél heel erg bezig met rente en groei en hun gevolgen op lange termijn. Als anarchiste vind ik echter bij Strohalm weinig voor mijn dagelijkse praktijk. In anarchistiese schrijfsels vind ik dat helaas ook niet. Het maakt op mij allemaal een nogal oudbakken indruk, en nogal aanleunend tegen de orthodox marxistiese verhalen. Pjotr Kropotkin blijft natuurlijk wel altijd leuk in hoe hij het belang van wederkerigheid benadrukte – het volstrekte anti-concurrentiedenken. Maar voor nu, eind twintigste eeuw, is er een hoop aanvulling, een hoop onorthodoxie, nodig. Die vind ik niet bij Murray Bookchin, die wel als een hedendaags anarchisties kopstuk beschouwd wordt, maar die ik niet kan lezen. Daarom heb ik zelf in deze brochure het een en ander bij elkaar gedacht, zó onorthodox dat het woordje macht er niet eenmaal in voorkomt. Ik weet intussen dat er nog veel meer gedacht en geschreven zal moeten worden.
| Globalisering en sport | Jill - 13.02.2006 19:36
Hoi, ik ben een leerling uit het 4de jaar economie en we moeten voor school een werkje maken over globalisering en sport. Kunnen jullie mij misschien helpen, want ik vind zelf nix. groetjes jill | globalisering | Linda - 11.11.2006 17:53
Hey mensen, Ik denk dat het in ieder geval hoopvol is dat hier nog zoveel mensen zijn die zich er druk om maken en niet blindelings volgen. Vergeet ook niet de rol van de VN op de langere termijn! Meer up-to-date informatie hierover komt op www.onceuponatime.web-log.nl Ook is er een link naar directe bronnen(sorry, heb m hier niet bij de hand). keep the light burning.. (= E-Mail: once-uponatime@hotmail.com Website: http://onceuponatime.web-log.nl | Globalisering | Tim - 02.02.2008 00:22
Reactie op dwarse economie... Je bekijkt uit een vrij vreemde hoek. Het principe van iedereen mag evenveel hebben lijkt leuk en mooi maar zal nooit verwezenlijkt worden omdat de mensheid voor 99% uit egoisten bestaat, en het ergste is als het erop aan komt zijn jij en ik het ook. Daardoor wil een mens altijd iets meer hebben dan een ander. Al is het maar om te bewijzen dat hij beter is dan de ander.
| |
supplements | |