| |
De Bolivariaanse Revolutie in Venezuela Jordi Lesaffer - 12.08.2004 19:58
Inleiding Venezuela haalt de laatste tijd weer de krantenkoppen. In een tijdperk van tanende media-aandacht voor buitenlandse berichtgeving is dit meestal geen goed teken. De gouden (olie-)jaren ‘60 en ‘70 zijn definitief voorbij. Toen ging de Venezolaanse middenklasse (die vrij aanzienlijk was) s ‘weekends nog shoppen in Miami als tijdverdrijf. Sinds de devaluatie van de ‘Bolivar’ (Venezolaanse munt) in 1983 is het alleen maar bergaf gegaan. De schijn van ‘democratische orde’, gebaseerd op het West-Europese naoorlogse consensusmodel (wisselende regeringen van sociaal-democraten en christen-democraten) werd in 1989 brutaal de kop ingedrukt. Tijdens de ‘Caracazo’ – massaal straatprotest tegen de door het IMF ingefluisterde besparingsmaatregelen van de toenmalige president Carlos Andres Pérez – kwamen honderden manifestanten om het leven door kogels van de ordetroepen. Na nog twee mislukte staatsgrepen begin jaren ’90 begaf het ‘ancien régime’ het definitief en in 1999 en nam ex-putchist Hugo Chávez Frias (met bijna 60% van de stemmen verkozen) de touwtjes stevig in handen en beloofde een radicale koerswijziging. Houdt de ‘Bolivariaanse Revolutie’ stand in Venezuela? 10 juni 2004 Jordi Lesaffer ( jordi.lesaffer@chello.be ) Inleiding Venezuela haalt de laatste tijd weer de krantenkoppen. In een tijdperk van tanende media-aandacht voor buitenlandse berichtgeving is dit meestal geen goed teken. De gouden (olie-)jaren ‘60 en ‘70 zijn definitief voorbij. Toen ging de Venezolaanse middenklasse (die vrij aanzienlijk was) s ‘weekends nog shoppen in Miami als tijdverdrijf. Sinds de devaluatie van de ‘Bolivar’ (Venezolaanse munt) in 1983 is het alleen maar bergaf gegaan. De schijn van ‘democratische orde’, gebaseerd op het West-Europese naoorlogse consensusmodel (wisselende regeringen van sociaal-democraten en christen-democraten) werd in 1989 brutaal de kop ingedrukt. Tijdens de ‘Caracazo’ – massaal straatprotest tegen de door het IMF ingefluisterde besparingsmaatregelen van de toenmalige president Carlos Andres Pérez – kwamen honderden manifestanten om het leven door kogels van de ordetroepen. Na nog twee mislukte staatsgrepen begin jaren ’90 begaf het ‘ancien régime’ het definitief en in 1999 en nam ex-putchist Hugo Chávez Frias (met bijna 60% van de stemmen verkozen) de touwtjes stevig in handen en beloofde een radicale koerswijziging. Blijvende onrust en groeiende polarisatie Chávez wou komaf maken met het oude cliëntelistische bestel, de welig tierende corruptie, de sociale ongelijkheid en de dominantie van een economische elite die aan het handje van Washington loopt. Er kwam een nieuwe grondwet – één van de meest progressieve ter wereld – die door een overweldigende meerderheid van de Venezolanen goedgekeurd werd (85%), en in 2000 werd Chávez door 58% van de bevolking herbevestigd in zijn mandaat (6 jaar). Zijn ‘Bolivariaanse Revolutie’ is de speerpunt van z’n beleid. Landhervormingen, alfabetiseringsprogramma’s, investeringen in gezondheidszorg, participatie van de bevolking via de oprichting van wijkcomités en het terugdringen van de pogingen om het Staatsoliebedrijf PDVSA te privatiseren. Chávez richtte zich ook expliciet tot de ‘onderlaag’ van de bevolking, die hij haar waardigheid teruggaf. Op buitenlands vlak de versterking van de OPEC (met als doelstelling een hogere olieprijs), een onafhankelijke koers van Washington en nauwe relaties met Cuba. Maar al vrij snel verenigde de oude elite (vakbonden en werkgevers: één front!) zich, nam in haar slipstream een groot deel van middenklasse mee, en orchestreerde – hierin onvoorwaardelijk gesteund door de private massamedia - een ware haatcampagne tegen Chávez. Het eerste hoogtepunt werd bereikt toen op 10 april 2002 Chávez van de macht verdreven werd door een staatsgreep die de voorzitter van de werkgeversfederatie, Pedro Carmona, aan de macht bracht. Carmona schafte onmiddellijk de grondwet af, ontbond het parlement en begon een ware heksenjacht op Chavez-aanhangers. Maar dankzij de massale steun van de bevolking kwam Chávez 48 uur later weer aan de macht. Deze eerste krachtmeting tegen de verenigde oppositie - de ‘Coordinadora Democratica’ – was gewonnen. Maar al vrij snel ging de oppositie over tot een andere strategie: een algemene staking, met als speerpunt het platleggen van de olie-industrie (Venezuela is de 4de grootste olie-exporteur ter wereld). Maar ook hier trok Chávez uiteindelijk aan het langste eind, en de oppositie moest na enkele maanden noodgedwongen de staking afblazen; niet in het minst omdat de economische schade van de blokkade vooral haar eigen ‘achterban’ trof en zich tegen haar begon te keren. De ‘adempauze’ was echter van zeer korte duur. Het referendum: een ware uitputtingsslag Na het mislukken van de coup en de algemene staking kwam de oppositie massaal op straat en eiste het aftreden van Chávez. Maar ook Chávez bracht meermaals honderdduizenden aanhangers op straat. De oppositie verlegde haar focus voorlopig op de ‘grondwettelijke’ strategie en begon met de inzameling van de nodige handtekeningen om een referendum tegen Chávez af te dwingen. Maar ook dit liep niet van een leien dakje voor de steeds maar ongeduldiger wordende oppositie…. Eén van de meest progressieve elementen uit de Venezolaanse grondwet (nota bene door Chávez geïntroduceerd; de oppositie was tégen!) is het feit dat de bevolking halverwege de presidentiële ambtstermijn (19 augustus 2003) de mogelijkheid heeft om een referendum te organiseren dat de president kan afzetten (indien meer tégenstemmen behaald worden dan het aantal stemmen waarmee Chávez in 2000 herverkozen werd). Maar reeds vóór de grondwettelijke termijn voor het aanvragen van een referendum, organiseert de oppositie op 2 februari 2003 een ‘firmazo’ (verzamelen van handtekeningen) tegen Chávez.. De oppositie beweert meer dan 4.000.000 handtekeningen verzameld te hebben: dus waarom nog een referendum houden? Chávez moet opstappen! Op 12 september 2003 verklaart de CNE (Nationale Kiesraad) de handtekeningen ongeldig, want ongrondwettelijk, een beslissing die volledig in de lijn van de verwachtingen lag. De ‘Coordinadora Democratica’ reageert furieus. Onder auspiciën van de OAE en het ‘Carter Centrum’ tekent de oppositie op 29 mei 2003 uiteindelijk dan toch een ‘akkoord’ om - op legitieme wijze nu – de inzameling van de nodige handtekeningen voor het afdwingen van een referendum te organiseren. Deze ‘reafirmazo’ had plaats tussen 28 november en 1 december. Om een referendum te organiseren zijn minstens 2.402.579 handtekeningen nodig. (ter vergelijking: Chavez haalde 3.757.733 stemmen bij z’n herverkiezing in 2000). De oppositie beweerde nog voor alle stemmen officieel geteld waren meer dan 3.400.000 handtekeningen verzameld te hebben. Al snel werd duidelijk dat een heel aantal stemmen frauduleus bekomen werden (vb; reeds lang overleden personen die gaan stemmen waren….). Ook werden velen onder druk gezet om te gaan stemmen. Al moet eerlijkheidshalve gezegd worden dat ook van overheidswege grote druk werd uitgeoefend om géén handtekening te zetten…. Op 24 februari 2004 velde de CNE (Nationale Kiesraad) het verdict: 1.832.493 geldige handtekeningen, 233.573 niet conform het kiesregister, en 143.930 waren frauduleus. 876.017 handtekeningen waren van twijfelachtig allooi, omdat heel wat petitieformulieren ingevuld waren in eenzelfde handschrift. De CNE stelde voor om deze laatste stemmen te laten ‘hervalideren’. De oppositie steigert en weigert dit. Ze eist de erkeninning van alle handtekeningen en de onmiddellijke organisatie van het referendum. Na tientallen (soms zeer gewelddadige ) betogingen en onderhandelingen met het Centrum Carter (voorgezeten door ex VS-president Jimmy Carter) en de OAS (Organisatie van Amerikaanse Staten) stemt de oppositie toch in en wordt een ‘hervalidatiestemming’ georganiseerd (mensen moeten hier bevestigen of hun handtekening op de stemformulieren wel degelijk de hunne was), lopende over 5 dagen (van 27 tot 31 mei 2004). Opmerkelijk was dat bij deze ‘hervalidatiestemming’ 74.112 mensen hun stem kwamen ‘terugtrekken’. Ook nu weer oefenden beide partijen druk uit om wel of niet hun handtekening te ‘valideren’. Ook vanuit overheidswege werd ‘werknemers uit de publieke sector ‘ontraden’ om hun stem uit te brengen, op straffe van ontslag of het mislopen van een promotie. En ook nu weer talloze klachten over fraude, valse handtekeningen en onregelmatigheden. Zo werden in de kantoren van de oppositiepartij AD honderden valse identiteitskaarten gevonden. Het uur van de waarheid: 15 mei 2004 Na enkele dagen van spanning deelde de CNE (Nationale Kiesraad) op donderdag 3 juni de uitslag mee: er waren net genoeg geldige handtekeningen om een referendum te organiseren. Chávez verklaarde zich direct bereid tot het organiseren van het referendum, en beloofde de oppositie de ‘ultieme’ nederlaag toe te dienen. Ook de oppositie was zegezeker over het resultaat van het referendum en trok feestend de straat op. Vólgende strijdpunt was het vastleggen van de datum voor het organiseren van het referendum. Voor de oppositie was het van cruciaal belang dat het referendum er nog komt vóór 19 augustus; de datum waarop Chávez 4 jaar aan de macht is (na z’n herverkiezing als gevolg van de nieuwe grondwet in 2000). Indien Chávez vóór 19 augustus het referendum zou verliezen komen er nieuwe presidentiële verkiezingen en kan de oppositie een eigen kandidaat naar voor schuiven. Indien het referendum ná 19 augustus plaatsheeft, neemt Vice-President José Vicente Rangel zijn plaats in tot januari 2007…..en blijft het ‘Chavisme’ aan de macht. Op 8 juni kwam dan de verlossende boodschap van de Nationale Kiesraad: het referendum dat moet beslissen over het mandaat van president Chávez zal gehouden worden op 15 augustus. Mensenrechten De aanhoudende manifestaties en blokkades – vooral in de hoofdstad Caracas – hebben reeds tientallen dodelijke slachtoffers geëist, waarbij niet altijd duidelijk is wie geschoten heeft en of er al dan niet sprake is van provocatie. Dát bepaalde sectoren van de oppositie uit zijn op het uitlokken van een gewelddadige reactie van de ordetroepen is zeker. Ook bepaalde ‘Circúlos Bolivarianos’ (aanhangers van Chavez) zijn op confrontatie uit. Steeds meer mensen worden ook getroffen door ‘individuele schutters’. De ‘Guardia Nacional’ (een soort van militaire politie, grotendeels pro-Chavez) en de ‘Policia Metropolitana’ (politie van Caracas en onder controle van de oppositionele burgemeester Alfredo Peña) komen steeds meer met elkaar in aanvaring. Manifestanten lopen gewapend rond en zaaien vernieling. De soms gewelddadige reactie van de ordetroepen wordt dik in de verf gezet in de oppositionele media. Al wie opgepakt wordt en al dan niet voor langere tijd aangehouden, wordt door de oppositie automatisch afgeschilderd als ‘politieke gevangene’, ondanks het feit dat het meestal gaat om strafbare feiten (verboden wapenbezit, vernielingen….) De focus op mensenrechten is een nieuw wapen in de strijd tegen Chávez. Niemand zal ontkennen dat de situatie van de mensenrechten in Venezuela niet ‘optimaal’ te noemen is. Maar wanneer men de vergelijking maakt met vorige regeringen, de buurlanden uit de regio (Colombia!), en de voortdurende agitatie van de oppositie kan men niet anders dan besluiten dat de regering Chávez er niet al te bekaaid vanaf komt. Zelfs de mensenrechtencommissie van de OAS is in haar jaarrapport vrij genuanceerd.- en wijst beide partijen op hun verantwoordelijkheid. Eén van de grootste problemen is de ‘impunidad’ of straffeloosheid. Misdadigers worden niet of nauwelijks gestraft of komen snel weer vrij. Maar dit is zeker niet alleen op het conto van Chávez te schrijven; veel van de rechters zijn nog benoemd tijdens het ‘oude regime’. De media en de oppositie zwijgen ook zedig over de tientallen boeren en syndicalisten die de laatste maanden vermoord zijn door paramilitaire groeperingen en huurlingen. Naar analogie met de Colombiaanse AUC (Autodefensas Unidas de Colombia – extreemrechtse paramilitairen) zijn in Venezuela ook de AUV actief. Ook de buitenrechtelijke executies van misdadigers nemen hand over hand toe, naar analogie met de ‘limpieza social’ (‘sociale schoonmaak’) in Colombia. De media schreeuwen ook voortdurend dat de persvrijheid aan banden gelegd wordt, maar in weinig landen ter wereld spelen de media zo’n alomtegenwoordige rol van ‘oppositiepartij’, waarbij de objectieve berichtgeving ver te zoeken is. Tot op heden is het enige tv-station dat uit de ether gehaald werd een lokale zender (CatiaTv in Caracas), …en dit op bevel van de oppositionele burgemeester van Caracas! Van ironie gesproken…. Miami als uitvalsbasis voor Chávez-opposanten Ondertussen heeft de meer ‘radicale oppositie’ zich afgescheurd van de ‘Coordinadora Democratica’ en zich verenigd in het ‘Bloque Democratico’. Democratisch is dit blok allerminst te noemen. Het riep al enkele malen openlijk het leger op om Chávez met geweld te verdrijven en een ‘burgerlijk-militaire’ regering te vormen. Ex-president Carlos Andres Pérez (veroordeeld wegens corruptie en in ballingschap in Colombia) verklaarde onlangs nog bereid te zijn mee te werken met ‘alle krachten die Chávez met geweld van de macht willen verdrijven’. Dat daarbij ‘veel bloed zal bloeien’ is volgens Pérez onvermijdelijk. Ook Miami geldt meer en meer als het toevluchtsoord voor de radicale oppositie en voortvluchtigen voor de Venezolaanse justitie. Het lijstje van gedesavoueerde ex-generaals en ‘politieke bannelingen’ die vanuit het buitenland oproepen tot een ‘gewapende strijd’ tegen Chavez wordt stilaan indrukwekkend. De Amerikaanse VS-amabassadeur in Caracas, Charles Shapiro, gaf onlangs ook toe dat de Amerikaanse inlichtingendienst FBI een onderzoek heeft lopen naar een uit Chávez-opposanten bestaande paramilitaire groepering die in Florida actief zou zijn. Internationale inmenging Op internationaal vlak voert Chavez een onafhankelijke koers ten opzichte van Washington. Venezuela, dat de 4de grootste leverancier van olie aan de VS is, blijft strategisch gezien erg belangrijk voor de VS. De persoonlijke vriendschap tussen Chavez en Fidel Castro en de soms holle retoriek van Chavez op internationale fora maken de relaties er niet beter op. Na de duidelijke betrokkenheid van de VS (en de VS-ambassade in Caracas) bij de coup van 10 april 2002 ging het alleen maar bergaf met de relaties tussen de VS en Venezuela. Na de verdrijving door de VS van de Haïtiaanse president Aristide enkele maanden geleden werden al snel vergelijkingen gemaakt met Venezuela. Zover komt het voorlopig (nog niet). Ten eerste geniet Chávez nog altijd de steun van een vrij groot deel van de bevolking. Bush kan zich na het debacle in Irak en de komende presidentsverkiezingen ook geen invasie in z’n achtertuin veroorloven. Qua militaire slagkracht is het straatarme Haïti ook niet te vergelijken met Venezuela. Het directe gevaar lijkt eerder van buurland Colombia te komen. De grenszone tussen Colombia en Venezuela is verworden tot een ‘niemandsland’ waar de Colombiaanse guerrilla, paramilitairen en drugshandelaars de plak zwaaien. De Colombiaanse regering beschuldigt Chávez ervan de guerrilla vrij spel te geven en zelfs logistiek te ondersteunen. Ondertussen neemt de aanwezigheid van Colombiaanse paramilitairen op Venezolaans grondgebied toe. Maar ook de Colombiaanse FARC-guerilla heeft vaste voet in de grensgebieden van Venezuela. Enkele weken geleden werden 89 Colombiaanse paramilitairen aangehouden op een hoeve van een Cubaanse banneling in de buurt van de hoofdstad Caracas. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat ze een aanslag op Chávez aan het voorbereiden waren. De oppositie zag hierin een manoeuvre van Chávez, om de oppositie zo nog meer in diskrediet te brengen. Maar zelfs de VS-ambassadeur in de VS gaf toe dat de ‘Para’s’ daar niet waren voor een ‘vreedzame picknick’. Naar aanleiding van het referendum stapelden de uitspraken van VS-functionarissen zich op. Ook hier was de boodschap duidelijk. De VS zullen alleen een uitslag aanvaarden die tot een referendum leidt. En die uitslag moet onvermijdelijk ook Chávez uit het zadel lichten….volgens de VS. Ondertussen kwam ook aan het licht dat een groot deel van de oppositiepartijen, en NGO’s gefinancierd worden door de NED, de ‘National Endownment for Democracy’, een aan de Republikeinse partij gelieerde regeringsinstelling die als doelstelling heeft ‘de democratie te verspreiden, rekening houdend met de plaatselijke realiteit en cultuur…’ Critici zien de NED eerder als een conservatief orgaan, dat als enige doelstelling heeft de Amerikaanse belangen te verdedigen, en als een aanhangsel van de CIA. De democratische presidentskandidaat John Kerry zit op dezelfde lijn als Bush, en verklaarde onlangs nog dat Chávez op weg is om een dictatoriaal regime te installeren, en verweet Bush zelfs geen ‘fikse’ houding aan te nemen ten opzichte van Venezuela! De ‘internationalisering’ van het Colombiaanse conflict en de uitbreiding van het ‘Plan Colombia’ richting Venezuela zijn dan ook niet ondenkbaar. Een tweede Chili? De polarisatie in Venezuela tussen voor- en tegenstanders van Chavez neemt onderhand zulke proporties aan dat de vergelijking met het Chili van Allende in 1973 angstwekkend dichtbij komt. Van een echte dialoog tussen beide kampen is nog nauwelijks sprake; de oppositie wil koste wat kost af van Chávez; gaat het niet via de legale weg, dan via geweld. De economische elite van het land en de meer radicale oppositie doet er alles aan om de economie en het openbare leven te boycotten. De strategie is duidelijk: chaos creëren,en als antwoord daarop een staatsgreep organiseren teneinde ‘de orde en de rust te herstellen’. Net zoals in Chili ten tijde van Allende wordt de agitatie (openlijk) gesteund door de VS. Toch zijn er ook enkele verschillen. Chávez heeft nooit de intentie gehad om te evalueren naar één of andere vorm van ‘socialistisch’ staatsmodel; nationaliseringen zijn tot nu toe achterwege gebleven. De basis waarop Chávez kan terugvallen is ook groter dan deze tijdens de laatste dagen van Allende. Coupplegers moeten hoe dan ook rekening houden met een grote weerstand van een deel van de bevolking. Ook de militairen nemen een ietwat aparte plaats in, in vergelijking met de rest van de Latijns-Amerikaanse landen. Gezien de afwezigheid van grote intern spanningen (guerrilla) tijdens de vorige decennia zijn relatief weinig Venezolaanse militairen opgeleid in de VS of de ‘School of the Americas’ en werden nooit ingezet tegen de eigen bevolking. Ze hebben een meer ‘links’ profiel dan in de buurlanden en zijn ook steeds meer betrokken geweest bij ‘sociale’ taken. Toch heeft Chavez niet alle militairen op z’n hand. Een gewapend conflict – eventueel een burgeroorlog – is niet uitgesloten. In recente toespraken heeft Chávez dan ook initiatieven aangekondigd die voorzien in opleiding en training van de burgerbevolking in het hanteren van wapens om de ‘revolutie’ te verdedigen. “Elke burger moet zich als een soldaat beschouwen”. Volgens het jongste rapport van de International Crisis Group (ICG – “Venezuela: Headed Towards Civil War), valt de politieke polarisatie goed te vergelijken met de situatie in het Chili van de jaren zeventig of het Nicaragua van de jaren tachtig. Besluit Als ‘buitenstaander’ is het uiterst moeilijk om een ‘correct’ en ‘objectief’ beeld te krijgen van de situatie in Venezuela. Zelfs veel Venezolanen raken er niet uit…..Wie zich alleen in de ‘meer begoede’ wijken van de grote steden (en dan vooral de hoofdstad Caracas) begeeft en z’n informatie exclusief bij de private mediakanalen haalt, hoort een heel ander verhaal dan iemand die het binnenland intrekt of de volkswijken bezoekt. Ook van staat tot staat verschillen de opinies soms enorm. Twee aparte werelden. Twee aparte verhalen. Volgens de peilingen zou Chávez nog altijd kunnen rekenen op de steun van zo’n 40% van de bevolking. Na vier jaar regeren en in vergelijking met veel andere Latijns-Amerikaanse staatshoofden een puike prestatie…. Chávez heeft ontegensprekelijk heel wat verwezenlijkt op het vlak van onderwijs en gezondheidszorg, en heeft de armen hun waardigheid teruggegeven. De politieke bewustwording heeft onder Chávez een grote sprong voorwaarts gemaakt. Ondanks de economische boycot van de olie-industrie tijdens de ‘grote staking’ (10 miljard dollar verlies!) heeft de oliesector zich vrij snel hersteld en wordt voor dit jaar door het IMF een groei van 8 a 9% voorspeld. Maar de werkloosheid, inflatie, armoede, corruptie en onveiligheid blijven onopgelost. Chávez – een militair in hart en nieren – komt ook diplomatieke behendigheid tekort en moet qua internationaal krediet bijv. ver onderdoen voor z’n ‘gelijkgezinde’ Lula Da Silva van Brazilië. In de regering zitten ook heel wat ‘opportunisten’ die het ‘revolutionair proces’ van binnenuit boycotten. Door z’n soms agressief verbaal discours heeft hij een groot deel van de Venezolaanse middenklasse definitief van zich vervreemd. De polarisatie in het land is onmiskenbaar. Het wantrouwen tussen beide partijen is groot en onoverbrugbaar. En elke partij wordt in z’n ‘gelijk’ bevestigd door een actie of uitspraak van de tegenpartij. Het is maar de vraag of het land in staat is om de eerstvolgende jaren uit de impasse te geraken. Het lijkt er niet op dat één van beide partijen een ‘nederlaag’ zal aanvaarden. Chávez heeft reeds aangekondigd op te stappen indien hij een eventueel referendum zou verliezen. Vraag is óf hij het zal doen, en vooral hoe zijn aanhangers aan de basis zullen reageren. Dat de oppositie een eventuele overwinning van Chávez niet zal aanvaarden staat nu al vast. Chávez moét weg, verkiezingen of niet. In dat geval lijkt nog meer politiek geweld onvermijdelijk…. Men kan zich dan ook de vraag stellen of de oppositie zich überhaupt wil neerleggen bij de democratisch vastgelegde grondwettelijke regels. In welk Europees land zou een regering een herkansing geven aan de oppositie, nadat gebleken is dat er gesjoemeld is bij de stembusslag? Reeds voor de uitslag van het tellen van de handtekeningen, ook bij de herkansing sprak de oppositie al over een ‘overwinning’ en het onvermijdelijke referendum. Een nederlaag wordt bij voorbaat uitgesloten en niet aanvaard. Met andere woorden, de oppositie zal alleen maar een uitslag ‘legitiem’ verklaren als deze in haar voordeel is. Nu al wordt gespeculeerd door de oppositie over een mogelijke ‘fraude’ bij het komende referendum van 15 augustus! De uitslag van het referendum - wie er ook wint – betekent dus niet noodzakelijk het einde van de politieke instabiliteit van het land. Integendeel. Om af te sluiten, een commentaar van een in België wonende Venezolaan, net terug van een rondreis (mei 2004) door het land: “De enige zekerheid is dat de toekomst van ons land zeer onzeker is. Géén van beide protagonisten zal ook maar een fractie van z’n macht vrijwillig afstaan. Het is een strijd tussen de regering die in het zadel wil blijven, de oppositie die terug aan de macht wil, en tenslotte een groot deel van de bevolking dat geen van beiden wil, maar niet over de nodige middelen of politieke ‘machinerie’ beschikt om verandering te brengen. Bij de oppositie vind je ook geen leiderschap waar je op kunt vertrouwen, of die een alternatief bieden, ondanks het feit dat veel jonge mensen actief betrokken zijn bij vrijwilligerswerk, NGO’s…..Ik denk dat het nog lang zal duren eer we uit deze nachtmerrie van voortdurende conflicten zullen ontwaken: veel Venezolanen realiseren zich steeds nog niet dat het enige wat we aan het doen zijn het land naar de vernieling helpen, in plaats van ons allen te concentreren op de problemen waar Venezuela mee te kampen heeft en samen naar oplossingen te zoeken.” Juni 2004 Jordi Lesaffer Bronnen: Artikels: ▪ “Informe sobre la situación de los derechos humanos en Venezuela”. Comisión Interamericana de Derechos Humanos. Organización de los Estados Americanos. 18 maart 2004. ▪ “Le Monde Diplomatique contra Chipilo o la victoria pirrica de Ignacio Ramonet”. Leoncio Martinez ▪ ”Venezuela: arrestation de 89 paramilitaires Colombiens.” La capture de 89 paramilitaires colombiens au coeur du Venezuela révèle l'internationalisation accélérée du "Plan Colombie". Paul-Emile Dupret. Indymedia ▪ “Reservas internacionales de Venezuela alcanzan récord histórico”. Globovisión/Venpres. 22/05/04 ▪ “Cinco años, cinco preguntas a la oposición Venezolana”. Pere Batlle. Rebelión. 15 maart 2004 ▪ “US Revealed to Be Secretly Funding Opponents of Chavez”. by Andrew Buncombe lndependent/UK Saturday. March 13, 2004. ▪ “Colombianene hadden hand in complot tegen Chávez. Vrees voor burgeroorlog in Venezuela groeit”. Lode Delputte. De Morgen, 13 mei 2004. p.11 ▪”Doodseskaders zaaien terreur onder indianen. Colombiaanse vluchtelingen in Venezuela hooguit ‘burgers op doorreis’ behandeld”. Lode Delputte. De Morgen. Mei 2004 ▪ “Steeds meer wijst op complot tegen president Venezuela. Zelfs VS-ambassadeur gelooft niet langer dat Hugo Chavez ‘couppoging’ ensceneerde”. Lode Delputte. De Morgen. 26 mei, p 13 ▪ “L’opposition vénézuélienne joue son va-tout. Bataille autour d’un référendum révocatoire.” Maurice Lemoine. Le Monde Diplomatique. Mai 2004. p/ 8-9. ▪ “Venezuela: Opposition Upbeat about Last Phase of Recall Effort”. By Humberto Márquez CARACAS, May 31 (IPS) ▪‘How the Mass Media Tamed the Perplexed Herd in Venezuela.”. Marta Harnecker. Rebelion.org 18 maart 2004 ▪ “Venezuela: Dictatorship or Democracy”? By Gregory Wilpert. Venezuelanalysis.com. May 27, 2004. ▪ “Venezuela 2004: Nicaragua’s Contra War Revisited”. By Toni Solo. Dissident Voice.org. June 08, 2004. Websites: ▪ Een Nederlandstalige website, exclusief over Venezuela, met up-to-date artikels, achtergrondinformatie en links: http://www.venezuela-info.be ▪ Een Engelstalige website met kritische en diepgravende analyses en artikels over Venezuela: http://www.venezuelanalysis.com ▪ De site van de oppositionele Televisiezender ‘Globovisión: http://www.globovsion.com ▪ De vorige artikels die in ‘Vrede’ verschenen zijn over Venezuela vindt u op: http://www.vrede.be of http://www.freewebs.com/jordilesaffer E-Mail: jordi.lesaffer@chello.be Website: http://www.freewebs.com/jordilesaffer |
Lees meer over: globalisering | aanvullingen | | |